waarde vaststelling na p.o.
woongedeelte 125.000
kavel 6.24 are 35.000
---------------------------------------
sub totaal 160.000
---------------------------------------
aangebouwde schuur 50.000
bijschuren 5.000
ligboxenstal 187.500
verhardingen 48.500
bedr kavel 1.09.76 ha 100.000
windmolen 350.000
ondergrond windmolen 150.000
---------------------------------------
sub totaal 1.051.000 voor de wbr belast met 6%= 63.060
cultuurgrond 1.449.000
---------------------------------------
totaal 2.500.000".
1.5 De cultuurgrond (landbouwgrond) die eiser bij akte van levering van [datum] 2009 heeft verkregen is groot 30.11.02 ha.
1.6 Naar aanleiding van het onder 1.4 vermelde taxatierapport heeft verweerder bij brief van 18 januari 2010 aan eiser een naheffingsaanslag overdrachtsbelasting aangekondigd. De berekening van de naheffingsaanslag is in de brief van verweerder als volgt:
"Verschuldigde overdrachtsbelasting € 1.051.000 à 6% € 63.060
Er is geheven € 842.000 à 6% € 51.120
Na te heffen overdrachtsbelasting € 11.940".
De naheffingsaanslag is met dagtekening 13 april 2010 conform de aankondiging opgelegd.
1.7 In de bezwaarfase heeft verweerder bij brief van 17 februari 2011 aan de notaris, die namens eiser bezwaar heeft gemaakt, - onder meer - het volgende geschreven:
"Bij de taxatie van de Belastingdienst is gebruik gemaakt van vergelijkbare transacties en marktgegevens, waarbij de opbrengstgenererende mogelijkheden van de windmolen een element zijn. Daarnaast is de waarde van de ondergrond van de windmolen berekend via een DCF-berekening. De uitkomst daarvan bedraagt ruim € 280.000.
De taxateur is uitgegaan van een waarde van de ondergrond van € 150.000.".
Ter zitting heeft taxateur [taxateur] verklaard dat het bedrag van € 150.000 als volgt is berekend: 17 maal 0,6 kilowatt maal € 15.000 retributie is afgerond € 150.000. [gemachtigde verweerder] heeft ter zitting - ter nadere toelichting - verklaard dat de retributie een standaardbedrag is voor de ondergrond, dat er wordt gerekend met € 15.000 per geïnstalleerd vermogen en dat voor de contante waarde de factor 17 wordt gehanteerd.
1.8 In de pleitnota die eiser ter zitting van 25 oktober 2011 heeft overgelegd is - onder meer - het volgende vermeld:
"We hebben nog aanvullende gegevens van [makelaar A], als makelaar en taxateur werkzaam bij [makelaardij], ontvangen met vergelijkende cijfers. [makelaar A] stelt dat deze bedrijven met de onderhavige zijn te vergelijken.
Deze vergelijkende cijfers voegen we hierbij.
De eerste verkoop betreft in dezelfde periode een vergelijkbare boerderij met windmolen in de Gemeente [gemeente] (provincie [provincie A]). De windmolen heeft nog meer capaciteit dan de onderhavige. Die verkoop vond plaats op 1 juli 2009. Voor de grond is toen betaald een bedrag van € 52.341 per hectare voor een stuk grond van 7.79.50 hectare en een bedrag van € 50.760 per hectare voor een stuk grond van 25.73.50 hectare. De windmolen is verkocht voor € 265.000 inclusief ondergrond.
Op 1 oktober 2009 is er verder een boerderij in de gemeente [gemeente] (provincie [provincie B]) verkocht voor een hectare prijs van de grond van € 65.571. Het gehele stuk grond bedroeg 32.78.85 hectare.
De laatste verkoop betreft de verkoop van 9.86.70 hectare grond voor een totaal bedrag van € 518.017. Dit is € 52.499 per hectare. Deze verkoop vond plaats op 1 januari 2009 in de Gemeente [gemeente] ( provincie [provincie B]).".
1.9 Bij brief van 5 april 2011 heeft verweerder een reactie gegeven op de onder 1.8 vermelde pleitnota. Verweerder stelt in de brief dat de door eiser overgelegde gevallen niet vergelijkbaar zijn. Tevens heeft verweerder bij de brief van 5 april 2011 een overzicht van taxateur [taxateur] verstrekt, met daarin - volgens verweerder - alle relevante transacties van vergelijkbare gronden in [X] en [Y]. Ter zitting van 17 april 2012 heeft taxateur [taxateur] verklaard dat de in het overzicht vermelde transacties gedeeltelijk zien op losse grond en gedeeltelijk op grond die deel uitmaakte van een complex. De prijzen per hectare in het overzicht lopen uiteen van € 19.759 tot € 149.314. In de lijst is één transactie vermeld met de volgende specificatie:
"[adres in X], akte d.d. [datum] 2009, koopsom € 3.955.000, oppervlakte 51.36.80 ha, hectare prijs € 58.000, koper [koper]/verkoper [verkoper]".
1.10 Verder heeft verweerder bij de onder 1.9 vermelde brief als bijlage een kopie van een brief van de afdeling waardeonderzoek ([gemachtigde verweerder]) overgelegd van 5 april 2011, waarin - onder meer - is vermeld:
"Voorts heeft [taxateur] nog de volgende verkopen/taxaties aan de orde gebracht die de redelijkheid van zijn taxatie mede onderbouwen:
1. Akte [datum] 2010: verkoop boerderij met windmolen [adres]: ha prijs 42.500 en windturbine exclusief grond 200.000 (voor de ondergrond heeft verkoper een opstalrecht bedongen en blijft derhalve bloot eigenaar).
2: Gezamenlijke taxatie boerderij met windturbine [adressen] dd [datum]-2009: de 600 KW Tacke turbine, welke volgens de externe taxateur [taxateur] in november 1995 is gebouwd, in april 2005 is "opgemept" en een molen met veel technische problemen zou zijn werd inclusief ondergrond 400 m2 op 525.000 euro gewaardeerd.".