ECLI:NL:RBLEE:2009:BK1086
Rechtbank Leeuwarden
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- C.H. de Groot
- F.F. van Emst
- Rechtspraak.nl
Toekenning van rechtsbijstand voor getuigenverhoor door de rechter-commissaris in strafzaken
In deze zaak heeft eiseres, vertegenwoordigd door haar advocaat mr. R.G. Riemersma, beroep ingesteld tegen een besluit van de Raad voor Rechtsbijstand te Leeuwarden. Dit besluit, genomen op 17 november 2008, weigerde een aanvraag voor rechtsbijstand voor een getuigenverhoor door de rechter-commissaris in een strafzaak. Eiseres was van mening dat de belangen in deze ernstige zedenzaak niet adequaat konden worden behartigd zonder juridische bijstand van een advocaat. De rechtbank heeft de zaak behandeld op 14 mei 2009, maar eiseres en haar gemachtigde zijn niet verschenen. De gemachtigde van de Raad voor Rechtsbijstand, K.A. Hofstra, was wel aanwezig.
De rechtbank heeft in haar beoordeling vastgesteld dat volgens artikel 12, tweede lid, aanhef en onder g, van de Wet op de rechtsbijstand (WRB) geen rechtsbijstand wordt verleend indien de belangen van de aanvrager redelijkerwijs zelf kunnen worden behartigd. De rechtbank oordeelde dat de aanvraag uitsluitend betrekking had op rechtsbijstand tijdens het getuigenverhoor en dat de rechter-commissaris voldoende waarborgen biedt voor een eerlijk verhoor. De rechtbank concludeerde dat eiseres haar belangen tijdens het verhoor zelf kon behartigen, eventueel met de bijstand van een vertrouwenspersoon. De rechtbank oordeelde dat het bestreden besluit voldoende gemotiveerd was en verklaarde het beroep ongegrond.
De uitspraak werd gedaan door mr. C.H. de Groot, met mr. F.F. van Emst als griffier. Tegen deze uitspraak staat hoger beroep open voor partijen en andere belanghebbenden, met inachtneming van de relevante artikelen van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). De beslissing werd openbaar uitgesproken op 4 juni 2009.