ECLI:NL:RBLIM:2014:10453

Rechtbank Limburg

Datum uitspraak
3 december 2014
Publicatiedatum
3 december 2014
Zaaknummer
03/700668-10
Instantie
Rechtbank Limburg
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vrijspraak van verdachte in ontvoeringszaak door gebrek aan bewijs

Op 3 december 2014 heeft de Rechtbank Limburg in Maastricht uitspraak gedaan in de strafzaak tegen de verdachte, die werd beschuldigd van meerdere strafbare feiten, waaronder ontvoering, mishandeling en bedreiging. De zaak kwam voor de rechtbank na een zitting op 19 november 2014, waar zowel de officier van justitie als de raadsman van de verdachte hun standpunten naar voren brachten. De tenlastelegging omvatte ernstige beschuldigingen, waaronder het opzettelijk toebrengen van letsel aan twee slachtoffers en het wederrechtelijk ontnemen van de vrijheid van een van hen. De officier van justitie stelde dat er voldoende bewijs was om de verdachte te veroordelen, onder andere op basis van getuigenverklaringen en forensisch bewijs. De verdediging daarentegen betwistte de beschuldigingen en pleitte voor vrijspraak, wijzend op het gebrek aan overtuigend bewijs en de mogelijkheid van alternatieve scenario's.

Na zorgvuldige overweging van het bewijs kwam de rechtbank tot de conclusie dat er onvoldoende wettig bewijs was om de verdachte te veroordelen voor de tenlastegelegde feiten. De rechtbank sprak de verdachte vrij van alle beschuldigingen, wat betekent dat de verdachte niet schuldig werd bevonden aan de hem ten laste gelegde feiten. Daarnaast werd de benadeelde partij, die schadevergoeding had gevorderd, niet-ontvankelijk verklaard in haar vordering, aangezien de verdachte was vrijgesproken. De rechtbank oordeelde dat de benadeelde partij in de kosten van de verdediging moest worden veroordeeld, maar deze kosten werden begroot op nihil. De uitspraak werd gedaan door een meervoudige kamer van de rechtbank, onder leiding van voorzitter mr. E.H.A.F.M. Krol, en de uitspraak werd openbaar gemaakt op dezelfde dag.

Uitspraak

RECHTBANK Limburg

Zittingsplaats Maastricht
Strafrecht
Parketnummer: 03/700668-10
Datum uitspraak: 3 december 2014
Tegenspraak overeenkomstig artikel 279 Wetboek van Strafvordring
Vonnis van de rechtbank Limburg, meervoudige kamer voor strafzaken,
in de zaak tegen:
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum],
wonende te [adresgegevens verdachte].
Raadsman is mr. drs. G.A.C. Beckers, advocaat te Sittard.

1.Het onderzoek van de zaak

Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting van
19 november 2014.
De rechtbank heeft op 19 november 2014 gehoord: de officier van justitie en de raadsman van verdachte.

2.De tenlastelegging

De verdachte staat terecht ter zake dat:
1.
hij op of omstreeks 10 oktober 2010 in de gemeente Heerlen en/of in de gemeente
Sittard-Geleen, althans in het arrondissement Maastricht, ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met anderen of een ander, althans alleen, opzettelijk en met voorbedachten rade [slachtoffer 1] van het leven te beroven, met dat opzet en na kalm beraad en rustig overleg tezamen en in vereniging met anderen of een ander, althans alleen, die [slachtoffer 1] heeft geslagen/gestompt en/of heeft geschopt/getrapt en/of van een trap heeft afgeduwd (waarbij die [slachtoffer 1] van die trap af omlaag is gevallen) en/of een (sleep)kabel om zijn nek heeft gebonden en/of die [slachtoffer 1] (in een auto) aan die (sleep)kabel onder bedwang heeft gehouden en/of zijn hoofd omlaag heeft gehouden en/of die [slachtoffer 1] aan die (sleep)kabel (over de grond) heeft voortgesleept en/of meegetrokken, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
subsidiair, althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden, dat:
hij op of omstreeks 10 oktober 2010 in de gemeente Heerlen en/of in de gemeente
Sittard-Geleen, althans in het arrondissement Maastricht, tezamen en in vereniging met anderen of een ander, althans alleen, aan [slachtoffer 1] opzettelijk en met voorbedachten rade zwaar lichamelijk letsel (hoofdletsel en/of kneuzingen in de nek/hals en/of een ontwrichte schouder) heeft toegebracht, door deze opzettelijk en na kalm beraad en rustig overleg te slaan en/of te stompen en/of te trappen en/of te schoppen en/of van een trap af te duwen (waarbij die [slachtoffer 1] van die trap af omlaag is gevallen) en/of door een (sleep)kabel om zijn nek te binden en/of door die [slachtoffer 1] (in een auto) aan die (sleep)kabel onder bedwang te houden en/of zijn hoofd omlaag te houden en/of door die [slachtoffer 1] aan die (sleep)kabel (over de grond) voort te slepen en/of mee te trekken;
meer subsidiair, althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden, dat:
hij op of omstreeks 10 oktober 2010 in de gemeente Heerlen en/of in de gemeente
Sittard-Geleen, althans in het arrondissement Maastricht, ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met anderen of een ander, althans alleen, opzettelijk en met voorbedachten rade aan [slachtoffer 1] zwaar lichamelijk letsel toe te brengen, met dat opzet en na kalm beraad en rustig overleg tezamen en in vereniging met anderen of een ander, althans alleen, die [slachtoffer 1] heeft geslagen/gestompt en/of heeft geschopt/getrapt en/of van een trap heeft afgeduwd (waarbij die [slachtoffer 1] van die trap af omlaag is gevallen) en/of een (sleep)kabel om zijn nek heeft gebonden en/of die [slachtoffer 1] (in een auto) aan die (sleep)kabel onder bedwang heeft gehouden en/of zijn hoofd omlaag heeft gehouden en/of die [slachtoffer 1] aan die (sleep)kabel (over de grond) heeft voortgesleept en/of meegetrokken, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
2.
hij op of omstreeks 10 oktober 2010 in de gemeente Heerlen en/of in de gemeente
Sittard-Geleen, althans in het arrondissement Maastricht, tezamen en in vereniging met anderen of een ander, althans alleen, opzettelijk [slachtoffer 1] wederrechtelijk van de vrijheid heeft beroofd en/of beroofd gehouden door tezamen en in vereniging met anderen of een ander, althans alleen, met dat opzet die [slachtoffer 1] met geweld en/of met dreiging met geweld en/of tegen zijn wil uit een huis te halen en/of naar een auto te voeren en/of te sleuren en/of te dwingen en/of in die auto te laten plaatsnemen en/of mee te voeren in die auto waarin hij, verdachte en/of zijn mededader(s) zat(en), waarbij hij, verdachte en/of een of meer van zijn mededader(s) die [slachtoffer 1] heeft/hebben geslagen/gestompt en/of heeft/hebben geschopt/getrapt en/of een (sleep)kabel om zijn nek heeft/hebben gebonden en/of die [slachtoffer 1] (in een auto) aan die (sleep)kabel onder bedwang heeft/hebben gehouden en/of zijn hoofd omlaag heeft/hebben gehouden, waardoor deze zwaar lichamelijk letsel (hoofdletsel en/of kneuzingen in de nek/hals en/of een ontwrichte schouder) heeft bekomen;
3.
hij op of omstreeks 10 oktober 2010 in de gemeente Heerlen tezamen en in vereniging met anderen of een ander, althans alleen, opzettelijk mishandelend [slachtoffer 2] heeft geslagen/gestompt en/of geschopt/getrapt, waardoor die [slachtoffer 2] letsel heeft bekomen en/of pijn heeft ondervonden;
4.
hij op of omstreeks 10 oktober 2010 in de gemeente Heerlen tezamen en in vereniging met anderen of een ander, althans alleen, [slachtoffer 2] heeft bedreigd met enig misdrijf tegen het leven gericht door deze opzettelijk dreigend de woorden toe te voegen: ‘Ik schiet je kapot’, althans woorden van gelijke dreigende aard en/of strekking;
5.
hij op of omstreeks 10 oktober 2010 in de gemeente Heerlen tezamen en in vereniging met anderen of een ander, althans alleen, opzettelijk [slachtoffer 2] wederrechtelijk van de vrijheid heeft beroofd en/of beroofd gehouden, door deze [slachtoffer 2] tegen zijn wil (en na hem mishandeld te hebben, althans nadat deze mishandeld was) naar de/een kelder te brengen en/of te dwingen en/of deze in die kelder te laten plaatsnemen tegen zijn wil en/of door daarna de deur van die kelder dicht te doen.
Voor zover in de tenlastelegging kennelijke schrijffouten of misslagen voorkomen, zijn die in deze weergave van de tenlastelegging door de rechtbank verbeterd. De verdachte is door deze verbetering, zoals uit het onderzoek ter terechtzitting is gebleken, niet in de verdediging geschaad.

3.De beoordeling van het bewijs

3.1
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie acht alle tenlastegelegde feiten - waarvan feit 1 in zijn meer subsidiaire variant - wettig en overtuigend bewezen. Voor het bewijs acht de officier van justitie redengevend de aangiftes van [slachtoffer 1] en [slachtoffer 2], het forensisch geneeskundig onderzoek van F.J.A. Poettgens betreffende het letsel van [slachtoffer 1] en de verklaringen van enkele getuigen. De betrokkenheid van verdachte bij de tenlastegelegde gedragingen volgt uit het resultaat van de met [slachtoffer 1] gehouden meervoudige fotoconfrontatie, waarbij hij verdachte heeft aangewezen als één van de daders. Voorts heeft [slachtoffer 1] verklaard dat verdachte de bestuurder van auto aansprak met ‘pap’. Deze verklaring strookt met het gegeven dat medeverdachte [medeverdachte] de stiefvader van verdachte was.
3.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft vrijspraak bepleit ten aanzien van alle aan verdachte tenlastegelegde feiten. Het dossier bevat volgens de raadsman geen verklaringen van getuigen die verdachte als dader aanwijzen of hem ten tijde van het tenlastegelegde op de plaats delict plaatsen. Voorts is het resultaat van de meervoudige fotoconfrontatie onbruikbaar voor het bewijs, nu [slachtoffer 1] verdachte niet met zekerheid heeft herkend alsmede dat zijn uiteindelijke keuze tot stand is gekomen door het uitsluiten van de personen op de overige foto’s. Ten slotte zijn alternatieve scenario’s denkbaar welke door de inhoud van het dossier niet kunnen worden uitgesloten.
3.3.
Het oordeel van de rechtbank
Feiten 1 t/m 5
De rechtbank is van oordeel dat het dossier onvoldoende wettig bewijs bevat waarop de overtuiging gebaseerd kan worden dat verdachte de onder 1 tot en met 5 tenlastegelegde feiten heeft begaan. Bijgevolg spreekt de rechtbank verdachte vrij van alle aan hem tenlastegelegde feiten.

4.De benadeelde partijDe benadeelde partij [slachtoffer 1] vordert een schadevergoeding van € 1.430,-- terzake van de feiten 1 en 2. Voornoemd bedrag bestaat voor € 1.200,-- uit vergoeding voor immateriële schade en voor het overige uit vergoeding voor materiële schade. De benadeelde partij heeft gevorderd om de wettelijke rente toe te kennen en verzocht de schadevergoedingsmaatregel op te leggen.

De rechtbank is van oordeel dat de benadeelde partij [slachtoffer 1] niet-ontvankelijk dient te worden verklaard in haar vordering, nu verdachte van de feiten waarop de vordering betrekking heeft, zal worden vrijgesproken.
De rechtbank zal de benadeelde partij [slachtoffer 1] veroordelen in de kosten, door verdachte ter verdediging tegen de vordering gemaakt, tot op heden begroot op nihil.

5.De beslissing

De rechtbank:
Vrijspraak
- spreekt verdachte vrij van de onder 1 tot en met 5 tenlastegelegde feiten;
Benadeelde partij
  • verklaart de benadeelde partij [slachtoffer 1], [adres slachtoffer 1], in haar vordering niet-ontvankelijk;
  • veroordeelt de benadeelde partij [slachtoffer 1] in de kosten van verdachte, tot op heden begroot op nihil.
Dit vonnis is gewezen door mr. E.H.A.F.M. Krol, voorzitter, mr. P.H.M. Kuster en
mr. N.H.W. Montulet-van der Meer, rechters, in tegenwoordigheid van mr. R. Bouts, griffier, en is uitgesproken ter openbare zitting op 3 december 2014.
Buiten staat
Mrs. N.H.W. Montulet-van der Meer en R. Bouts zijn niet in de gelegenheid dit vonnis mede te ondertekenen.