ECLI:NL:RBLIM:2014:9210

Rechtbank Limburg

Datum uitspraak
22 oktober 2014
Publicatiedatum
29 oktober 2014
Zaaknummer
03/659470-13 03/700027-12 (tul)
Instantie
Rechtbank Limburg
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vrijspraak van verdachte in zaak van poging tot doodslag en diefstal met geweld

Op 22 oktober 2014 heeft de Rechtbank Limburg in Roermond uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte, bijgestaan door zijn raadsman mr. K. Verkaart. De zaak betreft meerdere tenlasteleggingen, waaronder poging tot doodslag en diefstal met geweld, gepleegd op 11 november 2013 in Venlo. De rechtbank heeft op 8 oktober 2014 het onderzoek ter terechtzitting gehouden, waarbij de officier van justitie en de verdachte aanwezig waren. De tenlastelegging omvatte onder andere het opzettelijk toebrengen van zwaar lichamelijk letsel aan het slachtoffer, alsook het proberen te pinnen met een bankpas van het slachtoffer zonder toestemming.

De officier van justitie heeft vrijspraak gevorderd voor de levensdelicten, omdat er geen objectief bewijs was dat het slachtoffer daadwerkelijk slachtoffer was van geweld in zijn woning. De rechtbank heeft de camerabeelden bekeken, maar kon niet vaststellen dat de verdachte de persoon was die zich bij de geldautomaten bevond. De rechtbank oordeelde dat er onvoldoende wettig bewijs was voor de tenlastegelegde feiten, inclusief de poging tot diefstal door middel van een valse sleutel.

De benadeelde partij, het slachtoffer, had een schadevergoeding van € 83.088,53 gevorderd, maar de rechtbank verklaarde de benadeelde partij niet ontvankelijk in haar vordering, omdat de verdachte niet was veroordeeld voor de tenlastegelegde feiten. De rechtbank heeft ook een vordering tot tenuitvoerlegging van een eerdere voorwaardelijke veroordeling afgewezen, omdat de verdachte zich niet schuldig had gemaakt aan de onderhavige feiten. Uiteindelijk sprak de rechtbank de verdachte vrij van alle tenlastegelegde feiten en verklaarde de benadeelde partij niet-ontvankelijk in haar vordering.

Uitspraak

RECHTBANK Limburg

Zittingsplaats Roermond
Strafrecht
Parketnummer : 03/659470-13
Parketnummer : 03/700027-12 (tul)
Datum uitspraak : 22 oktober 2014
Tegenspraak
Vonnis van de rechtbank Limburg, meervoudige kamer voor strafzaken,
in de zaak tegen:
[verdachte],
geboren te [geboortedatum],
wonende te [adres].
Raadsman is mr. K. Verkaart, advocaat te Breda.

1.Het onderzoek van de zaak

Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting
van 8 oktober 2014.
De rechtbank heeft op 8 oktober 2014 gehoord: de officier van justitie en de verdachte, bijgestaan door zijn raadsman.

2.De tenlastelegging

De verdachte staat na wijziging van de tenlastelegging terecht ter zake dat:
hij, verdachte, op of omstreeks 11 november 2013 in de gemeente Venlo ter
uitvoering van het door hem, verdachte, tezamen en in vereniging met een
ander of anderen, althans alleen, voorgenomen misdrijf om opzettelijk en al
dan niet met voorbedachten rade [slachtoffer] van het leven te beroven, met dat
opzet en al dan niet na kalm beraad en rustig overleg, voornoemde [slachtoffer]
meermalen, althans eenmaal, (telkens) opzettelijk (al dan niet met (een)
hard(e) voorwerp(en)) tegen het hoofd en/of tegen overige delen van diens
lichaam heeft/hebben geslagen en/of gestompt en/of getrapt en/of geschopt
en/of voornoemde [slachtoffer] opzetelijk van een trap in de woning [adres 2]
heeft/hebben geduwd, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet
is voltooid;
Subsidiair, althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of
zou kunnen leiden, dat:
hij, verdachte, op of omstreeks 11 november 2013 in de gemeente Venlo tezamen
en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, ter uitvoering van
het door hem, verdachte en/of een of meer ander(en) voorgenomen misdrijf om
opzettelijk [slachtoffer] van het leven te beroven, met dat opzet meermalen,
althans eenmaal, (telkens) opzettelijk (al dan niet met (een) hard(e)
voorwerp(en)) tegen het hoofd en/of tegen overige delen van het lichaam van
voornoemde [slachtoffer] heeft/hebben geslagen en/of gestompt en/of getrapt en/of
geschopt en/of voornoemde [slachtoffer] opzettelijk van een trap in de woning [adres 2]
heeft/hebben geduwd, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen
misdrijf niet is voltooid, welke vorenomschreven poging tot doodslag werd
gevolgd, vergezeld en/of voorafgegaan van enig strafbaar feit, te weten
diefstal voorafgegaan en/of vergezeld en/of gevolgd van geweld tegen
voornoemde [slachtoffer] en/of afpersing door geweld van voornoemde [slachtoffer], en
welke poging tot doodslag werd gepleegd met het oogmerk om de uitvoering van
dat/die feit(en) voor te bereiden en/of gemakkelijk te maken en/of om, bij
betrapping op heterdaad, aan zichzelf en/of aan de andere deelnemer(s)
straffeloosheid en/of het bezit van het wederrechtelijk verkregene te
verzekeren;
meer subsidiair, althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling
mocht of zou kunnen leiden, dat:
hij, verdachte, op of omstreeks 11 november 2013 in de gemeente Venlo,
gedurende de voor de nachtrust bestemde tijd in een woning en/of in of nabij
de bij die woning behorende schuur/berging gelegen [adres 2], tezamen en in
vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van
wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen een portemonnaie met inhoud, in
elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer], in elk
geval toebehorende aan een ander of aan anderen dan aan hem, verdachte en/of
aan zijn, verdachtes, mededader(s), welke diefstal werd voorafgegaan en/of
vergezeld en/of gevolgd van geweld en/of bedreiging met geweld tegen
voornoemde [slachtoffer], gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden
en/of gemakkelijk te maken en/of om bij betrapping op heterdaad aan zichzelf
en/of aan zijn, verdachtes, mededader(s) hetzij de vlucht mogelijk te maken,
hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren, welk geweld en/of welke
bedreiging met geweld hierin bestond(en) dat hij, verdachte en/of zijn,
verdachtes, mededader(s) voornoemde [slachtoffer] meermalen, althans eenmaal,
(telkens) opzettelijk (al dan niet met (een) hard(e) voorwerp(en)) tegen het
hoofd en/of tegen overige delen van diens lichaam heeft/hebben geslagen en/of
gestompt en/of getrapt en/of geschopt en/of voornoemde [slachtoffer] opzettelijk van
een trap in de woning [adres 2] heeft/hebben geduwd, welk vorenomschreven
geweld zwaar lichamelijk letsel (o.a. een schedelbasisfractuur) voor
voornoemde [slachtoffer] ten gevolge heeft gehad;
meer meer subsidiair, althans, indien het vorenstaande niet tot een
veroordeling mocht of zou kunnen leiden, dat
hij, verdachte, op of omstreeks 11 november 2013, in de gemeente Venlo,
gedurende de voor de nachtrust bestemde tijd in een woning en/of in of nabij
de bij die woning behorende schuur/berging gelegen [adres 2], tezamen en in
vereniging met een ander, althans alleen, met het oogmerk om zich en/of (een)
ander(en) wederrechtelijk te bevoordelen door geweld en/of bedreiging met
geweld [slachtoffer] heeft gedwongen tot de afgifte van een portemonnaie (met
inhoud), in elk geval van enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan
voornoemde [slachtoffer], in elk geval toebehorende aan een ander of aan anderen dan
aan hem, verdachte en/of aan zijn, verdachtes, mededader(s), welk geweld en/of
welke bedreiging met geweld hierin bestond(en) dat hij, verdachte en/of een
van zijn, verdachtes mededader(s), voornoemde [slachtoffer] meermalen, althans
eenmaal, (telkens) opettelijk (al dan niet met (een) hard(e) voorwerp(en))
tegen het hoofd en/of tegen overige delen van diens lichaam heeft/hebben
geslagen en/of gestompt en/of getrapt en/of geschopt en/of voornoemde [slachtoffer]
opzettelijk van een trap in de woning [adres 2] heeft/hebben geduwd, welk
vorenomschreven geweld zwaar lichamelijk letsel (o.a. een
schedelbasisfractuur) voor voornoemde [slachtoffer] ten gevolge heeft gehad;
nog meer subsidiair, althans, indien het vorenstaande niet tot een
veroordeling mocht of zou kunnen leiden, dat
hij, verdachte, op of omstreeks 11 november 2013 in de gemeente Venlo,
tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, opzettelijk
aan [slachtoffer] zwaar lichamelijk letsel heeft toegebracht, immers heeft
hij, verdachte en/of zijn, verdachtes, mededader(s) opzettelijk meermalen,
althans eenmaal, voornoemde [slachtoffer] (telkens) opzettelijk (al dan niet met
(een) hard(e) voorwerp(en)) tegen het hoofd en/of tegen overige delen van
diens lichaam geslagen en/of gestompt en/of getrapt en/of geschopt en/of
voornoemde [slachtoffer] opzettelijk van een trap in de woning [adres 2] geduwd,
tengevolge waarvan voornoemde [slachtoffer] zwaar lichamelijk letsel (o.a. een
schedelbasisfractuur) heeft bekomen;
meest subsidiair, althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling
mocht of zou kunnen leiden, dat:
hij, verdachte, op of omstreeks 11 november 2013 in de gemeente Venlo,
tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, opzettelijk
mishandelend [slachtoffer], meermalen, althans eenmaal (telkens) opzettelijk
(al dan niet met (een) hard(e) voorwerp(en)) tegen het hoofd en/of tegen
overige delen van het lichaam heeft/hebben geslagen en/of gestompt en/of
getrapt en/of geschopt en/of voornoemde [slachtoffer] opzettelijk van een trap in de
woning [adres 2] heeft/hebben geduwd, tengevolge waarvan voornoemde [slachtoffer]
zwaar lichamelijk letsel (o.a. een schedelbasisfractuur), althans enig
lichamelijk letsel, heeft bekomen en/of pijn heeft ondervonden;
nog meer meer subsidiair, althans, indien het vorenstaande niet tot een
veroordeling mocht of zou kunnen leiden, dat
hij, verdachte op 11 en/of 12 november 2013 in de gemeente Venlo meermalen,
althans eenmaal (telkens) ter uitvoering van het door hem voorgenomen
misdrijf om met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening middels een
aantal geldautomaten en van een bankrekening ten name van [slachtoffer], geld
weg te nemen, toebehorende aan [slachtoffer], en daarbij (telkens) het weg te
nemen geld onder zijn bereik te brengen door middel van een valse sleutel,
immers heeft verdachte met gebruikmaking van een ten name van [slachtoffer]
afgegeven bankpas:
- drie maal getracht middels die pas en pincode (zonder toestemming van [slachtoffer]
een geldbedrag te pinnen uit een of meer geldautomaten en/of
- ( vervolgens) eenmaal heeft getracht door invoering van de bankpas een
geldbedrag te kunnen pinnen,
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf (telkens) niet is voltooid;

3.De voorvragen

Bij het onderzoek ter terechtzitting:
  • is gebleken dat de dagvaarding aan alle wettelijke eisen voldoet en dus geldig is;
  • is gebleken dat de rechtbank krachtens de wettelijke bepalingen bevoegd is van het ten laste gelegde kennis te nemen;
  • zijn geen omstandigheden gebleken die aan de ontvankelijkheid van de officier van justitie in de weg staan. De officier van justitie kan dus in de vervolging worden ontvangen;
  • zijn geen gronden voor schorsing der vervolging gebleken.

4.De beoordeling van het bewijs

4.1
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft vrijspraak gevorderd van de ten laste gelegde levensdelicten nu er in het dossier geen objectief bewijsmiddel is aan te wijzen waarmee vast komt te staan dat [slachtoffer] het slachtoffer is geworden van geweld in zijn woning. Ook is er geen forensisch bewijs dat in die richting wijst. Evenmin acht de officier van justitie de ten laste gelegde diefstal met geweldpleging en afpersing en (zware) mishandeling bij gebrek aan bewijs wettig en overtuigend bewezen. Verdachte dient dan ook voor deze ten laste gelegde feiten te worden vrijgesproken. Wel acht de officier van justitie wettig en overtuigend bewezen dat verdachte zich heeft schuldig gemaakt aan een poging tot diefstal door middel van een valse sleutel. Het is immers verdachte geweest die geprobeerd heeft geld te pinnen met de bankpas van [slachtoffer]. Het bewijs hiervoor ontleent de officier van justitie, naast de door de bank bijgehouden registraties van het gebruik van de pinpas van [slachtoffer] op 11 november 2013, aan de door de politie gemaakte compilatie van camerabeelden van Stadstoezicht van de gemeente Venlo waarop te zien zou zijn dat verdachte zich in de avond van 11 november 2013 in de buurt van twee geldautomaten (omstreeks 22.55 uur bij SNS bank en omstreeks 23.10 uur ING bank) in het centrum van Venlo heeft opgehouden.
4.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsman is van mening dat verdachte bij gebrek aan bewijs integraal moet worden vrijgesproken. De raadsman is anders dan de officier van justitie van mening dat verdachte ook voor de ten laste gelegde poging tot diefstal door middel van valse sleutels moet worden vrijgesproken. De raadsman betwist de stelling van de officier van justitie dat de persoon met donkere jas op genoemde tijdstippen in de buurt van voormelde geldautomaten verdachte is en heeft in dit verband opgemerkt dat verdachte op de bewuste avond van 11 november 2013 geen zwarte leren jas droeg, maar een lammy-coat met een wit bonten kraag met aan de voorzijde, ter hoogte van de knopen, een opvallende witte streep, hetgeen duidelijk op de compilatie van de camerabeelden van Stadstoezicht is waar te nemen.
4.3
Het oordeel van de rechtbank
De rechtbank is van oordeel dat verdachte van alle ten laste gelegde feiten moet worden vrijgesproken wegens gebrek aan wettig bewijs. Anders dan de officier van justitie acht de rechtbank de ten laste gelegde poging tot diefstal door middel van valse sleutels eveneens niet wettig en overtuigend bewezen. De rechtbank heeft op de camerabeelden van Stadstoezicht van de gemeente Venlo in raadkamer niet kunnen en vaststellen dat de persoon met (lange) jas, die zich op 11 november 2013 omstreeks 22.55 uur in de buurt van de geldautomaat van de SNS bank op het mgr. Nolensplein 26 en omstreeks 23.10 uur in de buurt van de geldautomaat van de ING bank op het Gelreplein 13 heeft opgehouden, verdachte is. Verdachte dient derhalve ook van dit feit te worden vrijgesproken.

5.De benadeelde partij

5.1
De vordering van de benadeelde partij
De benadeelde partij [slachtoffer], domicilie kiezende ten kantore van mr. A.J.F. van Dok, Postbus 130, 5800 AC Venray, vordert een schadevergoeding van € 83.088,53 terzake van de hiervoor ten laste gelegde feiten geleden materiële en immateriële schade.
5.2
Het oordeel van de rechtbank
Aangezien aan de vordering een feitencomplex ten grondslag ligt waarvoor verdachte niet zal worden veroordeeld, dient de benadeelde partij niet ontvankelijk in haar vordering te worden verklaard.
Nu de benadeelde partij niet ontvankelijk in haar vordering zal worden verklaard, zal de verdachte niet worden veroordeeld in de kosten die door de benadeelde partij zijn gemaakt. Niet gebleken is dat verdachte (extra) kosten heeft gemaakt ten aanzien van de civiele vordering. De rechtbank zal deze kosten vaststellen op nihil.

6.De vordering tot tenuitvoerlegging

Door de officier van justitie is onder parketnummer 03/700027-12 d.d. 13 februari 2014 een vordering na voorwaardelijke veroordeling ingediend tegen veroordeelde [verdachte].
Deze vordering houdt in dat de rechtbank de gehele tenuitvoerlegging zal gelasten van de straf voor zover deze voorwaardelijk werd opgelegd bij onherroepelijk geworden vonnis van de rechtbank Maastricht d.d. 2 mei 2012 waarbij [verdachte] werd veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van 70 dagen met aftrek overeenkomstig artikel 27 van het Wetboek van Strafrecht waarvan 35 dagen voorwaardelijk met een proeftijd van 2 jaar. De officier van justitie overweegt in zijn vordering dat veroordeelde [verdachte] zich voor het einde van de proeftijd zou hebben schuldig gemaakt aan een of meer strafbare feiten zoals tenlastegelegd in de dagvaarding met parketnummer 03/659470-13.
De rechtbank is van oordeel dat, nu gebleken is dat de verdachte zich voor het einde van de proeftijd niet schuldig heeft gemaakt aan (een van) de onder parketnummer 03/659470-13 ten laste gelegde strafbare feiten, de rechtsgrond voor de litigieuze vordering tot tenuitvoerlegging is komen te vervallen zodat de vordering van de officier van justitie moet worden afgewezen.

7.De beslissing

De rechtbank:
Vrijspraak
- spreekt verdachte vrij van alle onder 2 tenlastegelegde feiten;
Benadeelde partij(en) en schadevergoedingsmaatregel(en)
- verklaart de benadeelde partij [slachtoffer] voornoemd niet-ontvankelijk in haar vordering;
- veroordeelt de benadeelde partij in de kosten van het geding door de verdachte ten behoeve van zijn verdediging tegen de vordering gemaakt, begroot op nihil.
Ten aanzien van de vordering tot tenuitvoerlegging
- wijst de vordering na voorwaardelijke veroordeling d.d. 13 februari 2014 onder parketnummer 03/700027-12 af.
Dit vonnis is gewezen door mr. E.H.M. Druijf, mr. A.C.A. Schreinemakers en mr. J. Iding, rechters, van wie mr. E.H.M. Druijf voorzitter, in tegenwoordigheid van mr. P.C.M. Müller, griffier, en is uitgesproken ter openbare zitting op 22 oktober 2014.
RECHTBANK LIMBURG
Zittingsplaats Maastricht
Strafrecht
parketnummer: 03/659470-13
proces-verbaal van het voorgevallene ter openbare zitting van de enkelvoudige kamer van de rechtbank voornoemd van 22 oktober 2014 in de zaak tegen:
[verdachte],
geboren te [geboortedatum],
wonende te [adres].
Tegenwoordig:
mr. , rechter,
mr. , officier van justitie,
dhr./mevr. , griffier.
De rechter doet de zaak uitroepen.
De verdachte is in de zaal van de zitting aanwezig. Ter terechtzitting van 8 oktober 2014 heeft hij afstand gedaan van zijn recht in persoon bij de uitspraak aanwezig te zijn.
(tolk: bouwsteen 503)
De rechter spreekt het vonnis uit en geeft de verdachte kennis dat hij daartegen binnen 14 dagen hoger beroep kan instellen.
Waarvan proces-verbaal, vastgesteld en getekend door de rechter en de griffier.
Raadsman mr. K. Verkaart, advocaat te Breda.