Uitspraak
RECHTBANK LIMBURG
1.Het verder verloop van de procedure
12 juni 2013.
Rechtbank Limburg
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Limburg op 1 oktober 2014 uitspraak gedaan in een civiele procedure tussen een werknemer en zijn werkgever, Nedcar. De werknemer, die gedurende zijn dienstverband is blootgesteld aan oplosmiddelen, heeft 9 jaar geprocedeerd om aan te tonen dat zijn werkgever aansprakelijk is voor de door hem opgelopen beroepsziekte, bekend als organisch psychosyndroom (OPS). De procedure omvatte meerdere deskundigenonderzoeken, waaronder een rapport van het Solvent Team, dat concludeerde dat er een duidelijke relatie is tussen de klachten van de werknemer en zijn blootstelling aan oplosmiddelen. De werkgever heeft betwist dat er sprake was van hoge blootstelling en heeft aangevoerd dat de werknemer mogelijk andere oorzaken voor zijn klachten had, zoals alcoholgebruik.
De kantonrechter heeft vastgesteld dat de werkgever tekort is geschoten in zijn zorgplicht, omdat er geen adequate werkinstructies of toezicht waren op het gebruik van persoonlijke beschermingsmiddelen. De rechtbank heeft geoordeeld dat de werknemer lijdt aan chronische toxische encephalopathie, ook wel schildersziekte genoemd, en dat deze aandoening het gevolg is van de beroepsmatige blootstelling aan oplosmiddelen. De vorderingen van de werknemer zijn toegewezen, waarbij de werkgever werd veroordeeld tot schadevergoeding en het betalen van proceskosten. De uitspraak benadrukt de verantwoordelijkheid van werkgevers om een veilige werkomgeving te waarborgen en de risico's van blootstelling aan schadelijke stoffen te minimaliseren.