Uitspraak
- het exploot van dagvaarding van [geopposeerde] van 6 augustus 2014
- het verstekvonnis in de zaak 3331586 CV EXPL 14-8916 van 3 september 2014
- het exploot van verzetdagvaarding van 7 september 2014
- de conclusie van antwoord in oppositie
- de conclusie van repliek in oppositie
- de akte uitlating producties.
2.De feiten
3.Het geschil
1 januari 2014 bij PMT gold ook na deze datum ongewijzigd voortgezet wordt, zonder inhouding van pensioenpremies op het salaris van [geopposeerde]. Tevens is Janshen-Hahnraths als gedaagde veroordeeld tot betaling van een bedrag van € 933,80 bruto ter zake de ingehouden (10%) pensioenpremie op het loon van [geopposeerde] over de maanden januari 2014 tot en met
juli 2014 en € 140,00 aan buitengerechtelijke kosten, alsmede tot betaling van de proceskosten.
4.De beoordeling
- door gewijzigd overheidsbeleid (verminderde btw-aftrek en afdragen kansspelbelasting) en de huidige economische en financiële situatie de bedrijfsresultaten sterk onder druk zijn komen te staan,
- zij als gevolg van de verslechterde bedrijfsresultaten genoodzaakt was tot kostenbeheersing,
- de pensioenpremieverdeling niet meer van deze tijd en niet marktconform is en de pensioenregeling zeer kostbaar is door de stijging van de pensioenpremies als percentage van de salarissom,
- het doorvoeren van de nieuwe premieverdeling noodzakelijk is om de continuïteit van de onderneming te kunnen waarborgen.
1 januari 2014, met inachtneming van de daarbij voorziene overgangsregeling en eenmalige compensatieregeling voor de werknemers die op 31 december 2014 nog in dienst zijn.
1 januari 2014, zal worden afgewezen.
1 januari 2014 10% pensioenpremie, neerkomend op een bedrag van € 133,40 per maand, inhouden op het loon van [geopposeerde]. De gevorderde restitutie van pensioenpremies ten bedrage van € 933,80 bruto, zal eveneens worden afgewezen.
(2 x € 100,00) aan salaris gemachtigde.