Beoordeling van het verzoek
2.1 De voorzieningenrechter constateert dat het verzoek tot het treffen van een voorlopige voorziening enkel is ingediend door [verzoeker]. Ter zitting heeft [verzoeker] weliswaar verklaard dat hij het verzoek mede heeft ingediend namens een aantal andere buurtbewoners, maar het verzoek is niet door hen ondertekend en de afgegeven machtiging ziet enkel op het maken van bezwaar tegen de kapvergunning en niet op het indienen van een verzoek tot het treffen van een voorlopige voorziening.
2.2 De voorzieningenrechter constateert voorts dat [verzoeker] woont in de [A-straat], terwijl de kapvergunning is verleend voor het vellen van twee bomen in de 3e Saskiadwarsstraat en één boom in de Saskiastraat. De voorzieningenrechter is niet gebleken dat [verzoeker] vanuit zijn woning zicht heeft op de te kappen bomen of op geringe afstand van de bomen woont. Nu door [verzoeker] geen bijzondere omstandigheden zijn aangevoerd op grond waarvan hij desondanks als belanghebbende aangemerkt zou moeten worden, is hij naar het oordeel van de voorzieningenrechter geen belanghebbende bij de verleende kapvergunning. Het voorlopig oordeel van de voorzieningenrechter in de hoofdzaak luidt daarom dat het bezwaar van [verzoeker] tegen de kapvergunning niet-ontvankelijk verklaard zal moeten worden.
2.3 Voorts overweegt de voorzieningen rechter dat het college aan de kapvergunning onder meer - voor zover in deze zaak van belang - het voorschrift heeft verbonden dat kappen pas is toegestaan "nadat de vergunning definitief onherroepelijk is geworden, oftewel pas nadat:
a) de bezwaar- of beroepstermijn voor derden is verstreken zonder dat bezwaar of beroep is ingediend;
b) beslist is op een verzoek om een voorlopige voorziening;
c) beslist is op het beroep van derden en geen verzoek tot voorlopige voorziening is gedaan."
2.4 Naar het oordeel van de voorzieningenrechter dient dit voorschrift aldus te worden uitgelegd dat het maken van bezwaar en het instellen van beroep tegen de kapvergunning schorsende werking hebben en dat deze schorsende werking kan worden opgeheven door het treffen van een daartoe strekkende voorlopige voorziening. In dit geval is door meerdere buurtbewoners, onder wie [verzoeker], bezwaar gemaakt tegen de kapvergunning, zodat de kapvergunning in ieder geval is geschorst tot zes weken nadat het college een besluit op bezwaar heeft genomen, tenzij deze schorsing wordt opgeheven. Bij deze uitspraak wordt weliswaar beslist op het verzoek om een voorlopige voorziening van [verzoeker], maar dit leidt naar het oordeel van de voorzieningenrechter niet tot het opheffen van de schorsende werking van de gemaakte bezwaren. Naar het oordeel van de voorzieningenrechter kan een beslissing op een verzoek om een voorlopige voorziening enkel leiden tot het opheffen van de schorsende werking van de gemaakte bezwaren, indien een voorlopig oordeel wordt gegeven over de rechtmatigheid van de verleende kapvergunning. Het thans voorliggende verzoek tot het treffen van een voorlopige voorziening is enkel ingediend door [verzoeker]. Gelet op het feit dat [verzoeker] geen belanghebbende is bij de kapvergunning, komt de voorzieningenrechter niet toe aan het geven van een voorlopig oordeel over de rechtmatigheid van de kapvergunning.
2.5 Het voorgaande leidt tot de slotsom dat de kapvergunning reeds is geschorst op grond van het onder 2.3 vermelde voorschrift en dat deze uitspraak de schorsing niet opheft. Dit betekent dat Elkien geen gebruik mag maken van de kapvergunning. Hieruit volgt dat [verzoeker] en de overige bezwaarmakers geen spoedeisend belang hebben bij de gevraagde voorlopige voorziening. Daarom ziet de voorzieningenrechter geen aanleiding in te stemmen met het door [verzoeker] ter zitting gedane voorstel om alsnog een machtiging over te leggen waaruit blijkt dat het verzoek om voorlopige voorziening mede namens een enkele andere buurtbewoners is ingediend, die wel in de 3e Saskiadwarsstraat en de Saskiastraat wonen.
2.6 Gelet op het voorgaande zal de voorzieningenrechter het verzoek tot het treffen van een voorlopige voorziening afwijzen.