ECLI:NL:RBLEE:2012:BW6247
Rechtbank Leeuwarden
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Opheffing van de vereffening van een nalatenschap met negatieve activa
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Leeuwarden op 24 april 2012 uitspraak gedaan in een verzoekschrift met betrekking tot de vereffening van de nalatenschap van [B], die overleden is te Groningen. Verzoekster, [A], heeft het verzoek ingediend om de vereffening van de nalatenschap op te heffen, omdat de activa van de nalatenschap negatief zijn. De kantonrechter heeft kennisgenomen van verschillende documenten, waaronder een schuldenoverzicht en een verklaring van erfrecht, en heeft vastgesteld dat de nalatenschap een saldo van minstens € 12.000,00 negatief vertoont, met slechts een klein bedrag op de bankrekening van de erflaatster.
Verzoekster heeft ook verzocht om de vereffening kosteloos te laten plaatsvinden, verwijzend naar eerdere uitspraken van andere rechtbanken. De kantonrechter heeft echter geoordeeld dat de wettekst van artikel 4:209 BW en het doel van de wettelijke vereffeningsprocedure geen ruimte bieden om zowel een kosteloze vereffening als de opheffing van de vereffening in één beschikking te bevelen. Dit zou in strijd zijn met de bedoeling van de wet, die is ontworpen om de belangen van schuldeisers te beschermen.
Uiteindelijk heeft de kantonrechter besloten om het verzoek tot kosteloze vereffening af te wijzen en het verzoek om opheffing van de vereffening toe te wijzen. De kantonrechter heeft de vereffeningskosten vastgesteld op € 1.606,50, die ten laste van de boedel moeten worden gebracht. De opheffing van de vereffening zal worden ingeschreven in het boedelregister, zonder dat bekendmaking in de Staatscourant nodig is, aangezien er geen benoemde vereffenaar is. Deze beslissing is genomen in het belang van de schuldeisers, gezien de negatieve activa van de nalatenschap.