Uitspraak
RECHTBANK LIMBURG
1.De procedure
2.De feiten
“[opposant] handelend onder [naam 1] Pensioen B.V. handelend onder trajeKt zorggroep, trajeKt BCB en trajeKt JFM”.Gelet op deze formulering en de door Regio Adviseurs ter mondelinge behandeling gegeven toelichting dat partijen tot uitdrukking wilden brengen dat [opposant] in het gehuurde kantoor zou gaan houden met voornoemde bedrijven, acht de kantonrechter het aannemelijk dat [opposant] de huurovereenkomst - in ieder geval - in eigen naam is aangegaan.”
3.Het geschil
€ 2.900,00 en met bepaling dat de dwangsommen in verband met de ontruiming worden verminderd tot nihil.
4.De beoordeling
handelend onder [naam 1] B.V. handelend onder trajeKt zorggroep, trajeKt BCB en trajeKt JFM”. De toevoeging van de aanduiding “
handelend onder” wijst naar het oordeel van de kantonrechter nog immer op handelen als privé persoon en rechtvaardigt niet de conclusie dat, anders dan partijen kennelijk aanvankelijk voor ogen stond, een derde ([naam 1]) de positie van huurder zou innemen. De kantonrechter acht ook van belang voor het oordeel dat [opposant] in privé de huurovereenkomst is aangegaan, dat bij de ondertekening onderaan de huurovereenkomst een verwijzing naar [naam 1] of naar een volmacht ontbreekt. De kantonrechter acht voorts relevant de opmerking van [opposant] ter zitting dat de kantoorinventaris hem in privé toebehoorde en dat de volledige cliëntadministratie in papier en op elektronische gegevensdragers (server) van zijn voormalig advocatenkantoor zich in het gehuurde bevond. Dat [opposant] in zijn machtiging van 14 januari 2015 inzake de toegang voor mr. Van Kasteren spreekt over ”
de door mij gehuurde kantoorruimte” bevestigt het oordeel dat [opposant] in privé huurde.