Sector kanton
Locatie Leeuwarden
zaak-/rolnummer: 288373 \ CV EXPL 09-6376
vonnis van de kantonrechter d.d. 4 december 2009
in de procedure tussen:
[eiser],
hierna te noemen: [eiser],
wonende te [woonplaats],
eiser,
gemachtigde: mr. G. Wind,
De stichting Stichting NHL,
hierna te noemen: NHL,
gevestigd te Leeuwarden,
gedaagde,
gemachtigde: mr. H.J. Funke.
1.1. De kantonrechter heeft opnieuw kennis genomen van de gedingstukken waaronder ook het vonnis van deze rechtbank van 16 oktober 2009, waarvan de inhoud als hier ingevoegd wordt beschouwd. De kantonrechter neemt over hetgeen in voormeld vonnis is overwogen en beslist.
1.2. Naar aanleiding van genoemd vonnis heeft op 6 november 2009 een comparitie plaatsgevonden. Er is een proces-verbaal opgemaakt. Vonnis is bepaald op heden.
2.1. [eiser] is sinds 1 augustus 1987 in dienst van de NHL als hogeschooldocent schaal 12. De CAO-HBO 2007-2010 is van toepassing. Sinds 1990 is [eiser] werkzaam bij de afdeling Public Management van de NHL. Vanaf september 2003 is [eiser] voor 0,4 fte van zijn totale aanstellingsomvang van 0,8 fte gedetacheerd naar de kenniskring (ook wel Lectoraat genoemd) Watermanagement. Per 1 januari 2005 is zijn aanstelling in totaal uitgebreid tot 1,0 fte waarvan hij voor 0,6 fte is gedetacheerd naar de kenniskring Watermanagement. Per 1 januari 2006 is de detachering uitgebreid tot 0,8 fte. Per 1 juli 2007 is de aanstelling teruggebracht tot 0,8 fte en de detachering tot 0,6 fte. Per 1
september 2008 is de detachering teruggebracht tot 0,2 fte. Daarnaast heeft [eiser] sinds die datum nog eens een ruimte van 0,2 fte om nieuwe projecten in Bénin te leiden. Voor de resterende omvang van zijn betrekking is [eiser] werkzaam geweest binnen de afdeling Public Management.
2.2. De kenniskring Watermanagement is een gezamenlijke onderneming binnen de NHL van de afdelingen Bouwkunde, Civiele techniek en Verkeerskunde van het Instituut Techniek en de afdeling Public Management van het Instituut Economie & Management. Personeelsleden die werkzaam zijn bij één van de betrokken afdelingen, zijn gedetacheerd bij de kenniskring. Aan de kenniskring wordt leiding gegeven door een lector kenniskring.
2.3. Het zwaartepunt van de detacheringswerkzaamheden van [eiser] heeft in genoemde periode gelegen bij (a) advieswerkzaamheden voor de UNDP-GEF projecten Danube Regional Project en Black Sea Ecological Recovery Project en (b) werkzaamheden in Bénin.
2.4. De NHL heeft als functiewaarderingsmethode gekozen voor het FUWA-HBO systeem. Op 18 januari 2006 heeft het College van Bestuur van de NHL besloten alle onderwijsgevenden een nieuwe functie toe te wijzen die dezelfde salarisschaal heeft als de maximum salarisschaal die behoort bij hun huidige normfunctie uit de oude CAO-HBO, die gold tot 1 januari 2005. CAO-partijen zijn overeengekomen dat het nieuwe functieordeningssysteem waar het hier om gaat uiterlijk 21 december 2005 moet zijn afgerond.
2.5. De NHL heeft [eiser] bij brief van 29 maart 2007 meegedeeld dat zijn functie wordt ingedeeld in het functieprofiel Seniordocent met schaal 12.
2.6. [eiser] heeft hiertegen bij brief van 7 mei 2007 bezwaar ingediend bij de lokale bezwarencommissie functieordenen.
2.7. Op 20 februari 2008 heeft deze commissie geadviseerd het bezwaar wat betreft de werkzaamheden van [eiser] binnen de afdeling Public Management ongegrond te verklaren. Voorts heeft zij geadviseerd het door [eiser] daadwerkelijk uit te voeren takenpakket bij de kenniskring Watermanagement te beschrijven en te waarderen, alsmede te bezien of dit takenpakket een tijdelijk of structureel karakter draagt.
2.8. Bij brief van 4 maart 2008 heeft de NHL aan [eiser] meegedeeld dat zijn deelname aan de kenniskring als tijdelijk gezien moet worden waarbij zij vast stelt dat diens werkzaamheden worden verricht onder leiding van een Lector. Indeling van [eiser] in het functieprofiel Lector is volgens de NHL niet aan de orde; [eiser] zou hoogstens in aanmerking komen voor een tijdelijke toelage. Nu de NHL het bezwaar ongegrond verklaarde en de bestreden indeling handhaafde, is [eiser] tegen deze beslissing in beroep gegaan bij de Landelijke Bezwarencommissie Functieordenen HBO (hierna: 'de commissie').
2.9. De commissie heeft uitspraak gedaan op 13 november 2008. Zij heeft het bezwaar gegrond verklaard en zij heeft de NHL geadviseerd de functie van [eiser] in te delen in het functieprofiel Lector, schaal 14.
2.10. Bij brief van 28 november 2008 heeft de NHL aangegeven dat er gewichtige redenen zijn om af te wijken van dit advies van deze commissie en zij heeft het bezwaar van [eiser] wederom ongegrond verklaard.
[eiser] heeft onder meer het volgende gesteld:
2.11. [eiser] is van mening dat niet de functie van Seniordocent, maar het functieprofiel van Lector van toepassing is op de door hem uitgevoerde taken. Om die reden heeft [eiser] zowel een interne als externe bezwaarprocedure gevoerd. [eiser] vordert dat voor recht wordt verklaard dat de NHL gehouden is [eiser] per 21 december 2005 te benoemen in de functie van Lector, schaal 14 en dientengevolge de NHL te veroordelen tot de uitbetaling van salarisschaal 14 c.a..
2.12. Ingevolge artikel 6 lid 5 van Bijlage V van de CAO-HBO 2005, 2006-2007 en 2007-2010 dient de werkgever het advies van de Commissie op te volgen, tenzij er gewichtige redenen zijn voor de werkgever om van het advies af te wijken.
2.13. [eiser] is van mening dat de NHL door het advies van de commissie niet te volgen zich buiten de grenzen van het toepasselijke functiewaarderingssysteem heeft begeven.
2.14. De commissie heeft het beginsel van hoor en wederhoor toegepast. De NHL heeft de gelegenheid gehad de beschrijving van werkzaamheden van [eiser] in de jaren 2004 t/m 2006 ter discussie te stellen, maar de NHL heeft dat blijkbaar niet nodig gevonden. Onder deze omstandigheden staat het de NHL niet vrij de juistheid van die beschrijving eind 2008 alsnog in twijfel te trekken.
2.15. De CAO laat een indeling van een werknemer in meerdere functiegroepen niet toe. Volgens FUWA-HBO wordt een functie ingedeeld op de zwaarste elementen van de werkzaamheden, mits het perspectief, de duur en de omvang van de werkzaamheden duiden op een structureel karakter.
2.16. In het geval van [eiser] dient onderscheiden te worden tussen de functiebeschrijving Lector (schaal 14) en Lector kenniskring (schaal 15 of 16). In de eerste bedoelde functieomschrijving is het niet noodzakelijk dat men belast is met de strategieontwikkeling van het lectoraat of de NHL.
2.17. [eiser] is eindverantwoordelijk voor zijn werkzaamheden.
2.18. De FUWA-HBO kent geen onderscheid tussen werkzaamheden die binnen en buiten de poorten van de instelling zijn uitgeoefend. Het gaat er enkel om dat de werkzaamheden die worden gewaardeerd, worden verricht op grond van de tussen partijen bestaande arbeidsovereenkomst.
2.19. De projectwerkzaamheden van [eiser] zijn langdurig structureel en substantieel: [eiser] oefent zijn werkzaamheden meer dan zes jaar uit in een omvang variërend van 50-80% van zijn aanstelling, zodat een indeling in schaal 14 gerechtvaardigd is.
2.20. Onder de gevorderde buitengerechtelijke incassokosten zijn mede begrepen de kosten die [eiser] heeft gemaakt door het voeren van de procedure bij de externe FUWA-commissie
De NHL heeft onder meer het volgende gesteld:
2.21. De projectwerkzaamheden waarmee [eiser] zich bezig hield in het kader van de interne detachering geschiedden onder verantwoordelijkheid van een Lector; [eiser] verrichtte deze activiteiten als Senior Docent.
2.22. Er zijn gewichtige redenen voor de NHL om het advies van de commissie niet op te volgen. De rechter dient in deze kwestie alleen vast te stellen of de NHL in redelijkheid heeft mogen aannemen dat zich hier gewichtige redenen voordoen.
2.23. De NHL is van mening dat de commissie haar oordeel onbegrijpelijk en ondeugde-lijk heeft gemotiveerd. Door te overwegen dat deze werkzaamheden nauw aansluiten bij hetgeen staat beschreven in het functieprofiel Lector en dat de functie ingedeeld dient te worden in het functieprofiel Lector, schaal 14, heeft de commissie in strijd gehandeld met artikel F-2 CAO-HBO waarin is bepaald dat de functie van de werknemer op basis van het gehanteerde systeem van functiewaardering FUWA-HBO wordt ingedeeld in één van de functiegroepen 1 t/m 18.
2.24. De NHL betwist dat de beschrijving waar de commissie zich op heeft gebaseerd een correcte weergave is van de functie van [eiser].
2.25. Van de veertien te wegen functiekenmerken verschillen de functie Senior Docent en de functie Lector op een zevental kenmerken van elkaar. De scores voor deze kenmerken leveren bij de functie van [eiser] geen indeling op in het functieprofiel Lector, schaal 14.
kenmerk 2 : doel van de werkzaamheden
2.26. Voor de functie Lector dient sprake te zijn van een richtinggevend beïnvloeden van de strategie van een hogeschool of het voeren van het (integrale) management van een (onderdeel) van de hogeschool. De strategische activiteiten van [eiser] binnen de door hem genoemde projecten leveren echter niet een score 5 op als benodigd is voor dit kenmerk. [eiser] verricht bovendien deze projectwerkzaamheden onder eindverantwoordelijk-heid van een Lector. De NHL is van mening dat [eiser] werkzaamheden verricht op het terrein van onderzoek, PR-werkzaamheden uitvoert en betrokken is bij multidisciplinaire projecten; dergelijke werkzaamheden indiceren echter een score 4 op kenmerk 2.
kenmerk 5: dynamiek van de werkzaamheden
2.27. Voor de benodigde score 4 dient sprake te zijn van het inspelen op verschuivingen van opleidings-, faculteits-, instituuts- of hogeschooldoelstellingen en/of onderhandelings-processen. Hiervan is geen sprake omdat [eiser] zijn projectwerkzaamheden buiten de NHL verricht en ook nog eens werkt onder de eindverantwoordelijkheid van een Lector. Wel is een score 3 op dit onderdeel passend te noemen.
kenmerk 7: complexiteit van de beslissingen
2.28. Voor de benodigde score 5 is vereist dat sprake is van beslissingen die plaatsvinden op strategisch niveau van de hogeschool, faculteit of instituut. In zijn opvatting dat zijn projectwerkzaamheden voldoende zijn voor score 5 gaat [eiser] eraan voorbij dat het moet gaan om beslissingen op strategisch niveau van de NHL. De projectwerkzaamheden vonden buiten de NHL plaats en onder eindverantwoordelijkheid van een Lector.
kenmerk 8: effect van de beslissingen
2.29. Op dit kenmerk dient de Lector een 5 te scoren; hiervan is bij [eiser] geen sprake omdat het dan zou moeten gaan om functies op het niveau van het College van Bestuur, faculteits- of instituutsdirecteuren, lectoren en directeuren/hoofden op niveau van stafdiensten die (mee)beslissen over strategische vraagstukken van de onderwijsinstelling. De projectwerkzaamheden van [eiser] vonden plaats buiten de NHL en hebben geen betrekking op strategische vraagstukken van de NHL.
2.30. Op dit kenmerk dient een Lector een 5 te scoren. Om een 5 te kunnen scoren dient sprake te zijn van een bestuurs-, directeurs- en/of integraal managementfunctie waarbij diepgaand inzicht in sociaal-maatschappelijk, financieel-economische en politiek-bestuurlijke aangelegenheden benodigd is. Voorts dient de kennis op gepromoveerd niveau te zijn. Hiervan is bij [eiser] geen sprake. Zijn kennisniveau sluit aan bij score 4.
kenmerk 12: vaardigheid
2.31. Op dit kenmerk dient de Lector een 4 te scoren. Dan dient echter sprake te zijn van vaardigheden in het ontwikkelen en uitdragen en verdedigen van (hogeschool- of onderdeel)beleid, nieuwe ideeën of concepten. Aangezien [eiser] buiten de NHL en onder eindverantwoordelijkheid van een Lector zijn projectwerkzaamheden verricht is een dergelijke score niet geïndiceerd. Hij kan aanspraak maken op score 3.
kenmerk 14: doel van de contacten
2.32. Op dit kenmerk dient de Lector een 4 te scoren. Daarvan is sprake wanneer draagvlak wordt verworven voor de ontwikkeling en de implementatie van hogeschool- of onderdeelbeleid, nieuwe ideeën, producten, diensten, werkmethode en technieken.
Aangezien [eiser] buiten de NHL en onder eindverantwoordelijkheid van een Lector zijn projectwerkzaamheden verricht is een score 4 niet aangewezen.
2.33. De totale kenmerkscore van de functie van [eiser] resulteert in de functie Senior Docent en in een schaal 12 salaris.
2.34. Over de waardering van taken die [eiser] naast zijn projectwerkzaamheden verricht bij de afdeling Public Management, bestaat tussen partijen geen verschil van mening; daarbij gaat het om reguliere werkzaamheden als Senior Docent.
2.35. De commissie heeft niet onderbouwd waarom gelet op het totale takenpakket, de volledige functiebeschrijving en de gradatie tussen de functie Senior Docent, Hoofddocent en Lector, de functie Lector op [eiser] van toepassing zou zijn.
2.36. Ofschoon de NHL heeft aangegeven dat [eiser] werkt onder eindverant-woordelijkheid van een Lector heeft de commissie niet gemotiveerd waarom zij van oordeel is dat niettemin sprake is van eindverantwoordelijkheid bij [eiser].
2.37. Op grond van artikel F-2 lid 1 van de CAO-HBO is de NHL slechts gehouden een functie van een werknemer in te delen in een functiegroep die tevens geldt als salarisgroep. Aan die CAO kan [eiser] niet het recht ontlenen op een benoeming tot Lector zoals door hem is gevorderd.
2.38. De NHL verzoekt om matiging van de verzochte wettelijke verhoging ex artikel 7:625 BW.
2.39. De NHL betwist de verschuldigdheid van de gevorderde buitengerechtelijke incassokosten.
De kantonrechter oordeelt over dit geschil als volgt.
3.1. In de onderhavige zaak gaat het om de vraag of de NHL de redenen die zij in haar brief van 28 november 2008 aan [eiser] heeft gegeven om het advies van de commissie van 13 november 2008 niet op te volgen en [eiser] niet in te delen in de functie van Lector, in redelijkheid heeft kunnen aanmerken als 'gewichtige redenen'. Het gaat daarbij om de werkzaamheden van [eiser] gedurende de referteperiode 1 januari 2004 tot en met 31 december 2006.
3.2. Onbestreden is gebleven de constatering van de commissie dat [eiser] de werkzaamheden voor de kenniskring Watermanagement heeft verricht vanaf september 2003 en dat daarbij de omvang van deze werkzaamheden is gegroeid van een 0,4 fte betrekking naar een 0,8 fte betrekking. Naar het oordeel van de kantonrechter heeft NHL onvoldoende aannemelijk kunnen maken dat de constatering van de commissie, dat duur en omvang van deze werkzaamheden op een structureel karakter duiden, kennelijk op onjuiste gronden berust.
3.3. De functie van [eiser] is op diens verzoek beschreven door zijn direct leidinggevende [X] zoals gedaan bij brief aan het College van Bestuur van de NHL van 7 mei 2007. Van andere functiebeschrijvingen wat betreft de projectwerk-zaamheden van [eiser] is in dit geschil niet gebleken; de NHL heeft kennelijk geen aanleiding gezien uitvoering te geven aan het advies van de lokale bezwarencommissie functieordenen om het takenpakket van [eiser] bij het lectoraat Watermanagement te beschrijven en te waarderen, alsmede om te bezien of dit takenpakket een tijdelijk of structureel karakter draagt. De kantonrechter neemt voor zijn hierna te geven oordeel deze enige voor handen zijnde omschrijving van de projectwerkzaamheden van [eiser] bij de kenniskring daarom tot uitgangspunt.
3.4. De commissie heeft onder meer overwogen 'dat het zwaartepunt van de werkzaamheden van [eiser] in de referteperiode lag bij ontwikkelings- en contractactiviteiten met de nadruk op zeer complexe en multidisciplinaire adviesopdrachten en hooggespecialiseerd toegepast onderzoek van een wetenschappelijk niveau met een uitgesproken innovatief en breed bedrijfskundig karakter'. Deze kwalificaties heeft de commissie rechtstreeks overgenomen uit het onderdeel 'Context' behorende bij de FUWA-HBO voorbeeldfunctie 'Lector', schaal 14. De stelling van de NHL dat de commissie in haar oordeel geen gebruik gemaakt heeft van het FUWA-HBO systeem is onvoldoende gemotiveerd aangezien de commissie kennelijk de functiebeschrijving als gegeven door [X] ten grondslag legt aan de constatering dat de functie van [eiser] past binnen de context van de functie lector, schaal 14. Weliswaar had de commissie ook via het beschouwen van de toepasselijke kenmerkscores tot haar oordeel kunnen komen maar naar het oordeel van de kantonrechter bestaat er voor deze bezwarencommissie geen verplichting zulks expliciet te doen en kon de commissie er in dit geval mee volstaan de beschreven functie van [eiser] voornamelijk te toetsen aan de omschrijving van het functieprofiel.
3.5. Uit de in geding gebrachte Toelichting op het gebruik van FUWA-HBO (p. 27) kan worden afgeleid dat de waardering gebeurt op het zwaarst genoemde element in de functie. Nu de werkzaamheden van [eiser] binnen het projectwerk bij de kenniskring Water-management kennelijk het zwaarst wegen, structureel van aard zijn en niet gesteld of gebleken is dat de FUWA-HBO een onderscheid maakt tussen werkzaamheden die wel of niet op grond van detachering plaatsvinden, is niet onbegrijpelijk dat met name die projectwerkzaamheden de waardering van de functie van [eiser] stempelen en dat in het bijzonder deze activiteiten de commissie tot haar advies hebben gebracht.
element strategie; eindverantwoordelijkheid
3.6. Bij het element strategie maar ook bij de weging van een aantal andere hierboven genoemde scores kent de NHL zwaarwegende betekenis toe aan de omstandigheid dat [eiser] geen eindverantwoordelijkheid zou dragen aangezien deze berust bij de Lector Watermanagement (destijds in de persoon van [X]).
3.7. Deze stelling is niet nader onderbouwd en staat haaks op hetgeen [X] in de functiebeschrijving aangeeft. Zo vermeldt [X] dat de advieswerkzaamheden voor de UNDP-GEF projecten plaats vonden in vier contracten, dat [eiser] in 2005 als consultant is geaccrediteerd bij de VN en als expert bij het DRP Expert Team en dat hij zijn deel van de werkzaamheden in de laatste twee projecten op een contract op eigen naam heeft uitgevoerd (wel overigens in het kader van zijn dienstverband met de NHL) - waarmee de eindverantwoordelijkheid voor deze activiteiten ook formeel mede de zijne zijn geworden. Aangaande de werkzaamheden in Bénin heeft [X] vermeld dat [eiser] namens de NHL als Directeur de Projet verantwoordelijk is voor het onderhavige project, waarbinnen de strategie vorm gegeven en gerealiseerd wordt om (post)academisch bij- en nascholingsonderwijs vanuit de drie betrokken faculteiten op het gebied van watermanage-ment te ontwikkelen.
3.8. Wanneer een werknemer door de NHL wordt gedetacheerd bij een andere instelling kan uiteraard niet worden verwacht dat de functionaris tegelijkertijd zich bezig houdt met het ontwikkelen van de eigen strategie van de NHL of een van haar onderdelen. De omvang van de wél door [eiser] -in projectverband- uitgevoerde strategische werkzaamheden dienen daarom nadrukkelijk te worden beschouwd en deze kunnen naar het oordeel van de kantonrechter qua zwaarte worden vergeleken met hetgeen is vermeld bij de kenmerkscoretoelichting bij score 5 onder kenmerk 2 (pagina 34 Toelichting op het gebruik van Fuwa-HBO versie 2008.1), te weten:"Ook kan een 5 worden gescoord bij functies van afdelingshoofden of lectoren die de ontwikkeling van strategische doelen richtinggevend beïnvloeden; het betreft dan de functies die hiërarchisch gezien onder het besluitvormend niveau van integraal management voorkomen".
3.9. De argumentatie die de NHL hanteert als hierboven genoemd ten aanzien van de scores bij de kenmerken 5, 7, 8, 11 en 12 wordt sterk gedomineerd door de afwezigheid van de eindverantwoordelijkheid bij [eiser], over welk aspect de kantonrechter reeds heeft geoordeeld zodat deze onderdelen hier niet afzonderlijk worden besproken. De NHL heeft wat de speciale motivering bij die kenmerken betreft overigens onvoldoende gesteld om de kantonrechter binnen het bestek van zijn beperkte toetsing tot het oordeel te brengen dat de commissie op kennelijk onjuiste gronden tot haar advies zou zijn gekomen.
3.10. Al het vorenstaande in onderling verband en samenhang bezien leidt tot de conclusie dat de NHL de door haar bij brief van 28 november 2008 genoemde redenen niet heeft kunnen aanmerken als gewichtige redenen om het advies van de commissie van 13 november 2008 niet op te volgen.
3.11. De vorderingen van [eiser] zullen worden toegewezen als in het dictum weer te geven, met dien verstande dat in de aard van het geschil aanleiding wordt gezien de medegevorderde wettelijke verhoging af te wijzen.
3.12. Met de NHL is de kantonrechter van oordeel dat het geschil zich beperkt tot de functiewaardering en de daaruit voortvloeiende gevolgen maar dat een vordering tot benoeming als lector buiten het bestek van die procedure valt en daarom niet voor toewijzing in aanmerking komt.
3.13. Anders dan [eiser] is de kantonrechter niet van oordeel dat de kosten verbandhoudende met het voeren van de voorafgaande bezwarenprocedures aangemerkt kunnen worden als buitengerechtelijke incassokosten. Ten tijde van het voeren van die procedures was er immers nog geen sprake van een opeisbare vordering. Voor zover [eiser] nadien nog kosten heeft gemaakt ter incassering van zijn vordering dienen deze gezien hun omvang geacht te worden deel uit te maken van de werkzaamheden die plaats vonden ter voorbereiding van de gerechtelijke procedure, zodat deze kosten begrepen zijn in de hierna te geven kostenveroordeling.
3.14. Gezien het bovenstaande dient de NHL als grotendeels in het ongelijk gestelde partij in de kosten van [eiser] te worden veroordeeld, zoals hieronder zal worden aangegeven.
verklaart voor recht dat de NHL gehouden is het advies van de Landelijke Bezwaren-commissie functieordenen hbo van 13 november 2008 op te volgen en de functie van [eiser] per 21 december 2005 in te delen in het functieprofiel Lector, schaal 14;
veroordeelt de NHL tegen voldoende bewijs van kwijting tot betaling van het verschil tussen het feitelijk aan [eiser] vanaf 21-12-2005 uitbetaalde salaris, én het bedrag aan salaris waarop hij recht zou hebben gehad indien hij per 21-12-2005 in schaal 14 was ingedeeld, alles te verhogen met 8% vakantiegeld en de structurele eindejaarsuitkering van 2% ex artikel H-1 van de CAO-HBO 2005, inclusief de nadien verschenen zijnde jaarlijkse periodieken en het daaraan gekoppelde vakantiegeld en de eindejaarsuitkeringen conform de CAO-HBO, onder verstrekking aan [eiser] van een deugdelijke bruto-netto-specificatie waaruit blijkt op welke wijze de NHL uitvoering heeft gegeven aan deze veroordeling;
veroordeelt de NHL om aan de Stichting Pensioenfonds ABP een opgave te doen van het gecorrigeerde salaris, en aan die stichting, dan wel aan een volgens opgave van de Stichting Pensioenfonds ABP daartoe geëigend ander bedrijf, de noodzakelijke gelden te storten die nodig zijn om het tengevolge van de opgetreden salarisachterstand veroorzaakte pensioen-tekort te redresseren;
veroordeelt de NHL tot voldoening aan [eiser] van de wettelijke rente over het hierboven genoemde na te betalen loon vanaf de dag der opeisbaarheid ervan tot de volledige voldoening;
veroordeelt de NHL in de kosten van deze procedure, tot op heden aan de zijde van [eiser] begroot op € 600,-- (2 punten à € 300,--) wegens salaris en op € 195,98 wegens verschotten;
verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad;
wijst af hetgeen meer of anders is gevorderd.
Aldus gewezen door mr. T.K. Hoogslag, kantonrechter, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 4 december 2009 in tegenwoordigheid van de griffier.