ECLI:NL:RBLEE:2011:BT7091

Rechtbank Leeuwarden

Datum uitspraak
7 oktober 2011
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
AWB 11/214
Instantie
Rechtbank Leeuwarden
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Socialezekerheidsrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Toepassing van artikel 29b van de Ziektewet in relatie tot dienstbetrekking en ziekengeld

In deze zaak heeft de Rechtbank Leeuwarden op 7 oktober 2011 uitspraak gedaan in een geschil tussen Stichting ziekenhuis 'Nij Smellinghe' en de Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv) over de toepassing van artikel 29b van de Ziektewet (ZW). Het ziekenhuis, vertegenwoordigd door mr. H.J. Funke, had beroep aangetekend tegen een besluit van het Uwv, dat op 8 december 2010 was medegedeeld, waarin het Uwv weigerde ziekengeld aan een werknemer, aangeduid als [A], te verstrekken. De reden hiervoor was dat [A] niet voldeed aan de voorwaarde dat zij binnen vijf jaar na indiensttreding bij het ziekenhuis ziek was geworden.

De rechtbank heeft vastgesteld dat [A] op 27 maart 2001 in dienst trad bij het ziekenhuis, maar dat haar dienstverband op 1 februari 2009 eindigde toen zij een andere baan aanvaardde. Vervolgens trad zij op 1 mei 2009 opnieuw in dienst bij het ziekenhuis. De rechtbank moest beoordelen of er sprake was van een nieuwe dienstbetrekking per 1 mei 2009. De rechtbank concludeerde dat dit niet het geval was, omdat de opzegging van het dienstverband per 1 februari 2009 geen verband hield met de medische situatie van [A].

De rechtbank oordeelde dat de wetsgeschiedenis van artikel 29b van de ZW beoogt om de herintreding van arbeidsgehandicapten in het arbeidsproces te bevorderen. Aangezien [A] vrijwillig haar dienstverband had beëindigd en er geen nieuwe dienstbetrekking was ontstaan, was het Uwv gerechtigd om ziekengeld te weigeren. De rechtbank verklaarde het beroep ongegrond en er werd geen proceskostenveroordeling opgelegd. Tegen deze uitspraak staat hoger beroep open.

Uitspraak

RECHTBANK LEEUWARDEN
Sector bestuursrecht
procedurenummer: AWB 11/214
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 7 oktober 2011 als bedoeld in afdeling 8.2.6 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb)
in het geding tussen
Stichting ziekenhuis "Nij Smellinghe",
gevestigd te Drachten,
eiseres (hierna: het ziekenhuis),
gemachtigde: mr. H.J. Funke, advocaat te Leeuwarden,
en
de Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen,
verweerder (hierna: het Uwv),
gemachtigde: mr. F.H.M.A. Swarts, werkzaam bij het Uwv te Leeuwarden.
Procesverloop
Bij brief van 8 december 2010 heeft het Uwv het ziekenhuis mededeling gedaan van zijn besluit op bezwaar betreffende de toepassing van artikel 29b van de Ziektewet (ZW) ten aanzien van haar werknemer [A]. Tegen dit besluit heeft het ziekenhuis beroep aangetekend. Op gronde van artikel 8:26, eerste lid, van de Awb is [A] door de rechtbank in de gelegenheid gesteld als partij aan het geding deel te nemen. Zij heeft van deze gelegenheid gebruik gemaakt. De zaak is behandeld ter zitting van de rechtbank, gehouden op 13 september 2011. Partijen hebben zich laten vertegenwoordigen door hun gemachtigden. Tevens is verschenen [B], personeelsadviseur van het ziekenhuis. [A] is niet verschenen.
Motivering
Feiten
1.1 [A] is op 27 maart 2001 als verpleegkundige in dienst getreden van het ziekenhuis. Over de periode van 21 augustus 2003 tot 1 november 2005 heeft [A] een uitkering op grond van de Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering (WAO) genoten. Per 1 februari 2009 is het dienstverband tussen [A] en het ziekenhuis beëindigd, in verband met een door haar aanvaarde dienstbetrekking bij het Antoniusziekenhuis te Sneek. Per 1 mei 2009 is [A] opnieuw in dienst getreden van het ziekenhuis.
1.3 Op 2 augustus 2010 en, na een onsuccesvolle werkhervatting, opnieuw op 16 augustus 2010 heeft [A] zich ziek gemeld. Bij besluit van 13 oktober 2010 is aan [A] ziekengeld op de grond dat zij niet voldoet aan de voorwaarde dat zij binnen vijf jaar na indiensttreding bij het ziekenhuis ziek is geworden. Bij het bestreden besluit is deze beslissing gehandhaafd. Het Uwv is van mening dat er tussen [A] en het ziekenhuis per 1 mei 2009 geen (nieuwe) dienstbetrekking is ontstaan. Hiermee is gegeven dat de in dit geval geldende vijfjaarstermijn als bedoeld in artikel 29b van de ZW is overschreden.
Beoordeling van het geschil
2.1 Op grond van artikel 29b van de ZW heeft een werknemer gedurende een periode van vijf jaar na aanvang van de dienstbetrekking recht op een ZW-uitkering indien hij onmiddellijk voorafgaande aan zijn dienstbetrekking aan te merken is als een werknemer met beperkingen.
2.2 De rechtbank dient antwoord te geven op de vraag of sprake is van een nieuwe dienstbetrekking van [A] bij het ziekenhuis per 1 mei 2009. De rechtbank beantwoordt die vraag ontkennend.
2.3 De rechtbank stelt voorop dat uit de wetsgeschiedenis van artikel 29b van de ZW blijkt dat dit artikel tot doel heeft de herintreding in het arbeidsproces te bevorderen van arbeidsgehandicapten, die door hun arbeidshandicap buiten het arbeidsproces zijn geraakt. Het artikel beoogt met de garantie van ziekengeld gedurende een aantal jaren na aanvang van de dienstbetrekking, werkgevers over de streep te trekken deze arbeidsgehandicapten in dienst te nemen.
2.4 Ter zitting heeft [B] duidelijk gemaakt dat de opzegging van het dienstverband per 1 februari 2009 door [A] geen verband hield met haar medische situatie, maar dat zij vrijwillig ontslag heeft genomen en in dienst in getreden van het Antoniusziekenhuis vanwege de kortere reistijd tussen haar woonadres in Sneek en de locatie van het Antoniusziekenhuis. De rechtbank concludeert hieruit dat de medische situatie van [A] geen rol heeft gespeeld bij de wisseling van werkgever. Ter zitting is verder duidelijk geworden dat het dienstverband over de periode van 27 maart 2001 tot 1 februari 2009 en het huidige dienstverband vanaf 1 mei 2009 beide zien op werkzaamheden als verpleegkundige obstetrie en gynaecologie.
2.5 Gelet op het voorgaande, is de rechtbank van oordeel dat, gelet op de tekst en de strekking van artikel 29b van de ZW in het onderhavige geval geen sprake is van de aanvang van een nieuwe dienstbetrekking per 1 mei 2009 in de zin van artikel 29b van de ZW. Het Uwv heeft dan ook terecht aan [A] ziekengeld geweigerd. Steun voor deze opvatting vindt de rechtbank in de uitspraak van 29 juli 2010 van de Centrale Raad van Beroep (CRvB), gepubliceerd op www.rechtspraak.nl, LJN: BN4046.
2.6 Het beroep is opgegrond.
Proceskosten
3.1 Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.
Beslissing
De rechtbank verklaart het beroep ongegrond.
Aldus gegeven door mr. E.M. Visser, rechter, in tegenwoordigheid van mr. J.R. Leegsma als griffier. De beslissing is uitgesproken in het openbaar op 7 oktober 2011.
w.g. J.R. Leegsma
w.g. E.M. Visser
Rechtsmiddel
Tegen deze uitspraak staat voor partijen het rechtsmiddel hoger beroep open. Gelijke bevoegdheid komt toe aan andere belanghebbenden, zulks behoudens het bepaalde in art. 6:13 juncto 6:24 Awb.
Indien u daarvan gebruik wenst te maken dient u binnen zes weken na de dag van verzending van de uitspraak een brief (beroepschrift) alsmede een afschrift van deze uitspraak te zenden aan:
de Centrale Raad van Beroep
Postbus 16002
3500 DA Utrecht
In het beroepschrift vermeldt u waarom u de uitspraak niet juist vindt.