ECLI:NL:RBLEE:2008:BC6058
Rechtbank Leeuwarden
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Aansprakelijkheid advocaat voor verjaring van vordering
In deze zaak heeft eiseres, na een ongeval in 1982, haar advocaat, mr. [x], aangesproken op schadevergoeding wegens het verstrijken van de verjaringstermijn van haar vordering tegen Meubelfabriek Oisterwijk. De advocaat had in 1992 de verjaring van de vordering gestuit, maar heeft daarna geen verdere stuitingshandelingen verricht. In 1998 heeft eiseres aanspraak gemaakt op een schadevergoeding van fl. 50.000, maar de verzekeraar van de tegenpartij, Delta Lloyd, heeft zich beroepen op verjaring. De rechtbank oordeelt dat de enkele omstandigheid dat eiseres in onderhandeling was met de verzekeraar van mr. [x] niet voldoende is om de verjaring te stuiten. De rechtbank verwijst naar eerdere uitspraken van de Hoge Raad die bevestigen dat voor stuiting van de verjaring een schriftelijke aanmaning of verklaring vereist is waarin de schuldenaar zijn recht op nakoming voorbehoudt. Aangezien eiseres niet voldoende bewijs heeft geleverd voor haar vordering, wordt deze afgewezen. Eiseres wordt als de in het ongelijk gestelde partij veroordeeld in de proceskosten van mr. [x]. De rechtbank wijst de vorderingen van eiseres af en verklaart het vonnis uitvoerbaar bij voorraad.