ECLI:NL:RBLEE:2011:BP1636

Rechtbank Leeuwarden

Datum uitspraak
18 januari 2011
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
332897 / CV EXPL 10-8690
Instantie
Rechtbank Leeuwarden
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Onredelijk bezwarend beding in algemene voorwaarden van Canal Digitaal

In deze zaak vorderde Canal Digitaal B.V. betaling van € 352,24 van [gedaagde], die in gebreke was met haar contractuele betalingsverplichtingen. De vordering was gebaseerd op de algemene voorwaarden van Canal Digitaal, waarin werd gesteld dat bij niet-tijdige betaling de klant in verzuim is en wettelijke rente en buitengerechtelijke incassokosten verschuldigd is. Canal Digitaal had de resterende abonnementsgelden gefactureerd, omdat [gedaagde] de abonnementen voortijdig had ontbonden. De kantonrechter oordeelde dat [gedaagde] niet had aangetoond dat zij de abonnementen had opgezegd, en ging er daarom vanuit dat de abonnementen nog steeds van kracht waren.

De kantonrechter beoordeelde vervolgens of het beding in de algemene voorwaarden dat het in rekening brengen van resterende maandtermijnen mogelijk maakte, onredelijk bezwarend was. Gezien het feit dat [gedaagde] geen gebruik meer kon maken van de dienstverlening van Canal Digitaal, oordeelde de kantonrechter dat het beding niet in redelijke verhouding stond tot het nadeel dat Canal Digitaal leed. Het beding werd daarom als nietig beschouwd op grond van de relevante artikelen van het Burgerlijk Wetboek.

Desondanks stond vast dat [gedaagde] tekortgeschoten was in de nakoming van de abonnementen en dat zij op grond van artikel 6:277 BW schadevergoeding moest betalen aan Canal Digitaal. De kantonrechter gaf Canal Digitaal de gelegenheid om de schade verder te specificeren in een volgende zitting. De zaak werd aangehouden voor verdere behandeling.

Uitspraak

RECHTBANK LEEUWARDEN
Sector kanton
Locatie Leeuwarden
zaak-/rolnummer: 332897 \ CV EXPL 10-8690
vonnis van de kantonrechter d.d. 18 januari 2011
inzake
de besloten vennootschap
Canal Digitaal B.V.,
hierna te noemen: Canal Digitaal,
gevestigd te Hilversum,
eiseres,
gemachtigde: AGC Gerechtsdeurwaarders,
tegen
[gedaagde],
hierna te noemen: [gedaagde],
wonende te Leeuwarden,
gedaagde,
procederende in persoon.
Procesverloop
1. Op de bij dagvaarding vermelde gronden heeft Canal Digitaal gevorderd om [gedaagde] te veroordelen tot betaling van € 352,24 met rente en kosten.
[gedaagde] heeft bij antwoord de vordering betwist.
Na repliek en dupliek is vonnis bepaald op de stukken, waarvan de inhoud als hier ingelast geldt.
Door Canal Digitaal zijn producties in het geding gebracht.
Motivering
De vaststaande feiten
2. Als gesteld en erkend, dan wel als niet of onvoldoende weersproken, alsmede op grond van de in zoverre onbetwiste inhoud der overgelegde producties staat het volgende vast.
2.1. [gedaagde] heeft bij Canal Digitaal een tweetal abonnementen voor bepaalde tijd afgesloten voor de levering en ontvangst van de door of vanwege Canal Digitaal uitgezonden en per satelliet verspreide betaaltelevisieprogramma's en programmapakketten.
2.2. Op deze abonnementen zijn de algemene voorwaarden van Canal Digitaal van toepassing. In artikel 66 van deze algemene voorwaarden is bepaald:
"Bij niet-tijdige betaling door de Klant van enig aan CD verschuldigd bedrag onder enige Overeenkomst of indien een door de Klant afgegeven incassovolmacht niet wordt gehonoreerd, is de klant van rechtswege in verzuim en is de Klant vanaf de datum van verzuim wettelijke rente over het uitstaande bedrag verschuldigd, alsmede de buitengerechtelijke incassokosten, welke begroot worden op 15% van het verschuldigde bedrag, doch met een minimum van € 37,-, alsmede in voorkomend geval de gerechtelijke kosten. CD is in een dergelijk geval tevens gerechtigd de betreffende Overeenkomst op te schorten of met onmiddellijke ingang op te zeggen, zonder dat daarvoor een ingebrekestelling vereist is en/of om betaling te vorderen van de totale som die de Klant uit hoofde van de Overeenkomst voor de gehele overeengekomen duur (indien van toepassing) aan CD verschuldigd is en zal zijn."
De standpunten van partijen
3. Canal Digitaal legt aan haar vordering ten grondslag dat [gedaagde] in gebreke is gebleven met de nakoming van haar contractuele betalingsverplichtingen en derhalve in verzuim is geraakt. Canal Digitaal was op grond daarvan gerechtigd om tot ontbinding van de abonnementen over te gaan. Canal Digitaal heeft naast de achterstallige abonnementsgelden de nog resterende abonnementsgelden tot het einde van de lopende abonnementsperioden aan [gedaagde] gefactureerd, wegens geleden schade in de vorm van gederfde inkomsten door het voortijdig ontbinden van de abonnementen, welke kosten [gedaagde] op grond van artikel 6:74 BW is verschuldigd. [gedaagde] is terzake de abonnementsgelden nog een bedrag van in totaal € 271,97 aan Canal Digitaal verschuldigd, zijnde een bedrag van € 243,50 voor abonnement 1 en € 28,47 voor abonnement 2. Naast deze hoofdsom vordert Canal Digitaal tevens betaling van wettelijke rente en buitengerechtelijke incassokosten. In reactie op het verweer van [gedaagde] betwist Canal Digitaal dat [gedaagde] de abonnementen in kwestie heeft opgezegd.
4. [gedaagde] voert tot haar verweer aan dat zij met haar gezin per 1 januari 2009 naar Terschelling is verhuisd, waar geen gebruik kon worden gemaakt van de schotel voor ontvangst van de programma's van Canal Digitaal. Om die reden heeft [gedaagde] contact opgenomen met Canal Digitaal, waarna zij de abonnementen schriftelijk - per brief - heeft opgezegd per 1 april 2009. De correspondentie van de incassogemachtigde van Canal Digitaal heeft [gedaagde] niet bereikt, vanwege het feit dat zij naar Terschelling was verhuisd en haar woning aan de [adres] te Leeuwarden had verhuurd. [gedaagde] heeft naar eigen zeggen altijd op de adressen waar zij woonde, ingeschreven gestaan en haar adres was aldus gemakkelijk voor Canal Digitaal te traceren.
De beoordeling van het geschil
5. De kantonrechter stelt voorop dat de door [gedaagde] gestelde schriftelijke opzegging van de abonnementen niet is komen vast te staan, nu Canal Digitaal de ontvangst van een zodanige opzegging heeft betwist en [gedaagde] deze opzegging vervolgens niet nader heeft onderbouwd; zij heeft niet eens een kopie van de vermeende opzeggingsbrief in het geding gebracht. Derhalve gaat de kantonrechter ervan uit dat er geen opzegging zijdens [gedaagde] heeft plaatsgevonden.
6. Op grond van de beide overeenkomsten is [gedaagde] abonnementsgelden verschuldigd aan Canal Digitaal. Vast staat dat zij met de betaling daarvan in gebreke is gebleven. Canal Digitaal vordert echter niet alleen achterstallige abonnementsgelden, maar ook van resterende abonnementsgelden op grond van artikel 66 van haar algemene voorwaarden.
7. [gedaagde] is consument. Canal Digitaal beroept zich op een beding dat is opgesteld om in een aantal overeenkomsten te worden opgenomen. De kantonrechter dient daarom op grond van de rechtspraak van het Hof van Justitie EG (o.a. 4 juni 2009, C-243/08) ambtshalve te beoordelen of het beding onredelijk bezwarend is. Bij de richtlijn 93/13/EEG van de Raad van 5 april 1993 inzake oneerlijke bedingen in consumentenovereenkomsten is een indicatieve lijst gevoegd van mogelijk oneerlijke bedingen; het boetebeding is daarop vermeld als onderdeel e.
8. Gelet op de door Canal Digitaal in het geding gebrachte gegevens moet worden geoordeeld dat het in rekening brengen van de resterende maandtermijnen, terwijl [gedaagde] geen gebruik meer kan maken van de dienstverlening van Canal Digitaal, in beginsel moet worden beschouwd als een boete die niet in redelijke verhouding staat tot het nadeel dat Canal Digitaal lijdt. Dit leidt tot de conclusie dat het beding onredelijk bezwarend is. Het beding moet daarom op grond van artikel 3:40 jo. 6:233 onder a BW als nietig worden beschouwd.
9. Dit neemt niet weg dat voldoende vast staat dat [gedaagde] tekortgeschoten is in de nakoming van de beide abonnementen en aan Canal Digitaal op grond van artikel 6:277 BW de schade moet vergoeden die deze lijdt doordat ontbinding van de overeenkomsten heeft plaatsgevonden. Canal Digitaal zal bij akte in staat worden gesteld om nader op de schade in te gaan.
10. Canal Digitaal heeft haar vordering terzake de beide abonnementen niet gespecificeerd in een gedeelte terzake achterstallige abonnementskosten en een gedeelte terzake resterende abonnementskosten na ontbinding van de abonnementen. De kantonrechter acht het geïndiceerd dat Canal Digitaal bij akte alsnog een zodanige specificatie in het geding brengt.
11. Iedere verdere beslissing zal worden aangehouden.
Beslissing
De kantonrechter:
verwijst de zaak naar de rolzitting van 15 februari 2011 voor akte uitlating aan de zijde van Canal Digitaal inzake hetgeen hiervoor is overwogen in de rechtsoverwegingen 9 en 10;
houdt iedere verdere beslissing aan.
Aldus gewezen door mr. J.E. Biesma, kantonrechter, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 18 januari 2011 in tegenwoordigheid van de griffier.
c 119