Uitspraak
RECHTBANK LIMBURG
STICHTING TOT BEHOUD VAN DE MONUMENTEN LAURENTIUS EN PETRONELLA,
GEMEENTE HEERLEN,
MAANKWARTIER HEERLEN BV,
Rechtbank Limburg
Op 26 september 2014 heeft de Rechtbank Limburg in Maastricht uitspraak gedaan in een kort geding tussen Stichting tot Behoud van de Monumenten Laurentius en Petronella (hierna: Petronella) en de gemeente Heerlen en Maankwartier Heerlen BV (hierna: Maankwartier). Petronella vorderde een verbod op verdere nakoming van een koopovereenkomst die de gemeente met Maankwartier had gesloten voor de aankoop van een kantoorpand in het Maankwartier. Petronella stelde dat de koopovereenkomst een ongeoorloofde staatssteun vormde en dat de gemeente deze overeenkomst niet had mogen sluiten zonder deze aan de Europese Commissie te melden.
De rechtbank oordeelde dat Petronella onvoldoende had aangetoond dat de koopovereenkomst kwalificeerde als een steunmaatregel die aan de meldingsplicht onder artikel 108, lid 3 VWEU voldeed. De voorzieningenrechter concludeerde dat Petronella niet had aangetoond dat de gemeente een onredelijk hoge koopprijs met Maankwartier was overeengekomen, en dat de voorwaarden voor staatssteun niet waren vervuld. De rechtbank wees de vordering van Petronella af en veroordeelde haar in de proceskosten.
De uitspraak benadrukt de noodzaak voor eiseressen in kort geding om voldoende bewijs te leveren voor hun claims, vooral in zaken die betrekking hebben op staatssteun en de bijbehorende meldingsplicht. De rechtbank stelde vast dat de gevorderde voorziening niet kon worden toegewezen, omdat er geen redelijke mate van zekerheid bestond dat Petronella in een eventuele bodemprocedure zou slagen.