ECLI:NL:RBLEE:2008:BJ3124

Rechtbank Leeuwarden

Datum uitspraak
2 september 2008
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
188415 \ CV EXPL 06-798
Instantie
Rechtbank Leeuwarden
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Aansprakelijkheid van Aegon voor misleiding door tussenpersoon in aandelenleaseovereenkomst

In deze zaak, die voor de Rechtbank Leeuwarden werd behandeld, stond de aansprakelijkheid van Aegon Financiële Diensten B.V. centraal in het kader van een aandelenleaseovereenkomst. De eiser, vertegenwoordigd door mr. G. van Dijk, had een vordering ingesteld tegen Aegon, die werd bijgestaan door mr. D.M.A. Gerdes en mr. M.J. van Cleef-Metsaars. De kern van de zaak betrof de vraag of de overeenkomst tot stand was gekomen onder invloed van misleiding door een tussenpersoon. De kantonrechter oordeelde dat de misleiding voornamelijk uit de koker van de tussenpersoon kwam, maar dat Aegon niet ontslagen kon worden van haar verantwoordelijkheid voor de gevolgen van de overeenkomst. De rechter stelde vast dat Aegon gehouden was tot het sluiten van een passende overeenkomst en dat zij aansprakelijk was voor de schade die voortvloeide uit de misleiding. De kantonrechter oordeelde dat de Koopsom Vliegwielovereenkomsten rechtsgeldig waren vernietigd en dat Aegon de eiser het betaalde bedrag, vermeerderd met wettelijke rente, diende terug te betalen. De proceskosten werden op een bedrag van € 500,-- voor salaris en € 108,30 voor verschotten begroot, waarbij Aegon als in het ongelijk gestelde partij werd veroordeeld tot betaling van deze kosten. De uitspraak werd gedaan op 2 september 2008.

Uitspraak

RECHTBANK LEEUWARDEN
Sector kanton
Locatie Leeuwarden
zaak-/rolnummer: 188415 \ CV EXPL 06-798
vonnis van de kantonrechter d.d. 2 september 2008
inzake
[eiser],
hierna te noemen: [eiser],
wonende te [woonplaats],
eiser,
gemachtigde: mr. G. van Dijk,
tegen
De besloten vennootschap Aegon Financiële Diensten B.V.,
hierna te noemen: Aegon,
gevestigd te Leeuwarden,
gedaagde,
gemachtigden: mr. D.M.A. Gerdes en mr. M.J. van Cleef-Metsaars.
Procesverloop
1. Naar aanleiding van het tussenvonnis van 13 mei 2008 hebben partijen elk, onderoverlegging van producties, een akte genomen, waarna vonnis is bepaald.
Motivering
2. De kantonrechter verwijst naar en neemt over hetgeen is overwogen in voornoemd tussenvonnis. Thans is aan de orde de vraag of geoordeeld kan worden dat de tussen [eiser] en Aegon gesloten Koopsom Vliegwielovereenkomsten tot stand zijn gekomen onder invloed van misleiding.
3. In het financieel plan staat onder meer, zonder enig voorbehoud, dat een storting nu van fl. 50.000,-- in een "Aegon Vliegwielkapitaal" over 5 jaren een bedrag van fl. 102.345,-- oplevert. Verder is er sprake van een rekenvoorbeeld, dat evenmin enige nuancering kent. De daarin vermelde "break-even koersstijgingen" acht de kantonrechter eveneens misleidend, al was het al omdat daarbij kennelijk geen rekening is gehouden met de betaalde inleg en omdat deze staan vermeld vlak onder de opmerking dat de opbrengst op iedere geïnvesteerde gulden 205% bedraagt…. Voor zover in dit "plan" al enige relativering of waarschuwing mocht zijn opgenomen geldt dat deze volledig in het niet valt bij de ronkende winstvoorspellingen.
4. Uit de overgelegde stukken blijkt dat [eiser] tot de aanschaf van de Vliegwielovereenkomsten is overgegaan op basis van dit financieel plan. Dat dat plan niet geheel ten uitvoer is gebracht doet hier niet aan af, duidelijk is dat hij door middel van een vernieuwde hypotheek geld heeft gegenereerd en dat onder andere in de Vliegwielovereenkomsten heeft gestoken. Aldus is er sprake van een causaal verband tussen de misleiding en het aangaan van de overeenkomst. Daarbij is op geen enkele wijze aannemelijk geworden dat [eiser] de overeenkomsten met Aegon ook zou hebben gesloten indien het financieel plan wel een realistisch beeld had gegeven.
5. Met Aegon is de kantonrechter van oordeel dat de misleiding vooral uit de koker van de tussenpersoon komt. Dat ontslaat Aegon echter niet van haar verantwoordelijkheid ten aanzien van het sluiten van deze overeenkomsten, noch van het voldoen aan de verplichtingen die voortvloeien uit een vernietiging van de overeenkomsten wegens misleiding of dwaling. Zoals in het tussenvonnis reeds is overwogen is Aegon uit zichzelf reeds gehouden tot het sluiten van een passende overeenkomst; indien zij daarbij gebruik maakt van tussenpersonen die zich niet aan de eisen houden die voor Aegon wel gelden dient dit voor haar risico te komen.
Wel brengt dit mee dat Aegon niet aansprakelijk gehouden kan worden voor de schade die voortvloeit uit het (realiseren van het) financieel plan. Daarmee heeft zij immers geen bemoeienis gehad; van causaal verband tussen enig handelen van Aegon (of een in verband met het sluiten van de Vliegwielovereenkomsten voor haar risico optredende tussenpersoon) en het realiseren van het plan is niet gebleken.
6. Nu vast staat dat de Koopsom Vliegwielovereenkomsten tot stand zijn gekomen onder invloed van een onjuiste voorstelling van zaken, zijn de overeenkomsten rechtsgeldig vernietigd bij brief van 19 mei 2005. Aegon dient [eiser] terug te betalen al hetgeen hij uit hoofde van deze overeenkomsten aan haar heeft betaald, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 2 juni 2005. Hierop strekt in mindering het betaalde dividend ad € 4.753,3.
7. De vordering inzake de doorhaling bij het BKR wordt kennelijk niet gehandhaafd en zal worden afgewezen. In het op [eiser] toegespitste gedeelte van de dagvaarding worden geen buitengerechtelijke kosten gevorderd; dat deze zijn gemaakt is ook niet gebleken.
8. Aegon dient als de in het ongelijk gestelde partij de proceskosten aan de zijde van [eiser] te dragen. Anders dan de raadsman van [eiser] meent is er geen ruimte hier méér toe te kennen dan het gebruikelijke tarief. Gelet op de sjabloonachtige wijze van procederen en het nauwelijks onderbouwen van de op de concrete situatie van [eiser] betrekking hebbende stellingen door zijn raadsman, zullen de aan zijn zijde gevallen kosten worden beperkt tot € 400,--. Aangenomen wordt hierbij dat [eiser] niet méér dan 1/16e deel van de deurwaarderskosten heef hoeven dragen.
Daarnaast dient Aegon de in het vrijwaringsincident aan de zijde van [eiser] gemaakte kosten te dragen, welke worden begroot op € 100,--.
Beslissing
De kantonrechter:
1. verklaart voor recht dat [eiser] recht heeft op terugbetaling van al hetgeen door hem in het kader van de ten processe bedoelde Koopsom Vliegwielovereenkomsten aan Aegon is betaald, te verminderen met het ontvangen dividend en te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 2 juni 2005;
2. veroordeelt Aegon tot terugbetaling van het hierboven onder 1. bedoelde bedrag;
3. veroordeelt Aegon in de kosten van deze procedure, tot op heden aan de zijde van [eiser] begroot op € 500,-- wegens salaris en op € 108,30 wegens verschotten;
4. wijst af het meer of anders gevorderde.
Aldus gewezen door mr. J.E. Biesma, kantonrechter, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 2 september 2008 in tegenwoordigheid van de griffier.
c 185