In deze zaak heeft de kantonrechter op 3 april 2015 uitspraak gedaan in een kort geding tussen [eiser] en Horecare B.V. [eiser] vorderde betaling van loon, vakantiegeld en vakantie-uren over de periode waarin hij ziek was. Hij had op 29 oktober 2014 zich ziek gemeld en stelde dat hij recht had op doorbetaling van zijn loon, terwijl Horecare B.V. dit betwistte. De arbeidsovereenkomst tussen partijen was op 24 april 2014 gesloten, waarbij [eiser] als oproepmedewerker was aangesteld. De kantonrechter oordeelde dat [eiser] recht had op loon tijdens ziekte, omdat Horecare niet had aangetoond dat [eiser] niet in staat was om zijn werkzaamheden te verrichten. De rechter wees de vordering van [eiser] toe, inclusief de wettelijke verhoging en rente, en veroordeelde Horecare tot betaling van de proceskosten. De rechter concludeerde dat Horecare onvoldoende bewijs had geleverd om de loonbetaling te staken en dat de ziekmelding op de juiste wijze was gedaan. Dit vonnis bevestigt de rechten van werknemers bij ziekte en de verplichtingen van werkgevers om loon door te betalen.