In deze zaak, die op 15 juni 2015 door de Rechtbank Limburg is behandeld, vorderde eiser, vertegenwoordigd door advocaat mr. J.P.H. Jacobs, dat gedaagde zou worden veroordeeld tot betaling van de volledige koopsom voor een woning en medewerking te verlenen aan de levering van deze woning. Eiser stelde dat gedaagde zijn verplichtingen uit de koopovereenkomst niet was nagekomen, omdat hij de financiering niet rond kreeg. Gedaagde erkende tijdens de zitting dat hij in gebreke was gebleven, maar gaf aan nog steeds bereid te zijn de woning te kopen en dat de financiering op korte termijn rond zou komen. De voorzieningenrechter oordeelde dat er geen beletselen waren om de vordering toe te wijzen, met uitzondering van een deel van de vordering dat niet in kort geding kon worden toegewezen. De rechter wees de ontruiming toe voor het geval gedaagde niet zou voldoen aan de betalingsverplichtingen voor een bepaalde datum. Tevens werd gedaagde veroordeeld in de proceskosten, die door eiser waren opgevoerd. Het vonnis bevatte verschillende bepalingen over de betaling van de koopsom, contractuele boetes en de ontruiming van de woning, en werd uitvoerbaar bij voorraad verklaard. Het vonnis werd uitgesproken door mr. A.J. Henzen.