ECLI:NL:RBLIM:2014:1073
Rechtbank Limburg
- Wraking
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek tot wraking van de rechter in een civiele procedure
In deze zaak heeft de Rechtbank Limburg op 16 januari 2014 uitspraak gedaan over een verzoek tot wraking van de rechter door WINNING B.V. Het verzoek tot wraking werd ingediend naar aanleiding van een rolbeslissing van de rechter in een andere zaak tussen Vles Advocaten B.V. en WINNING B.V. De wrakingsprocedure begon met een faxbericht van verzoekster op 18 december 2013, waarin zij haar bezorgdheid over de onpartijdigheid van de rechter kenbaar maakte. De rechter heeft op 6 januari 2014 aangegeven niet in het verzoek tot wraking te berusten en was aanwezig ter zitting op 10 januari 2014, waar verzoekster niet vertegenwoordigd was.
De wrakingskamer heeft eerst de ontvankelijkheid van het verzoek beoordeeld. Volgens de wet dient een verzoek tot wraking tijdig te worden ingediend, zodra de verzoeker op de hoogte is van feiten die de onpartijdigheid van de rechter in gevaar kunnen brengen. De rolbeslissing in de zaak Maasgrond was op 2 september 2013 aan de bestuurder van verzoekster bekendgemaakt, en het verzoek tot wraking werd tijdig ingediend. De wrakingskamer concludeerde dat het verzoek ontvankelijk was.
Vervolgens heeft de wrakingskamer de inhoud van het verzoek beoordeeld. Het verzoek was gebaseerd op de vrees voor vooringenomenheid van de rechter, die voortkwam uit eerdere beslissingen in andere zaken. De wrakingskamer benadrukte dat eerdere beslissingen van een rechter in andere zaken op zich geen grond vormen voor de veronderstelling dat de rechter partijdig is. De wrakingskamer oordeelde dat er geen objectief gerechtvaardigde vrees voor partijdigheid was en dat het verzoek tot wraking daarom moest worden afgewezen. De beslissing werd genomen door de meervoudige kamer, bestaande uit de voorzitter en twee andere rechters, en werd openbaar uitgesproken.