Motivering
Feiten
1.1 De heer [A] (hierna: [A]) is vanaf 1 januari 1988 in dienst bij [B]. Dit bedrijf is op 1 januari 2005 overgenomen door eiseres.
1.2 Per 1 januari 2006 is [A] toegetreden tot de Raad van Bestuur van eiseres.
1.3 [A] heeft in de jaren 2005 tot en met 2008 achtereenvolgens het volgende fiscale loon genoten: € 355.974, € 422.174, € 513.316 en € 418.530. In 2007 is door eiseres in verband met een wijziging van de pensioenregeling een bedrag van € 110.000 aan [A] ter beschikking gesteld. Dit bedrag zit begrepen in het fiscale loon over 2007.
1.4 In maart 2009 hebben eiseres en [A] een vaststellingsovereenkomst gesloten. Deze overeenkomst is door eiseres op 9 maart 2009 ondertekend en door [A] op 16 maart 2009. In deze overeenkomst staat, onder andere, het volgende:
“1. Beëindiging arbeidsovereenkomst
1.1 De arbeidsovereenkomst tussen [eiseres] en [A] zal op initiatief van [eiseres] met wederzijds goedvinden worden beëindigd met ingang van 31 december 2009, tenzij tussen Partijen een eerdere einddatum wordt overeengekomen.
2. Beëindiging positie lid RvB en eventuele overige functies [A]
2.1 [A] zal zijn functie van bestuurder van [eiseres], alsmede alle eventuele overige functies die hij uit dien hoofde binnen de organisatie van [eiseres] vervult, per 1 april 2009 neerleggen. (…)
2.2 [A] zal met ingang van 1 april 2009 tot de Einddatum geen enkele handeling verrichten waartoe hij gemachtigd was uit hoofde van zijn functie als bestuurder van [eiseres]
en/of enige aan [eiseres] gelieerde vennootschap en/of uit hoofde van op enig moment door [eiseres] aan hem verleende bevoegdheid, één en ander in de ruimste zin des woords.
3. Neerleggen taken
3.1 Vanaf 1 april 2009 tot aan de Einddatum legt [A] al zijn feitelijke taken neer. [A] zorgt voor een adequate overdracht van zijn taken en verantwoordelijkheden. [A] behoudt voor de resterende duur van de arbeidsovereenkomst aanspraak op zijn gebruikelijke salaris alsmede op alle overige emolumenten waarop hij uit hoofde van de arbeidsovereenkomst aanspraak heeft, tenzij in deze Overeenkomst nadrukkelijk anders is bepaald. [A] houdt zich tot de Einddatum beschikbaar voor het verrichten van werkzaamheden en voor het geven van inlichtingen en het beantwoorden van vragen, dit alles indien en zodra de Raad van Commissarissen van [eiseres] hem dat vraagt.
3.2 [A] heeft, anders dan op uitnodiging van de Raad van Commissarissen van [eiseres], geen toegang tot de kantoren van [eiseres] en/of de met haar verbonden rechtspersonen/ ondernemingen. Voorts heeft [A] geen toegang tot enige faciliteit of voorziening waartoe hij uit hoofde van zijn functie toegang heeft, waaronder in elk geval mede zijn begrepen elektronische communicatiemiddelen (intern netwerk), creditcard faciliteiten, etcetera.
4. Beëindigingsvergoeding
4.1 Uitgaande van het einde van de arbeidsovereenkomst per de Einddatum zal aan [A] een vergoeding ter vervanging van te derven inkomsten over meerdere jaren worden voldaan van EUR 1.000.000 (...) bruto. Bij de berekening van dit bedrag is aansluiting gezocht bij de zgn. kantonrechtersformule (…) Betaling van deze vergoeding zal plaatsvinden uiterlijk één maand na de Einddatum.
4.2 Indien [A] het gehele bedrag of een gedeelte daarvan wenst te ontvangen in de vorm van een stamrecht als bedoeld in artikel 11 lid 1, letter g Wet op de Loonbelasting 1964, dan bestaat aan de zijde van [eiseres] geen bezwaar tegen afstorting van het bedrag zonder aftrek van de wettelijke inhoudingen bij een verzekeringsmaatschappij of stamrecht B.V., indien en voor zover [eiseres] hierdoor niet voor extra kosten wordt geplaatst. (…)
7 Eindafrekening
Bij het einde van de arbeidsovereenkomst vindt de eindafrekening plaats. [eiseres] zal [A] uiterlijk binnen een maand na de Einddatum een definitieve salarisafrekening doen toekomen en tot financiële afwikkeling overgaan. (…)
8 Verzekeringen/Regelingen
Per de Einddatum nemen alle verzekeringen en regelingen waaraan [A] uit hoofde van zijn arbeidsovereenkomst deelneemt, een einde, inclusief de ten behoeve van [A] afgesloten bestuurdersaansprakelijkheidsverzekering. (…)
9 Zaken
9.1 [A] zal alle aan hem in het kader van de arbeidsovereenkomst ter beschikking gestelde zaken en/of bescheiden, waaronder (een en ander voorzover van toepassing) mobiele telefoon met toebehoren, laptop met toebehoren, (bank)passen, sleutels, documenten en overige bescheiden waaronder verslagen, agenda’s, memoranda, plannen, kalenders en overzichten van welke soort en oorsprong dan ook en één en ander in de ruimste zin des woords, uiterlijk op 1 april 2009 schoon, onbeschadigd en zonder daarvan kopieën te bewaren aan [eiseres] ter hand stellen.
10 Lease auto
10.1 [A] zal de (lease-) auto zal per 1 april 2009 overnemen. (…)
10.2 [A] houdt aanspraak op gebruik van de benzinepas op de tussen partijen bekende voorwaarden uiterlijk tot en met 31 december 2009. (…)
22 Slotbepalingen
(…)
22.2 Deze Overeenkomst vormt de volledige weergave van alle tussen Partijen gemaakte afspraken met betrekking tot de beëindiging van de arbeidsovereenkomst en alle in deze overeenkomst geregelde onderwerpen en treedt in plaats van alle voorgaande tussen Partijen gemaakte afspraken en gedane toezeggingen, zowel mondeling als schriftelijk, inclusief enig correspondentie hierover.
22.3 Deze Overeenkomst is een vaststellingsovereenkomst in de zin van artikel 7:900 BW. De artikelen 7:900 tot en met 7:906 zijn derhalve van toepassing. Partijen doen hierbij afstand van hun recht om de ontbinding en/of de vernietigbaarheid/nietigheid van deze overeenkomst in te roepen.”
1.5 Tijdens de onderhandelingen over de inhoud en de schriftelijke vastlegging van de bij 1.4 vermelde vaststellingsovereenkomst hebben partijen de eventuele toepassing van artikel 32bb van de Wet op de loonbelasting 1964 (Wet LB) niet in hun overwegingen betrokken.
1.6 Op 3 december 2009 heeft eiseres contact opgenomen met verweerder. Eiseres wilde antwoord op de vraag of de beëindigingsvergoeding van € 1.000.000 kon worden aangemerkt als een regeling voor vervroegde uittreding (RVU) in de zin van artikel 32ba van de Wet LB. De inspecteur van de Belastingdienst/Amsterdam heeft vervolgens aangegeven dat er geen sprake was van een RVU, maar wel van een excessieve vertrekvergoeding op grond van artikel 32bb van de Wet LB.
1.7 Eiseres en [A] hebben op 22 december 2009 een brief van eiseres van 18 december 2009 ondertekend. De afspraken in deze brief houden onder meer het volgende in:
“Er is met de Inspecteur van de Belastingdienst enige discussie ontstaan over de vraag wanneer (meer in het bijzonder: in welk jaar) de arbeidsovereenkomst ingevolge onze vaststellingsovereenkomst eindigt. In verband daarmee hebben [eiseres] ([eiseres]) en jij met en tegenover elkaar uitdrukkelijk verklaard, vastgesteld en bevestigd als volgt: