In deze uitspraak van de Rechtbank Limburg, gedateerd 17 juni 2013, wordt de omgevingsvergunning voor de Biomassacentrale Belvédère in Maastricht behandeld. De vergunning is verleend door het college van burgemeester en wethouders van Maastricht op 31 augustus 2012. Eiseressen, waaronder Stichting Leefbaarheid Bosscherveld Boschpoort en Huurdersvereniging Belvédère Haven, hebben beroep ingesteld tegen dit besluit. Tijdens de zitting op 18 april 2013 zijn de eiseressen vertegenwoordigd door hun gemachtigde, terwijl de verweerder zich liet bijstaan door zijn gemachtigde en een vertegenwoordiger van de gedeputeerde staten van Limburg aanwezig was.
De rechtbank overweegt dat de vergunninghouder, Imtech Nederland B.V., de biomassacentrale wil oprichten en dat de eiseressen zich zorgen maken over de milieueffecten, zoals de toename van verkeer en cumulatie van hinder door andere bouwplannen in de wijk. De rechtbank stelt vast dat de aanvraag voor de omgevingsvergunning is beoordeeld op basis van de geldende wetgeving en dat de milieueffectrapportage, die is opgesteld op 4 januari 2012, voldoet aan de eisen van de Wet luchtkwaliteit. De rechtbank concludeert dat de verweerder terecht geen rekening heeft gehouden met de voorgenomen verlegging van de Noorderbrug en de ontwikkeling van een perifere detailhandel, omdat deze plannen niet als redelijkerwijs te verwachten ontwikkelingen kunnen worden aangemerkt.
De rechtbank oordeelt dat de eiseressen als belanghebbenden kunnen worden aangemerkt en dat de verweerder bij de beoordeling van de aanvraag van de omgevingsvergunning terecht is uitgegaan van de aanvraag zoals die is ingediend. De rechtbank verklaart het beroep ongegrond en ziet geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar uitgesproken en partijen zijn op de hoogte gesteld van hun recht om binnen zes weken hoger beroep in te stellen bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.