AI samenvatting door Lexboost • Automatisch gegenereerd
Bedreiging en voorhanden hebben van munitie met volledige ontoerekeningsvatbaarheid
In deze strafzaak, behandeld door de meervoudige strafkamer van de Rechtbank Limburg op 12 augustus 2014, stond de verdachte terecht voor bedreiging van zijn moeder en het voorhanden hebben van munitie. De zaak werd inhoudelijk behandeld op 29 juli 2014, waarbij de officier van justitie, de verdediging en de verdachte hun standpunten kenbaar maakten. De tenlastelegging omvatte twee feiten: bedreiging met enig misdrijf tegen het leven gericht en het voorhanden hebben van munitie van categorie II. De rechtbank achtte beide feiten bewezen op basis van de bekennende verklaring van de verdachte, de aangifte van het slachtoffer, de aanhouding van de verdachte en het aantreffen van de munitie.
De rechtbank concludeerde dat de verdachte lijdt aan een ziekelijke stoornis, specifiek schizofrenie van het paranoïde type, wat zijn gedragskeuzes ten tijde van de feiten aanzienlijk beïnvloedde. Deskundigen adviseerden om de verdachte als volledig ontoerekeningsvatbaar te verklaren. De rechtbank volgde dit advies en verklaarde de verdachte niet strafbaar, waardoor hij werd ontslagen van alle rechtsvervolging. De officier van justitie had een maatregel van plaatsing in een psychiatrisch ziekenhuis gevorderd, maar de rechtbank oordeelde dat de verdachte al onder behandeling was in het kader van de Wet bijzondere opnemingen in psychiatrische ziekenhuizen (Wet bopz) en dat verdere maatregelen niet noodzakelijk waren.
De rechtbank gelastte de onttrekking aan het verkeer van de in beslag genomen munitie, aangezien deze in strijd waren met de wet. De beslissing berustte op verschillende artikelen van het Wetboek van Strafrecht en de Wet wapens en munitie. De uitspraak werd gedaan door de rechters in aanwezigheid van de griffier en werd openbaar uitgesproken op dezelfde dag.
Voetnoten
1.Het proces-verbaal van verhoor verdachte, d.d. 1 maart 2014, proces-verbaalnummer: PL2441-2014023751-4, pagina 1 en 2.
2.Het proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer], d.d. 1 maart 2014, proces-verbaalnummer: PL2441-2014023759-1.
3.Het proces-verbaal van aanhouding, d.d. 1 maart 2014, proces-verbaalnummer: PL2441-2014023751-2.
4.Het proces-verbaal van bevindingen, d.d. 2 maart 2014, proces-verbaalnummer; PL2441-2014023751-13.
5.Het proces-verbaal van onderzoek wapen / munitie, d.d. 2 maart 2014, proces-verbaalnummer: PL2440-2014023751-12.
6.Psychiatrisch onderzoek Pro Justitia betreffende de heer [verdachte], d.d. 20 mei 2014, opgemaakt door D.H.J. van der Steen, psychiater.
7.Psychologisch onderzoek Pro Justitia betreffende de heer [verdachte], d.d. 11 mei 2014, opgemaakt door A.H. Bouwman, psycholoog.
8.Psychiatrisch onderzoek Pro Justitia betreffende de heer [verdachte], d.d. 20 mei 2014, opgemaakt door D.H.J. van der Steen, psychiater.
9.Psychologisch onderzoek Pro Justitia betreffende de heer [verdachte], d.d. 11 mei 2014, opgemaakt door A.H. Bouwman, psycholoog.