Uitspraak
RECHTBANK LIMBURG
1.De procedure
- de dagvaarding van 19 april 2013
- de conclusie van antwoord
- de aanvullende producties van [gedaagde]
- de conclusie van repliek
- de conclusie van dupliek
- de akte van [eiseres] .
2.Het geschil
3.De beoordeling
Eerste beroepsfout
de kinderen [naam ex-echtgenoot] geen enkel recht hebben op enig erfdeel, laat staan met de man[ [naam ex-echtgenoot] ]
een deelgenoot zijn in de gemeenschap. De vrouw[ [eiseres] ]
verwacht dat het Hof dit in haar einduitspraak zal bevestigen.”
€ 310.000,00, doch gelet op het door de kinderen ingestelde hoger beroep staat de omvang van hun erfdeel nog niet vast. Niettemin heeft [eiseres] wel het bestaan van schade of de mogelijkheid daarvan door deze beroepsfout van [gedaagde] aannemelijk gemaakt, zodat de rechtbank, nu begroting niet aanstonds mogelijk is, [gedaagde] in zoverre zal veroordelen tot vergoeding van de schade, op te maken bij staat.
5.000,00(2,5 punten × tarief € 2.000,00)