ECLI:NL:RBLEE:2010:BL1520
Rechtbank Leeuwarden
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Oordeel over de toepassing van het aalverbod in relatie tot de goedkeuring van het Nederlandse aalbeheerplan
In deze zaak heeft de economische politierechter van de Rechtbank Leeuwarden op 1 februari 2010 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die werd beschuldigd van het in bezit hebben van aalfuiken in strijd met het aalverbod. De verdachte had op 8 oktober 2009 fuiken voorhanden in het Van Harinxmakanaal, die volgens de telastelegging niet voldeden aan de wettelijke eisen. De officier van justitie vorderde een geldboete van € 1.600,--, subsidiair 26 dagen hechtenis, waarvan € 1.400,-- subsidiair 24 dagen hechtenis voorwaardelijk met een proeftijd van 2 jaar.
De verdachte voerde ter verdediging aan dat de fuiken waren aangepast om uitsluitend wolhandkrab te vangen en dat het aalverbod pas op 1 oktober 2009 in werking was getreden, onder voorwaarde van goedkeuring van het Nederlandse aalbeheerplan door de Europese Commissie. Deze goedkeuring was echter pas op 20 oktober 2009 verleend. De economische politierechter oordeelde dat de verdachte terecht had begrepen dat het aalverbod nog niet van kracht was op het moment van de overtreding, omdat de goedkeuring van het aalbeheerplan door de Europese Commissie pas na de datum van de overtreding was verleend.
De rechter concludeerde dat het feit niet kwalificeerbaar was als strafbaar feit, omdat de Regeling tot wijziging pas in werking trad na de goedkeuring van het aalbeheerplan. Dit leidde tot de uitspraak dat het telastegelegde weliswaar bewezen was, maar niet als strafbaar feit kon worden aangemerkt. De verdachte werd daarom ontslagen van alle rechtsvervolging.