Op 10 juli 2013 heeft de Rechtbank Limburg, zittingsplaats Maastricht, uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die beschuldigd werd van het opzettelijk telen van 264 hennepplanten en de diefstal van elektriciteit. De verdachte was niet verschenen op de zitting, waardoor verstek werd verleend. De officier van justitie heeft de feiten als wettig en overtuigend bewezen beschouwd, met name door het aantreffen van een hennepkwekerij en een illegale elektriciteitsaansluiting. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte op 8 januari 2013 in Maastricht opzettelijk hennepplanten heeft geteeld en elektriciteit heeft gestolen, maar heeft niet bewezen geacht dat hij dit samen met anderen heeft gedaan. De rechtbank heeft de verdachte vrijgesproken van de ten laste gelegde braak of verbreking, omdat dit door een ander gepleegd zou kunnen zijn.
De rechtbank heeft de verdachte veroordeeld tot een taakstraf van 80 uur en een voorwaardelijke gevangenisstraf van twee weken, met een proeftijd van twee jaar. De benadeelde partij, Enexis BV, had een schadevergoeding gevorderd, maar de rechtbank verklaarde deze vordering niet-ontvankelijk, omdat de schade niet kon worden bewezen voor de datum waarop de diefstal had plaatsgevonden. De rechtbank heeft de beslissing gebaseerd op de artikelen van het Wetboek van Strafrecht en de Opiumwet, en heeft de verdachte als strafbaar verklaard voor de bewezen feiten.