Uitspraak
RECHTBANK LIMBURG
1.[eiser sub 1] ,wonend [adres] ,[woonplaats] ,
[eiser sub 2],
wonend [adres] ,
[woonplaats] ,
1.De procedure
- de dagvaarding
- de conclusie van antwoord
- de conclusie van repliek
- de conclusie van dupliek.
2.2. De feiten
- 11 augustus 2014: Amsterdam – Schiphol (AMS) naar Frankfurt – Frankfurt International (FRA), uit te voeren door KLM, vertrek Amsterdam 09.50 uur, aankomst Frankfurt 10.55 uur;
- 12 augustus 2014: Kuala Lumpur International (KUL) – Denpasar Bali – Ngurah Rai Airport Bali, uit te voeren door Malaysia Airlines, vertrek Kuala Lumpur 08.50 uur (lokale tijd), aankomst Denpasar Bali 11.50 uur (lokale tijd).
3.Het geschil
4.De beoordeling
1. Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:
a) wordt de betrokken passagiers door de luchtvaartmaatschappij die de vlucht uitvoert bijstand geboden als bedoeld in artikel 8;
“indien zij volgens de oorspronkelijke planning wordt uitgevoerd en de daadwerkelijke vertrektijd later valt dan de geplande vertrektijd.”. Een vertraging kan ook aanspraak op leveren op compensatie als bedoeld in artikel 7 van de Verordening volgens het HvJ EU in rechtsoverweging 61
“wanneer zij (de passagiers, opm. kantonrechter) door dergelijke vluchten drie uren tijd verliezen, dat wil zeggen wanneer zij hun eindbestemming drie of meer uren na de door de luchtvaartmaatschappij oorspronkelijk geplande aankomsttijd bereiken.”.
“drie uur of meer tijdsverlies vergeleken met de oorspronkelijke planning van hun vlucht.”.Het HvJ EU heeft vervolgens voor recht verklaard dat de artikelen 5 tot en met 7 van de Verordening aldus moeten worden uitgelegd, “
dat passagiers van een vertraagde vlucht krachtens deze verordening recht op compensatie hebben wanneer zij wegens deze vlucht drie uur tijdverlies of meer lijden, dat wil zeggen wanneer zij drie uur na de door de luchtvervoerder oorspronkelijk geplande aankomsttijd of later hun eindbestemming bereiken.”.
“dat voor de toepassing van de in artikel 7 (…) voorziene forfaitaire compensatie in geval van een vlucht met rechtstreekse aansluitingen enkel de vertraging van belang is die is vastgesteld ten opzichte van de oorspronkelijk geplande aankomsttijd op de eindbestemming, waaronder wordt verstaan de bestemming van de laatste vlucht die de betrokken passagier heeft genomen.”Het HvJ EU benadrukt in rechtsoverweging 39 dat de omstandigheid dat een vlucht geen vertraging heeft ten opzichte van de geplande vertrektijd, niet maakt dat er geen compensatie hoeft te worden betaald indien die vlucht bij aankomst op de eindbestemming niettemin een vertraging heeft opgelopen van drie uur of meer
“aangezien dit erop neer zou komen dat passagiers van vluchten die bij aankomst op hun eindbestemming een vertraging hebben opgelopen van drie uur of meer ten opzichte van de geplande aankomsttijd, anders worden behandeld naargelang de vertraging van hun vlucht ten opzichte van de geplande vertrektijd al dan niet de in artikel 6 Verordening vastgestelde drempels heeft overschreden, hoewel zij hetzelfde, uit een onomkeerbaar tijdverlies voortvloeiend ongemak ondervinden.”. Het HvJ EU heeft vervolgens geoordeeld dat artikel 7 van de Verordening aldus moet worden uitgelegd,
“dat op basis van dit artikel compensatie is verschuldigd aan de passagier van een vlucht met rechtstreekse aansluitingen die bij vertrek een vertraging heeft opgelopen die de in artikel 6 van die verordening neergelegde drempels niet overschrijdt, maar zijn eindbestemming heeft bereikt met een vertraging van drie uur of meer ten opzichte van de geplande aankomsttijd, aangezien deze compensatie niet afhankelijk is van het bestaan van een vertraging bij vertrek en dus evenmin van de vraag of de voorwaarden van voornoemd artikel 6 van die verordening vervuld zijn.”
€ 600,00 per persoon als gevolg van de vertraging die zij door KLM hebben geleden.
- dagvaarding € 101,18
- griffierecht € 221,00
- salaris gemachtigde
€ 300,00totaal: € 622,18.