Uitspraak
RECHTBANK LIMBURG
naam : [verzoeker] (verzoeker),
[verzoeker],
[geboortedatum en plaats],
Inleiding procesverloop
Standpunten van partijen.
Overwegingen van de rechtbank.
vervolgingook moet worden uitgelegd in het licht van artikel 6 EVRM. Het gaat daarbij om de vraag of tegen de verdachte een
criminal chargeis uitgebracht. De Hoge Raad heeft in voornoemde arresten geoordeeld dat daarvan sprake is op het moment dat vanwege de Nederlandse Staat jegens de betrokkene een handeling is verricht waaraan deze in redelijkheid de verwachting kan ontlenen dat tegen hem ter zake van een bepaald strafbaar feit door het Openbaar Ministerie een strafvervolging zal worden ingesteld. De rechtbank is in het licht van het vorenstaande van oordeel dat de vervolging van verzoeker is aangevangen en - eerder dan door de officier van justitie gesteld - in elk geval op 10 december 2008. Toen is verzoeker voor de eerste maal als verdachte gehoord door de politie en is hem expliciet medegedeeld waarvan hij werd verdacht.
BESLISSING
wijst afhet verzoek ex artikel 36 Wetboek van Strafvordering van [verzoeker] voornoemd.