Op 21 januari 2015 heeft de Rechtbank Limburg in Maastricht uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die beschuldigd werd van het medeplegen van oplichting en poging tot het medeplegen van oplichting. De zaak kwam voort uit een incident op 12 april 2012 in een amusementshal, waar de verdachte zou hebben geprofiteerd van manipulatie van een automatische roulettetafel. Tijdens de zittingen op 17 oktober 2014 en 7 januari 2015 werd de officier van justitie gehoord, evenals de verdachte en zijn raadsman, mr. B.H.M. Nijsten.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de dagvaarding geldig was en dat er geen belemmeringen waren voor de ontvankelijkheid van de officier van justitie. De officier van justitie meende dat de verdachte op basis van camerabeelden betrokken was bij de manipulatie van de roulettetafel. De verdediging betwistte dit en pleitte voor vrijspraak, stellende dat het bewijs onvoldoende was.
Na beoordeling van het bewijs, waaronder aangiften en camerabeelden, concludeerde de rechtbank dat er onvoldoende bewijs was om te stellen dat de verdachte op de hoogte was van de manipulatie en daar voordeel uit had gehaald. De rechtbank sprak de verdachte vrij van de tenlastegelegde feiten en gelastte de teruggave van in beslag genomen gegevensdragers met camerabeelden. De uitspraak werd gedaan door een meervoudige kamer, waarbij mr. R.M.M. Kleijkers niet in de gelegenheid was om het vonnis mede te ondertekenen.