ECLI:NL:RBLEE:2006:AZ5074
Rechtbank Leeuwarden
- Voorlopige voorziening+bodemzaak
- C.H. de Groot
- M.A. Jansen
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen vrijstellingsbesluit voor bedrijventerrein Newtonpark IV te Leeuwarden
In deze zaak heeft de Rechtbank Leeuwarden op 21 december 2006 uitspraak gedaan in een beroep tegen een vrijstellingsbesluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Leeuwarden. De Vereniging Milieudefensie had een verzoek ingediend om een voorlopige voorziening in te stellen tegen het besluit van 10 mei 2006, waarin het bezwaarschrift tegen de verleende vrijstelling voor de aanleg van het bedrijventerrein Newtonpark IV ongegrond werd verklaard. De rechtbank heeft het verzoek behandeld en de gemachtigde van verzoekster, J. van der Meer, was aanwezig, terwijl de verweerder werd vertegenwoordigd door mr. drs. J. van der Noord, mr. H. Besselse en ir. J. de Boer.
De voorzieningenrechter heeft in zijn uitspraak het beroep gegrond verklaard en het bestreden besluit vernietigd. Tevens werd het bezwaarschrift alsnog niet-ontvankelijk verklaard. De voorzieningenrechter oordeelde dat er geen aanleiding was voor het treffen van een voorlopige voorziening, omdat de activiteiten die door de gemeente werden uitgevoerd, niet in strijd waren met het bestemmingsplan. De voorzieningenrechter concludeerde dat de vrijstelling geen rechtsgevolgen had, omdat de gemeente niet bevoegd was om het bestreden besluit te nemen, aangezien het voorbereidingsbesluit was vervallen.
De rechtbank heeft geen proceskostenveroordeling uitgesproken en tegen de uitspraak in het verzoek om een voorlopige voorziening kan geen rechtsmiddel worden aangewend. Voor de uitspraak in de hoofdzaak staat echter hoger beroep open voor partijen en andere belanghebbenden, mits binnen zes weken na verzending van het proces-verbaal een beroepschrift wordt ingediend.