ECLI:NL:RBLIM:2013:3829

Rechtbank Limburg

Datum uitspraak
13 juni 2013
Publicatiedatum
23 juni 2013
Zaaknummer
C-03-18076 A
Instantie
Rechtbank Limburg
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Kort geding
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot opheffing registratie in het register van Preventel door ML Tours B.V. tegen Vodafone Libertel B.V. en Stichting Preventel

In deze zaak heeft ML Tours B.V. een kort geding aangespannen tegen Vodafone Libertel B.V. en Stichting Preventel. De eiseres, ML Tours, vorderde de opheffing van haar registratie als wanbetaler bij Preventel, die is ontstaan naar aanleiding van een geschil over de hoogte van abonnementskosten. ML Tours stelde dat de registratie onterecht was, omdat deze voortkwam uit een reëel geschil over de verschuldigdheid van de kosten en niet uit financieel onvermogen. De voorzieningenrechter oordeelde dat de registratie bij Preventel niet bedoeld is voor gevallen waarin een geschil bestaat over de verschuldigdheid van kosten, maar enkel voor situaties van wanbetaling door financieel onvermogen. De voorzieningenrechter concludeerde dat Vodafone en Preventel oneigenlijk gebruik maakten van het recht om wanbetalers te registreren, aangezien er een reëel geschil bestond tussen partijen. De voorzieningenrechter heeft daarom de registratie van ML Tours bij Preventel als onrechtmatig bestempeld en bevolen deze op te heffen. Tevens werden Vodafone en Preventel veroordeeld in de proceskosten van ML Tours, die op € 1.481,71 werden begroot. De voorzieningenrechter heeft de vordering van ML Tours toegewezen en de registratie bij Preventel opgeheven, met een dwangsom van € 1.000,-- per dag voor het geval de registratie niet tijdig zou worden verwijderd.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK LIMBURG

C/03/180760 / KG ZA 13-206 30 mei 2013
Burgerlijk recht
Zittingsplaats Maastricht
zaaknummer: C/03/180760 / KG ZA 13-206
Vonnis in kort geding van 13 juni 2013
in de zaak van
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
ML TOURS B.V.,
gevestigd te Beek,
eiseres,
advocaat mr. A. Kara te Maastricht;
tegen:
1. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
VODAFONE LIBERTEL B.V.,
gevestigd te Maastricht,
2. de stichting
STICHTING PREVENTEL,
gevestigd te Epse,
gedaagden,
beide vertegenwoordigd door mr. S. van Ginhoven.

1.Het verloop van de procedure

Eiseres, hierna te noemen: “ML Tours”, heeft gedaagden, hierna afzonderlijk te noemen: “Vodafone” en “Preventel”, gedagvaard in kort geding. Op de dienende dag, 30 mei 2013, heeft ML Tours gesteld en gevorderd overeenkomstig de inhoud van de dagvaarding, waarna zij haar vordering met verwijzing naar op voorhand toegezonden producties nader heeft doen toelichten.
Vodafone en Preventel hebben aan de hand van een pleitnota verweer gevoerd.
Partijen hebben daarna op elkaars stellingen gereageerd.
Vervolgens is het geding voor enige tijd geschorst, teneinde partijen in de gelegenheid te stellen hun geschil alsnog in der minne te regelen. Na de hervatting is gebleken dat zij niet tot overeenstemming waren gekomen.
Ten slotte hebben partijen om vonnis verzocht. De uitspraak van het vonnis is bepaald op heden.

2.Het geschil

2.1.
Tussen partijen bestaat een geschil over de vraag of zij overeenstemming hebben bereikt over de uitbreiding/wijziging van diverse abonnementen van ML Tours bij Vodafone. Dat geschil is volgens ML Tours gerezen naar aanleiding van een offerteaanvraag van haar van 13 maart 2012, welke offerteaanvraag volgens ML Tours door Vodafone ten onrechte als opdracht is beschouwd en op basis waarvan Vodafone volgens ML Tours ten onrechte tot uitvoering van de vermeende opdracht is overgegaan, onder andere door toestellen te zenden aan ML Tours.
2.2.
ML Tours stelt dat Vodafone, ondanks diverse verzoeken om zaken terug te draaien naar de situatie van vóór de offerteaanvraag, facturen heeft verzonden op basis van de volgens Vodafone overeengekomen uitbreidingen/wijzigingen van de abonnementen tussen partijen, zoals deze tot 13 maart 2012 bestonden. Op grond van de veronderstelde uitbreidingen/wijzigingen van de oorspronkelijke abonnementen heeft Vodafone een bedrag van € 4.355,42 aan ML Tours gefactureerd.
2.3.
Omdat ML Tours weigerde die – volgens haar incorrecte – factuur te betalen, heeft Vodafone ML Tours vervolgens bij Preventel laten registreren als wanbetaler. Deze registratie heeft volgens ML Tours tot gevolg dat zij geen mobiel abonnement kan krijgen bij een andere telecommunicatiedienst.
2.4.
ML Tours stelt zich op het standpunt dat de registratie als oneigenlijk machtsmiddel wordt gebruikt om haar te dwingen tot betaling van de omstreden vordering van Vodafone. Vodafone maakt daardoor volgens ML Tours misbruik van omstandigheden. De registratie is volgens haar ten onrechte gedaan en ML Tours wordt daardoor onevenredig in haar belangen geschaad.
2.5.
ML Tours vordert op grond van het vorenstaande dat de voorzieningenrechter bij vonnis, voor zover mogelijk, uitvoerbaar bij voorraad:
primair:
Vodafone en Preventel hoofdelijk veroordeelt om de registratie bij Preventel te verwijderen, een en ander op straffe van verbeurte van een dwangsom van € 1.000,-- per dag/per overtreding, althans een door de voorzieningenrechter in goede justitie te bepalen bedrag, totdat bij vonnis in kracht van gewijsde (althans: bij vonnis uitvoerbaar bij voorraad) van de binnen twee weken na de uitspraak in dezen te entameren bodemprocedure door de bodemrechter zal zijn beslist met betrekking tot het tussen partijen aanwezig zijnde geschil;
subsidiair:
in ieder geval Vodafone en Preventel veroordeelt tot een door de voorzieningenrechter in goede justitie te formuleren veroordeling en in een door de voorzieningenrechter in goede justitie te bepalen dwangsom;
Vodafone en Preventel hoofdelijk, des de een betalend de ander zal zijn bevrijd, veroordeelt in de proceskosten.
2.6.
Vodafone voert verweer. Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.

3.De beoordeling

3.1.
De voorzieningenrechter stelt voorop dat het onderhavige geschil niet gaat over de door Vodafone gevorderde abonnementskosten, maar over de vraag of de omstreden registratie van ML Tours bij Preventel moet worden opgeheven.
3.2.
Vodafone en Preventel hebben niet betwist dat, volgens de eigen website van Preventel, deze vennootschap een maatschappelijk belang behartigt, te weten:
“het voorkomen dat personen en bedrijven verplichtingen voor het gebruik van telecommunicatie diensten aangaan die zij niet kunnen dragen.”Het doel van de registratie is om aanbieders van telecommunicatiediensten informatie te verstrekken over personen en bedrijven die bij een of meerdere deelnemers een openstaande vordering hebben. De bedoelde informatie kan, nog steeds volgens de website van Preventel, worden gebruikt om bij het aanvragen van een abonnement de telecomaanbieder in staat te stellen te controleren of de persoon die, respectievelijk of het bedrijf dat een aanvraag voor een abonnement doet bij Preventel geregistreerd staat, zodat de telecomaanbieder de aanvraag van een abonnement kan weigeren, gelet op het betaalgedrag van de aanvrager.
3.3.
Uit de hierboven geparafraseerde doelomschrijving begrijpt de voorzieningenrechter dat het doel van een registratie bij Preventel is, om aanvragers van telecomaanbieders die kennelijk niet in staat zijn om de kosten van een telecomabonnement te dragen, tegen zichzelf te beschermen, en om de telecomaanbieders te beschermen tegen deze wanbetalende aanvragers.
3.4.
Daaruit volgt dat telecomaanbieders - in het algemeen - een gerechtvaardigd belang hebben bij de registratie van wanbetalers. Naar het oordeel van de voorzieningenrechter volgt uit meerbedoelde doelomschrijving dat onder wanbetaling die tot registratie bij Preventel leidt enkel kan worden begrepen wanbetaling als gevolg van financieel onvermogen van de aanvrager. In redelijkheid kan daaronder derhalve niet worden begrepen “wanbetaling” die verband houdt met een zakelijk conflict over de verschuldigdheid van abonnementskosten. Een dergelijke “wanbetaling” kan bij voorbeeld haar grond vinden in een geschil over hetgeen tussen aanvrager en aanbieder is overeengekomen. Het zou ook kunnen zijn dat de aanvrager de betaling van de abonnementskosten heeft opgeschort in verband met een tekortkoming in de nakoming van de op de aanbieder rustende verplichtingen.
3.5.
ML Tours en Vodafone hebben een verschil van mening over de vraag of een wijziging heeft plaatsgevonden in de tussen hen tot 13 maart 2012 geldende overeenkomsten, en mede in verband daarmee over het gebruik van een aantal nieuwe mobiele telefoons die door Vodafone aan ML Tours zijn geleverd. Gesteld noch gebleken is dat de niet-betaling van de door Vodafone gevorderde abonnementskosten wordt veroorzaakt door financieel onvermogen van ML Tours, of dat de door ML Tours aangevoerde grond om het gevorderde niet te betalen een voorgewende grond is, die moet camoufleren dat er aan de zijde van ML Tours in feite sprake is van financieel onvermogen als bedoeld in de doelomschrijving van Preventel. Uit de overgelegde stukken blijkt dat er een reëel, en dus geen door ML Tours voorgewend, verschil van mening tussen ML Tours en Vodafone bestaat over hetgeen tussen partijen is overeengekomen en hetgeen Vodafone op grond daarvan van ML Tours heeft te vorderen.
3.6.
Gelet hierop heeft Vodafone, ook tijdens de mondelinge behandeling, niet de indruk kunnen wegnemen dat in de onderhavige zaak oneigenlijk gebruik wordt gemaakt van het recht om een wanbetaler te registeren, omdat dit recht hier niet wordt gebruikt om een aanvrager van telecomabonnementen tegen zichzelf te beschermen, respectievelijk een aanbieder van telecomabonnementen te beschermen tegen wanbetalende aanvragers, maar wordt gebruikt om betaling af te dwingen in een geval waarin tussen de aanvrager en de aanbieder een reëel geschil bestaat als hiervoor bedoeld. In dit verband merkt de voorzieningenrechter nog op dat Vodafone ter zitting heeft verklaard dat na vijf vruchteloze aanmaningen steeds een registratie volgt bij Preventel en dat, alhoewel andere telecomaanbieders het
rechthebben om de “wanbetaler” als gevolg van de registratie te weigeren, in de praktijk een wanbetaler steeds
daadwerkelijkdoor de andere telecomaanbieders zal worden geweigerd. Een registratie verhindert derhalve dat ML Tours nog met andere telecomaanbieders een overeenkomst sluit. Weliswaar staat dat, zoals Vodafone ten verwere aanvoert, er niet aan in de weg dat een geweigerde aanvrager met prepaid mobiele telefoons kan bellen, maar dat is geen redelijk alternatief voor het bellen met een mobiele telefoon op basis van een abonnement, gelet op de aanzienlijke beperkingen van telefoneren met prepaid mobiele telefoons, zeker in een zakelijke context.
3.7.
Dit betekent dat de registratie van ML Tours bij Preventel als onrechtmatig moet worden bestempeld en derhalve moet worden opgeheven.
3.8.
De gevorderde hoofdelijke veroordeling in het sub I (het primair gevorderde) moet worden afgewezen, omdat deze vordering zinledig is. Vodafone en Preventel hebben immers ieder een eigen verplichting, die niet deelbaar is en derhalve dus ook niet door de andere partij kan worden nagekomen.
3.9.
De gevorderde dwangsom zal worden beperkt als na te melden in het dictum.
3.10.
Vodafone en Preventel zullen als de grotendeels in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten worden veroordeeld. De kosten aan de zijde van ML Tours worden begroot op:
  • dagvaarding €  76,71;
  • griffierecht € 589,00;
  • salaris advocaat €
Totaal €  1.481,71.

4.De beslissing

De voorzieningenrechter:
veroordeelt Vodafone en Preventel om de registratie bij Preventel te verwijderen, een en ander op straffe van verbeurte van een dwangsom van € 1.000,-- per dag, met een maximum van € 50.000,--, totdat bij vonnis in kracht van gewijsde (althans: bij vonnis uitvoerbaar bij voorraad) van de binnen twee weken na de uitspraak in dezen te entameren bodemprocedure door de bodemrechter zal zijn beslist met betrekking tot het tussen partijen aanwezig zijnde geschil;
veroordeelt Vodafone en Preventel in de proceskosten, aan de zijde van ML Tours tot op heden begroot op € 1.481,71;
verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad;
wijst het meer of anders gevorderde af.
Dit vonnis is gewezen door mr. W.J.J. Beurskens, voorzieningenrechter, en in het openbaar uitgesproken.