In deze zaak heeft eiser, wonende te [woonplaats], een kort geding aangespannen tegen SNS Bank NV, vertegenwoordigd door advocaat mr. M.E.G. Murris. Eiser vordert SNS te verbieden zijn woning, die als onderpand dient voor een hypothecaire lening, openbaar te verkopen. De lening werd in 2007 afgesloten, maar SNS heeft deze opgezegd vanwege betalingsachterstanden en de sluiting van de woning door de burgemeester van Heerlen wegens overtredingen van de Opiumwet. Eiser stelt dat hij door de executie in een noodtoestand dreigt te geraken, met een onaanvaardbare restschuld als gevolg, en dat hij geen nieuwe woning kan huren of kopen voor zichzelf, zijn partner en hun aanstaande kind.
SNS betwist de vordering en stelt dat de opzegging van de lening en de daaropvolgende executie rechtmatig zijn, gezien de betalingsachterstanden en de reputatieschade die zij lijdt door de criminele activiteiten van eiser. De voorzieningenrechter oordeelt dat SNS bevoegd is tot executieverkoop, maar dat er misbruik van recht kan zijn als de executie een noodtoestand voor eiser creëert. Eiser heeft echter geen inzicht gegeven in zijn financiële situatie en het is niet aannemelijk gemaakt dat hij de hypotheeklasten kan dragen.
De voorzieningenrechter concludeert dat SNS gerechtigd is om tot executie over te gaan, gezien de omstandigheden en de geschiedenis van betalingsachterstanden van eiser. De vordering van eiser wordt afgewezen, en hij wordt veroordeeld in de proceskosten van SNS, die op € 1.424,00 zijn begroot. Het vonnis is uitgesproken door mr. A.P.A. Bisscheroux op 25 augustus 2014.