ECLI:NL:RBLIM:2015:5231

Rechtbank Limburg

Datum uitspraak
22 juni 2015
Publicatiedatum
22 juni 2015
Zaaknummer
C-03-205919 - KG ZA 15-226
Instantie
Rechtbank Limburg
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Aanbestedingsrecht
Procedures
  • Kort geding
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Aanbesteding van een plaatsbepalingssysteem voor hulpdiensten in Limburg

In deze zaak, die zich afspeelt in het kader van een aanbesteding voor een plaatsbepalingssysteem ten behoeve van hulpdiensten in Limburg, heeft de Rechtbank Limburg op 22 juni 2015 uitspraak gedaan in een kort geding. De eiseres, Industrial Computerized Applications and Automation B.V. (Incaa), vorderde een verbod voor de Veiligheidsregio Limburg Noord om de aanbesteding te gunnen aan de Combinatie, en vroeg om voorlopige gunning aan haarzelf. De Veiligheidsregio had de Combinatie als beste aanbieder geselecteerd na een concurrentiegerichte dialoog, waarbij de inschrijvingen op basis van prijs en kwaliteit waren beoordeeld. Incaa stelde dat haar systeem, Priodeck, beter voldeed aan de eisen dan het systeem van de Combinatie, dat volgens haar slechts op papier bestond. De voorzieningenrechter oordeelde echter dat de Veiligheidsregio voldoende gemotiveerd had waarom de Combinatie hoger was gewaardeerd, en dat er geen onrechtmatigheid was in de gunningsprocedure. De vorderingen van Incaa werden afgewezen, en de rechter oordeelde dat de verificatiefase voor de Combinatie nog niet was afgerond, waardoor een definitieve gunning niet kon worden toegewezen. De proceskosten werden aan Incaa opgelegd, die in het ongelijk was gesteld.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK LIMBURG

Burgerlijk recht
Zittingsplaats Maastricht
zaaknummer / rolnummer: C/03/205919 / KG ZA 15-226
Vonnis in kort geding van 22 juni 2015
in de zaak van
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
INDUSTRIAL COMPUTERIZED APLLICATIONS AND AUTOMATION B.V.,
gevestigd te Apeldoorn,
eiseres,
advocaat mr. C. Borstlap,
tegen
de publiekrechtelijke rechtspersoon
VEILIGHEIDSREGIO LIMBURG NOORD,
zetelend te Venlo,
gedaagde,
advocaat mr. J.B.Th. van ’t Grunewold,
en
1. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
CITYGIS B.V.,
gevestigd te ‘s-Gravenhage,
2. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
INTEMO B.V.,
gevestigd te Helmond,
tussenkomende partijen,
advocaat mr. M.J. Vidal.
Partijen zullen hierna Incaa, de Veiligheidsregio en de Combinatie genoemd worden.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • de dagvaarding van 8 mei 2015,
  • de brief van 29 mei 2015 van Incaa met producties,
  • de incidentele conclusie met verzoek tot tussenkomst ex artikel 217 Rv,
  • de mondelinge behandeling van 8 juni 2015 waar de voorzieningenrechter bij mondeling vonnis in het incident de tussenkomst van de Combinatie heeft toegestaan, omdat Incaa en de Veiligheidsregio zich daar niet tegen hebben verzet en overigens voldaan is aan het criterium van artikel 217 Rv, en waar Incaa een akte van wijziging van eis heeft ingediend, over de toelating waarvan door de voorzieningenrechter zal worden beslist in dit vonnis,
  • de pleitnota van Incaa,
  • de pleitnota van Veiligheidsregio,
  • de pleitnota van de Combinatie.
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.

2.De feiten

2.1.
De veiligheidsregio is penvoerder van het aanbestedingsproject volgens een concurrentiegerichte dialoog voor de verwerving van een plaatsbepalingssysteem ten behoeve van de beïnvloeding van verkeersregelinstallaties ten behoeve van de Veiligheidsregio’s Limburg-Noord, Zuid-Limburg en de regionale ambulancevoorzieningen Limburg-Noord, Zuid-Limburg. De aanbesteding heeft het kenmerk VRLN-2014-BRW-JR-010 en is aangevangen op 17 oktober 2014 met publicatie van het selectiedocument.
De aanbesteding betreft opdracht voor een periode van vijf jaar na oplevering van het systeem met de mogelijkheid van een stilzwijgende jaarlijkse verlenging. Inschrijving vindt plaats door het indienen van een plan van aanpak.
2.2.
De Veiligheidsregio wenst een Priority Request System (KPRS) op basis van een Korte Afstands Radio (KAR). De Veiligheidsregio wil de voordelen van een dergelijk prioritysysteem breed benutten, zodat de verkeersveiligheid wordt verbeterd en de aanrijtijd wordt verlaagd. Een 200-tal voertuigen moeten van het systeem worden voorzien.
2.3.
Incaa is aanbieder van een dergelijk plaatsbepalingssysteem en biedt in deze aanbesteding haar produkt Priodeck aan. Priodeck wordt in Nederland door verschillende hulpdiensten gebruikt, zo zijn ook bijvoorbeeld brandweerauto’s in Maastricht voorzien van dit systeem.
2.4.
Naast Incaa zijn er nog twee andere aanbieders geselecteerd: de Combinatie en Technolution. Alle geselecteerde bedrijven hebben een aanbieding gedaan op het bestek (programma van eisen inzake ontwerp, fabricage, testen, levering, installatie, training, onderhoud en beheer van het systeem) dat in opdracht van de Veiligheidsregio door Goudappel Coffeng, adviseurs in mobiliteit, is opgesteld en dat op 12 december 2014 tegelijkertijd met het dialoogdocument na de kick-off bijeenkomst van 10 december 2014 is gepresenteerd.
2.5.
Na een dialoogfase met drie besprekingsrondes, waarin nog een tweetal aanvullingensdocumenten is opgesteld, zijn de uiteindelijke inschrijvingen op 2 en 17 april 2015 beoordeeld door een beoordelingscommissie van medewerkers van de opdrachtgevers op twee factoren: prijs en kwaliteit in de verhouding 30-70. Beide gunningscriteria kennen een onderverdeling in subcriteria. De factor kwaliteit is onderverdeeld in (a) aanschaf (gewicht 60): fysieke uitvoering en inbouwmogelijkheden, toegepaste techniek, toepassingsmogelijkheden en levertijd/plan van aanpak, en (b) exploitatie (gewicht 40): wijze van updaten en noodzakelijk onderhoud.
Eerst is het materiële aanbod beoordeeld (het plan van aanpak) en daarna zijn de prijzenenveloppen geopend.
2.6.
De Combinatie is als beste aanbieder uit de bus gekomen en uitgenodigd voor de testfase. Als de testfase/verificatiefase naar tevredenheid van de Veiligheidsregio verloopt, zal de opdracht definitief aan de Combinatie worden verstrekt. Indien in de verificatiefase blijkt dat het product van de Combinatie niet voldoet, zal onder dezelfde voorwaarde van het doorstaan van een testfase/verificatiefase, worden gegund aan Incaa, de nummer twee in de aanbesteding.
2.7.
Op 20 april 2015 heeft de Veiligheidsregio de inschrijvers geïnformeerd over de gunning aan de Combinatie. Naast de scorematrix is Incaa een viertal punten medegedeeld waarop haar inschrijving afweek ten opzichte van de hoogst scorende inschrijving. Kort weergeven, is medegedeeld:
  • het toepassen van het systeem dead-reckoning door de winnende inschrijver wordt als significant voordeel gezien,
  • de winnende inschrijving heeft een beter plan met betrekking tot toekomstige ontwikkelingen,
  • de koppelingsmogelijkheden van de door de winnende inschrijver aangeboden oplossing worden als een voordeel gezien,
  • het plan van aanpak van Incaa wordt als te weinig concreet beoordeeld en er ontbreekt een overzicht van doorlooptijden en een detailplanning.

3.Het geschil

In de hoofdzaak
3.1.
Incaa vordert – primair – om de Veiligheidsregio te verbieden terzake de aanbesteding volgens de concurrentiegerichte dialoog voor de verwerving van een plaatsbepalingssysteem ten behoeve van de beïnvloeding van verkeersregelinstallaties ten behoeve van de Veiligheidsregio’s Limburg-Noord, Zuid-Limburg en de regionale ambulancevoorzieningen Limburg-Noord, Zuid-Limburg met kenmerk VRLN-2014-BRW-JR-010 te gunnen aan de Combinatie, en de veiligheidsregio te gebieden zo zij nog voornemens is te gunnen, de voornoemde aanbestede opdracht voorlopig aan Incaa te gunnen, met veroordeling van de Veiligheidsregio in de kosten.
3.2.
Incaa vordert subsidiair – kort weergegeven – bij toestaan wijziging van eis herbeoordeling van alle inschrijvingen op de aanbesteding door een nieuw samen te stellen beoordelingscommissie. De voorzieningenrechter zal later in dit vonnis uitlaten over de toelaatbaarheid van de wijziging van eis, nu deze enkel de subsidiaire vordering betreft.
3.3.
Incaa legt aan haar vordering ten grondslag dat zij een foutloos en direct leverbaar systeem aanbiedt dat voldoet aan het bestek: Priodeck is een volledig operationeel en uit voorraad leverbaar systeem. Onbegrijpelijk is daarom dat Incaa minder scoort dan de winnende inschrijver, die slechts een papieren product heeft.
Incaa stelt dat (1) haar plan van aanpak ten onrechte als minder wordt beoordeeld, en zij stelt dat (2) het winnende dead-reckoning systeem niet is uitgevraagd in het programma van eisen. Incaa stelt dat de motivering van de gunningsbeslssing gebrekkig is en het besluit niet kan dragen. De Veiligheidsregio heeft niet de nodige transparantie betracht en handelt volgens Incaa onrechtmatig jegens haar.
3.4.
De Veiligheidsregio en de Combinatie voeren verweer. Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.
In de tussenkomst
3.5.
De Combinatie concludeert in de hoofdzaak tot afwijzing van vorderingen van Incaa en vordert de Veiligheidsregio te gebieden de opdracht definitief definitief aan haar te gunnen, met veroordeling van Incaa in de kosten van het geding.
3.6.
De Veiligheidsregio concludeert in de hoofdzaak tot toewijzing van de vordering van de Combinatie sub 1 en tot afwijzing van de vordering sub 2. Incaa concludeert tot afwijzing van de vorderingen van de Combinatie in de hoofdzaak. Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.

4.De beoordeling

In de hoofdzaak

4.1.
Incaa stelt dat de beoordelingscommissie ten onrechte haar plan van aanpak als weinig concreet heeft beoordeeld, met name op het punt van doorlooptijden en detailplanning. Incaa stelt dat de uitrol direct na de opdrachtverstrekking kan plaatsvinden, omdat zij een panklaar product op de plank heeft liggen.
De Veiligheidsregio heeft ter zitting toegelicht dat Incaa anders dan de winnende inschrijving geen concreet tijdpad heeft aangeleverd voor levering en installatie in de voertuigen.
4.2.
De voorzieningenrechter is, omdat Incaa geen planning op voertuigniveau heeft ingediend, omdat niet duidelijk is wanneer die voertuigen beschikbaar zijn voor de om- en inbouw, en omdat onweersproken is dat de Combinatie wel een dergelijk concreter tijdpad heeft opgenomen in haar plan van aanpak en het bestek het indienen van een gedetailleerd plan niet uitsluit, althans dat in aanvulling 2 van het tweede aanvullingsdocument hier in wezen zelfs om vraagt, van oordeel dat de beoordelingscommissie het plan van aanpak van de Combinatie hoger heeft mogen waarderen. Als de mate van detail in de uitrolplanning voor Incaa niet duidelijk zou zijn geweest, had zij hier in het voortraject opmerkingen over moeten maken dan wel vragen over dienen te stellen.
4.3.
Incaa stelt dat de winnende aanbieder geen product kan leveren dat kant-en-klaar is, zoals haar product Priodeck. Het product van de Combinatie zou volgens Incaa slechts op papier bestaan en daarom niet direct leverbaar zijn, zoals uitgevraagd.
De Veiligheidsregio wijst er op dat de Combinatie een product aanbiedt dat klaar is voor de testfase en dat als zou blijken dat de Combinatie geen volledig werkend systeem zou kunnen demonstreren de aanbesteding met Incaa verder gaat.
4.4.
De voorzieningenrechter stelt vast dat in het aanvullingsdocument dat is opgesteld na de tweede dialoogronde en dat integraal deel uitmaakt van het bestek, met zoveel woorden in aanvulling 1 is benoemd dat de inschrijfdatum niet de fatale termijn is om een werkend product te hebben, maar dat een werkend systeem in de testfase moet worden getoond. Naar het oordeel van de voorzieningenrechter volgt hieruit dat – als er al sprake is van slechts een product op papier – niet is verlangd dat er een kant-en-klaar product is op het moment van sluiten van de inschrijvingstermijn. Dat de lengte van de testfase door de Veiligheidsregio niet nader is gedefinieerd, is niet onrechtmatig jegens de andere inschrijvers of in strijd met de transparantie, omdat dit voor alle inschrijvers voorafgaand aan de inschrijving duidelijk was en er kennelijk geen opmerkingen over deze procedureregel zijn gemaakt en ook geen vragen over zijn gesteld.
4.5.
Incaa stelt dat zij volledig voldoet aan alle onder kwaliteit uitgevraagde aspecten van aanschaf. Zij biedt een compact, robuust en bedrijfszeker product aan dat volledig werkend is en voldoet aan de gestelde technische eisen.
De Veiligheidsregio wijst er op dat het bestek ruimte laat om met nieuwe, innovatieve oplossingen te komen en dat niet per se is gevraagd naar een product dat zijn bestaan bewezen heeft. Dat gescoord zou kunnen worden met alternatieve oplossingen voor bestaande systemen was voor alle potentiële inschrijvers duidelijk, in ieder geval na de kick-off bijeenkomst. De Veiligheidsregio geeft aan dat het Priodeck systeem op zich wel zou kunnen functioneren – het systeem wordt immers al gebruikt door bijvoorbeeld de Brandweer te Maastricht – maar de Combinatie biedt een techniek die door de beoordelingscommissie als beter passend bij de uitvraag werd beoordeeld.
4.6.
De voorzieningenrechter stelt vast dat in het bestek onder 2.2.8 en 2.2.9 punten zijn opgenomen waaraan het aangeboden KPRS moet voldoen qua nauwkeurigheid van de plaatsbepaling en dat onder 2.4.5. is gevraagd om een toekomstvast product. Ter zitting is door de Veiligheidsregio en de Combinatie toegelicht dat het aangeboden dead-reckoningsysteem anders dan het Priodeck systeem van Incaa niet alleen op GPS-data werkt, maar ook gebruik maakt van voertuiginformatie. Onweersproken is dat bij het wegvallen van GPS-data (bijvoorbeeld in een tunnel of garage of bij dichte bebouwing) of bij stilstaan de positie van het voertuig met dead-reckoning direct kan worden bepaald en dat het Priodeck systeem binnen de uitgevraagde marge een grotere opstartvertraging kent dan het systeem van de Combinatie. Vast staat dat Incaa niet aanbiedt haar systeem uit te breiden met dead-reckoning, hoewel die mogelijkheid wel wordt gememoreerd in haar aanbieding, omdat haar Priodeck systeem bewezen probleemloos werkt.
Onweersproken is voorts dat de Combinatie in haar plan van aanpak op een andere wijze dan Incaa – namelijk met routeplanning – heeft laten zien hoe op toekomstige technische ontwikkelingen – centrale aansturing van de verkeersregelsystemen – zal worden ingespeeld. Vast staat dat Incaa in haar aanbieding op dit punt slechts opmerkingen maakt over de duur van abonnementen en de ondersteuning van bepaalde technieken voor het versturen van data.
Omdat Incaa het door haar aangeboden Priodeck systeem weliswaar probleemloos kan uitbreiden met de door de Combinatie aangeboden en kennelijk als positief beoordeelde voorzieningen, maar dat in haar aanbieding niet heeft gedaan, is het volstrekt navolgbaar dat de beoordelingscommissie de aanbieding van Incaa lager waardeert dan die van de Combinatie, die deze nieuwe(re) technologie en/of innovatieve modaliteiten wel (reeds) aanbiedt. De voorzieningenrechter is van oordeel op grond van het bovenstaande dat de Veiligheidsregio voldoende inzichtelijk heeft gemaakt waarom de beoordelingscommissie meer punten heeft toegekend aan een product dat sneller de plaatsbepaling van een voertuig kan uitvoeren dan het Priodeck systeem, dat op zich ook voldoet, en waarom gekozen is voor een product dat rekening houdt met (mogelijk) toekomstige ontwikkelingen in de verkeersregelinstallaties.
4.7.
De voorzieningenrechter is van oordeel dat niet is gebleken dat de Veiligheidsregio bij de beoordeling van de inschrijving van Incaa heeft gehandeld in strijd met de wet of haar aanbestedingsdocumenten of de beginselen van aanbestedingsrecht, zodat de vordering moet worden afgewezen.
De subsidiaire vordering tot herbeoordeling door een nieuwe beoordelingscommissie
4.8.
Omdat de primaire vordering wordt afgewezen, dient de voorzieningenrechter in beginsel de subsidiaire vordering te beoordelen. Omdat niet van een onrechtmatigheid in de gunningsprocedure is gebleken, is er geen grond om twee of meer inschrijvingen opnieuw te laten beoordelen. De voorzieningenrechter zal de vordering dan ook afwijzen. Aan een oordeel over de toelaatbaarheid van de wijziging van eis komt hij daarom ook niet meer toe, omdat de strekking van deze wijziging in het verlengde van de oorspronkelijke subsidiaire vordering ligt.
In de tussenkomst
4.9.
Met de Veiligheidsregio is de voorzieningenrechter van oordeel dat de gevorderde definitieve gunning van de opdracht aan de Combinatie niet kan worden toegewezen, omdat de verificatiefase – onweersproken – nog niet is afgerond.
In de hoofdzaak, in het incident en in de tussenkomst
De proceskosten
4.10.
Incaa zal in de hoofdzaak in het ongelijk gestelde partij worden veroordeeld in de kosten van het geding opgekomen aan de zijde van de Veiligheidsregio en de Combinatie.
4.11.
Deze kosten worden in de hoofdzaak aan de zijde van de Veiligheidsregio begroot op € 1.429,00 (€ 613,00 aan griffierechten en € 816,00 aan salaris advocaat) en aan de zijde van de Combinatie op € 1.429,00 (€ 613,00 aan griffierechten en € 816,00 aan salaris advocaat).
4.12.
Incaa zal worden veroordeeld in de kosten van het incident aan de zijde van de Combinatie. De kosten worden aan de zijde van de Combinatie begroot op nihil.
De Veiligheidsregio heeft in het incident niet om een proceskostenveroordeling van een der partijen gevraagd en de voorzieningenrechter ziet daar anderszins ook geen redenen toe.
4.13.
Incaa en de Combinatie zijn beiden in de tussenkomst deels in het ongelijk gesteld, zodat de voorzieningenrechter aanleiding heeft te oordelen dat compensatie van kosten op zijn plaats is, en hij zal derhalve bepalen dat elk der partijen de eigen kosten in de tussenkomst draagt.
De Veiligheidsregio heeft in de tussenkomst niet om een proceskostenveroordeling van een der partijen gevraagd en de voorzieningenrechter ziet daar anderszins ook geen redenen toe.

5.De beslissing

De voorzieningenrechter
In het incident
5.1.
veroordeelt Incaa in de kosten van de procedure aan de zijde van de Combinatie begroot op nihil,
In de hoofdzaak en in de tussenkomst
5.2.
wijst de vorderingen van Incaa af,
5.3.
verstaat het bepaalde onder 5.2. als toewijzing van de vordering sub 1 van de Combinatie,
5.4.
wijst de vordering sub 2. van de Combinatie af,
5.5.
veroordeelt Incaa in de kosten van de procedure in de hoofdzaak aan de zijde van de Veiligheidsregio begroot op € 1.429,00 en aan de zijde van de Combinatie op
€ 1.429,00,
5.6.
bepaalt dat de kosten in de tussenkomst worden gecompenseerd wat Incaa en de Combinatie betreft, in die zin dat elk der partijen de eigen kosten draagt,
5.7.
verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad wat de kostenveroordeling onder 5.5. betreft.
Dit vonnis is gewezen door mr. A.J. Henzen en in het openbaar uitgesproken. [1]

Voetnoten

1.type: EvB