ECLI:NL:RBLIM:2015:1440
Rechtbank Limburg
- Wraking
- Th. M. Schelfhout
- W.E. Elzinga
- V.P. van Deventer
- Rechtspraak.nl
Wraking van een rechter in een strafzaak wegens vermeende onheuse bejegening
In deze zaak heeft de wrakingskamer van de Rechtbank Limburg op 13 februari 2015 uitspraak gedaan over een verzoek tot wraking van de rechter, mr. P.H.M. Kuster, ingediend door de advocaat mr. B.M. Beg. Het verzoek tot wraking werd gedaan tijdens een openbare terechtzitting op 28 januari 2015, waarin de politierechter de leiding had over de behandeling van een strafzaak met parketnummer 03/147346-13. De verzoeker stelde dat de rechter de raadsman onheus had bejegend door hem te onderbreken en te dreigen met verwijdering uit de zittingszaal.
De wrakingskamer heeft de procedure op 6 februari 2015 behandeld, waarbij zowel de verzoeker als zijn raadsman, de rechter, de persrechter mr. Holthuis en de officier van justitie mr. Janssen aanwezig waren. De verzoeker voerde aan dat de rechter hem geen kans had gegeven om de verdediging te voeren en dat dit een blijk van vooringenomenheid was. De wrakingskamer oordeelde echter dat de gronden voor het wrakingsverzoek niet tijdig waren ingediend en dat de rechter zijn bevoegdheid om de orde te handhaven op de zitting niet als een grond voor wraking kon worden aangemerkt.
De wrakingskamer concludeerde dat de verzoeker niet voldoende had aangetoond dat de rechter niet onpartijdig was en wees het verzoek tot wraking af. De beslissing werd openbaar uitgesproken en er staat geen rechtsmiddel open tegen deze beslissing.