ECLI:NL:RBLIM:2013:BZ8823
Rechtbank Limburg
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Faillietverklaring van Stichting Gehandicaptenzorg en de rol van tegenvorderingen
In deze zaak heeft de Rechtbank Limburg op 4 april 2013 uitspraak gedaan in een faillissementsprocedure tegen de Stichting Gehandicaptenzorg (SGL), aangevraagd door de besloten vennootschappen Speciaal Vervoer Limburg B.V. (SVL) en Tara-Manda B.V. De rechtbank heeft vastgesteld dat SGL verkeert in de toestand van te hebben opgehouden te betalen, wat essentieel is voor de faillietverklaring. De rechtbank heeft de verzoeken van SVL en Tara-Manda om SGL in staat van faillissement te verklaren, toegewezen. De rechtbank heeft daarbij de argumenten van SGL, die zich beriep op tegenvorderingen, verworpen. SGL had aangevoerd dat zij voldoende middelen had om haar verplichtingen te voldoen, maar de rechtbank oordeelde dat dit niet relevant was voor de beoordeling van de faillissementsaanvraag. De rechtbank benadrukte dat de toetsing van de faillietverklaring zich richt op de vraag of de schuldenaar zijn verplichtingen niet kan nakomen, ongeacht de liquiditeit of solvabiliteit van de schuldenaar. De rechtbank benoemde mr. M.E.M.W. Nuijts tot rechter-commissaris en mr. R.A.L.M. van Dooren tot curator. De uitspraak is openbaar gedaan in aanwezigheid van de griffier op 4 april 2013.