Uitspraak
1.De procedure
2.De feiten
- U krijgt een arbeidsovereenkomst naar burgerlijk recht aangeboden
- De arbeidsovereenkomst gaat met terugwerkende kracht in
- Bij gebleken geschiktheid en indien dit bedrijfseconomisch mogelijk is, zal na ommekomst van het jaar een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd worden aangeboden.
- Op deze overeenkomst is het Nederlandse recht van toepassing.
- U wordt benoemd in de functie van
- In deze functie bent u werkzaam bij
- (…)
- Uw bruto maandsalaris bedraagt
- Indien uw nieuwe salaris lager is dan uw oude salaris, is dat een gevolg van het nieuwe loongebouw. Om de salaristeruggang te beperken hebben wij voor die mensen die het betreft een garantietoeslag ingebouwd die zodanig is dat u op 95% van uw oude bruto-loon uitkomt. De garantietoeslag wordt afgebouwd met een bedrag gelijk aan toekomstige algemene en individuele salarisverhogingen. Op grond van deze bepaling ontvangt u – bovenop voornoemd salaris – een garantietoeslag ad
- (…)
- Er wordt bij het toepassen van de arbeidsvoorwaarden zoveel als mogelijk aansluiting gezocht bij de zogenaamde CAR-UWO van de gemeente Heerlen (“Collectieve Arbeidsvoorwaarden- regeling Uitwerkingsovereenkomst”, in de volksmond “cao voor gemeenteambtenaren”) door middel van analoge toepassing van deze regeling. Dit betekent dat wij de CAR-UWO van de gemeente Heerlen volgen, maar dat u geen ambtelijke aanstelling krijgt.
- (…)
3.Het geschil
19 oktober 2013 is voortgezet op basis van de gedane toezegging, dan wel uit dien hoofde WOZL te veroordelen om aan [eiser] binnen 24 uur na het in dezen te wijzen vonnis een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd aan te bieden conform de voorwaarden zoals dat eerst ook het geval was, op basis van de gedane toezeggingen;
LJNBV9603,
JAR2012/150, Van Tuinen / Taxicentrale
L. Wolters, hierna wederom aan te duiden als “Van Tuinen-arrest”) en het bepaalde in artikel 7:668a BW – dat er sprake is van opvolgend werkgeverschap. Dit brengt volgens [eiser] mee dat de arbeidsovereenkomst die hij op 19 oktober 2012 met WOZL is aangegaan, als voor onbepaalde tijd aangegaan heeft te gelden.
4.De beoordeling
kunneninzien. Daarom moet worden geoordeeld dat tussen WOZL en Licom zodanige banden bestonden, dat het door Licom verkregen inzicht in de hoedanigheden en geschiktheid van de Licom-werknemers in redelijkheid ook moet worden toegerekend aan WOZL nu WOZL de mogelijkheid heeft gehad om het hier bedoelde inzicht per individuele cao-werknemer (onder wie ook de 16 “opplussers”) te verkrijgen. Samengevat: ook ten aanzien van de werknemers die niet behoorden tot de 65 werknemers met de gebleken juiste “mindset”, is aan het banden-criterium van het Van Tuinen-arrest voldaan.
18 oktober 2013 blijven voortbestaan. Dit zal hierna in het dictum voor recht worden verklaard.
WOZL zal dan ook worden veroordeeld tot betaling van het loon vanaf 19 oktober 2013 ad
€ 3.770,00 bruto per maand (zijnde het loon zonder 8% vakantiebijslag en overige emolumenten) tot en met heden. Niet in geschil is dat [eiser] sinds 13 augustus 2013 arbeidsongeschikt is. WOZL heeft niet aangevoerd dat [eiser] vanwege de duur van die arbeidsongeschiktheid, geen aanspraak (meer) kan maken op volledige doorbetaling van het loon. Om die reden zal hierna, ondanks de arbeidsongeschiktheid van [eiser], een maandloon van € 3.770,00 bruto worden toegewezen. Het had op de weg van WOZL gelegen om, bijvoorbeeld onder verwijzing naar de in de arbeidsovereenkomst tussen WOZL en [eiser] van toepassing verklaarde CAR-UWO van de gemeente Heerlen, te bepleiten dat [eiser] na ommekomst van een aaneengesloten periode van arbeidsongeschiktheid geen aanspraak kan maken op volledige doorbetaling van het loon tijdens die arbeidsongeschiktheid. Dit heeft WOZL evenwel nagelaten. Ten overvloede: Wat hier ook van zij, ervan uitgaande dat [eiser] een Ziektewet-uitkering heeft (gehad), zal dit natuurlijk wel in mindering komen op gemelde loondoorbetalingsverplichting en de daarbij geldende wettelijke verhoging ex artikel 7:625 BW en de wettelijke rente.
NJ2007/101 – geen grond voor (overeenkomstige) toepassing van artikel 7:680a BW op een geval als het onderhavige, waarin in geschil is of een arbeidsovereenkomst van rechtswege is afgelopen. Het beroep op matiging van de loonvordering op grond van het bepaalde in artikel 7:680a BW kan mitsdien niet slagen. Niet is komen vast te staan dat WOZL bevoegd is om tot verrekening van het in dit vonnis aan [eiser] toegekende achterstallige loon over te gaan, zodat hetgeen daaromtrent door WOZL is aangevoerd geen verdere bespreking behoeft. De maximale wettelijke verhoging ex artikel 7:625 BW is over dit achterstallige loon toewijsbaar, nu niet om matiging daarvan is verzocht. Er is door WOZL weliswaar om matiging van de vordering tot doorbetaling van het loon op de voet van artikel 7:680a BW verzocht, maar niet om matiging van de wettelijke verhoging op grond van het bepaalde in artikel 7:625 BW. Voor ambtshalve matiging van de wettelijke verhoging vanwege de niet tijdige betaling van het loon bestaat geen aanleiding. De wettelijke rente is toewijsbaar over het achterstallige loon over voormelde periode plus de wettelijke verhoging. Die wettelijke rente zal worden toegewezen vanaf 7 april 2014 (dag der dagvaarding). Vanaf heden is WOZL gehouden om het reguliere loon (dus zonder wettelijke verhoging en wettelijke rente) op het gebruikelijke tijdstip aan [eiser] te betalen, waarbij het redelijk is dat vanaf heden wél rekening wordt gehouden met de duur van de arbeidsongeschiktheid van [eiser] voor de bepaling van de hoogte van die loonbetalingsverplichting. Omdat het hier om toekomstige loonbetalingen gaat die thans nog niet opeisbaar zijn, kan WOZL niet worden veroordeeld tot betaling van het loon vanaf heden totdat de arbeidsovereenkomst tussen partijen op rechtsgeldige wijze is geëindigd. Dit ontslaat WOZL evenwel niet van haar verplichting om het reguliere loon op het gebruikelijke tijdstip aan [eiser] te blijven betalen (ervan uitgaand dat ook [eiser] zijn verplichtingen uit hoofde van de arbeidsovereenkomst nakomt en binnen zijn mogelijkheden meewerkt aan zijn re-integratie). De kantonrechter gaat ervan uit dat WOZL deze (betalings)verplichting uit hoofde van de arbeidsovereenkomst nakomt, uiteraard zolang die verplichting tot doorbetaling van het loon bij ziekte bestaat.
- explootkosten en verschotten: € 102,27
- salaris gemachtigde: €
1.050,00(3,5 x € 300,00)
5.De beslissing
- € 100,00 aan salaris gemachtigde, te vermeerderen met de wettelijke rente als bedoeld in artikel 6:119 BW met ingang van de vijftiende dag na aanschrijving tot aan de dag der algehele voldoening;