Uitspraak
RECHTBANK LIMBURG
C/03/205835 / FA RK 15-1498met betrekking tot de minderjarige:
C/03/207403 / FA RK 15-2000met betrekking tot de minderjarige:
Rechtbank Limburg
In deze zaak heeft de Rechtbank Limburg op 11 november 2015 uitspraak gedaan over de verzoeken van de stichting ‘Stichting NIDOS Jeugdbescherming voor Vluchtelingen’ (hierna: Nidos) om een (tijdelijke) voogdij over twee minderjarigen te benoemen. De minderjarige moeder, geboren in 1998, en haar zoon, geboren in 2014, zijn in Nederland in het kader van gezinshereniging. Nidos heeft zich bereid verklaard om de voogdij over hen uit te oefenen. De Raad voor de Kinderbescherming heeft in een rapport geconcludeerd dat de ouders van de minderjarige moeder een gelijkwaardige relatie hebben en dat er geen zorgen zijn over de opvoeding van de minderjarige.
De rechtbank heeft echter twijfels over de rechtsgeldigheid van het huwelijk van de minderjarige moeder, dat in Syrië is gesloten. De Wet tegengaan huwelijksdwang, die op 5 december 2015 in werking treedt, heeft als doel om te verduidelijken wanneer de erkenning van in het buitenland gesloten huwelijken in strijd is met de Nederlandse openbare orde. De rechtbank oordeelt dat het huwelijk van de minderjarige moeder met de vader van haar kind niet voor erkenning in aanmerking komt, omdat zij op het moment van het huwelijk niet de vereiste leeftijd van achttien jaar had bereikt.
De rechtbank benoemt Nidos tot voogd over beide minderjarigen, aangezien de ouders van de minderjarige moeder niet in staat zijn om het gezag uit te oefenen. De beslissing is uitvoerbaar bij voorraad en de griffier zal een afschrift van de beschikking aan het centrale gezagsregister toezenden. Tegen deze beschikking kan binnen drie maanden hoger beroep worden ingesteld bij het gerechtshof te 's-Hertogenbosch.