ECLI:NL:RBLIM:2013:CA0950
Rechtbank Limburg
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Geschil over de rechtsgeldigheid van een arbeidsovereenkomst na wijziging van functie en arbeidsvoorwaarden
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Limburg op 24 april 2013 uitspraak gedaan in een geschil tussen een werknemer, aangeduid als [naam eisende partij], en zijn werkgever, de besloten vennootschap EXPLOITATIEMAATSCHAPPIJ B.Z.L. B.V. (hierna: Tamoil). De werknemer had een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd, maar na een aanbod van de werkgever tot wijziging van functie, salaris en uren, stelde de werknemer dat er een nieuwe arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd was ontstaan. De werkgever betwistte dit en voerde aan dat de oorspronkelijke overeenkomst van kracht bleef en rechtsgeldig was beëindigd.
De procedure begon met een dagvaarding op 21 maart 2013, gevolgd door pleitaantekeningen van Tamoil op 17 april 2013 en een mondelinge behandeling op 22 april 2013. De werknemer had zich op 3 januari 2013 ziek gemeld en Tamoil had hem per brief van 7 januari 2013 laten weten dat de arbeidsovereenkomst niet verlengd zou worden, met een einddatum van 9 januari 2013.
De kantonrechter oordeelde dat de werknemer niet had aangetoond dat er een nieuwe arbeidsovereenkomst was ontstaan. De e-mail van 28 februari 2012, waarin het aanbod tot wijziging werd gedaan, voldeed niet aan de vereisten voor de totstandkoming van een arbeidsovereenkomst. De rechter concludeerde dat de vordering van de werknemer tot doorbetaling van loon vanaf 9 januari 2013 moest worden afgewezen, omdat niet kon worden vastgesteld dat de arbeidsovereenkomst nog bestond.
De kantonrechter wees de vordering van de werknemer af en veroordeelde hem tot betaling van de proceskosten aan de zijde van Tamoil, begroot op € 250,00 voor het salaris van de gemachtigde. Dit vonnis is openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier.