ECLI:NL:RBLEE:2007:BA8410
Rechtbank Leeuwarden
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Vordering werknemer inzake niet opgenomen vakantiedagen en onregelmatige opzegging arbeidsovereenkomst
In deze zaak vorderde de werknemer, hierna te noemen [geopposeerde], betaling van een gefixeerde schadevergoeding en uitbetaling van niet opgenomen vakantiedagen na een onregelmatige opzegging van de arbeidsovereenkomst door de werkgever, hierna te noemen [opposant]. De werknemer was in dienst getreden op 1 januari 2003 en had in totaal 84 vakantiedagen opgebouwd, waarvan zij er 30 had opgenomen. De werkgever had de arbeidsovereenkomst op onregelmatige wijze opgezegd zonder inachtneming van de geldende opzegtermijn van één maand. De werknemer vorderde een schadevergoeding van € 1.371,60 en betaling van € 2.580,16 voor de resterende vakantiedagen. De werkgever erkende de onregelmatige opzegging, maar betwistte de vordering met betrekking tot de vakantiedagen, stellende dat de werknemer deze had opgenomen.
De kantonrechter oordeelde dat de werkgever zijn betwisting van het door de werknemer gestelde tegoed aan vakantiedagen onvoldoende had onderbouwd. De werkgever had geen administratieve gegevens overgelegd die de opname van vakantiedagen konden aantonen. De kantonrechter concludeerde dat de werknemer recht had op de gevorderde bedragen, omdat de werkgever niet had aangetoond dat er geen openstaande vakantiedagen meer waren. De kantonrechter vernietigde het eerdere vonnis voor wat betreft de proceskostenveroordeling en veroordeelde de werkgever in de kosten van het geding en de verzetprocedure. De uitspraak werd gedaan op 28 juni 2007 door de kantonrechter J.C.G. Leijten.