ECLI:NL:RBLEE:2006:AY9166

Rechtbank Leeuwarden

Datum uitspraak
22 september 2006
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
06/2165
Instantie
Rechtbank Leeuwarden
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Omgevingsrecht
Procedures
  • Voorlopige voorziening
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Voorlopige voorziening inzake bouwvergunning voor appartementen op Ridderweg 16 te Hollum

In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Leeuwarden op 22 september 2006 uitspraak gedaan in een verzoek om voorlopige voorziening. De zaak betreft een bouwvergunning die door het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Ameland was verleend voor het bouwen van zes appartementen op het adres Ridderweg 16 te Hollum. De vergunninghouder was reeds gestart met de werkzaamheden, wat aanleiding gaf tot het indienen van een verzoek om een voorlopige voorziening door de verzoeker, die bezwaar had gemaakt tegen de verleende bouwvergunning.

De verzoeker heeft op 21 september 2006 de voorzieningenrechter benaderd met het verzoek om een voorlopige voorziening te treffen, omdat hij van mening was dat de werkzaamheden niet konden doorgaan totdat er een uitspraak was gedaan op zijn bezwaarschrift. De griffier van de rechtbank heeft onderzocht of de vergunninghouder bereid was om de beslissing van de voorzieningenrechter af te wachten, maar dit bleek niet het geval te zijn. Tevens werd onderzocht of partijen op de zitting van 22 september 2006 konden verschijnen, maar dit was niet mogelijk vanwege het ontbreken van vervoersbewijzen voor de veerboot.

Gelet op de omstandigheden heeft de voorzieningenrechter besloten om een voorlopige voorziening te treffen. De beslissing houdt in dat het bestreden besluit van 10 juli 2006, waarbij de bouwvergunning was verleend, wordt geschorst totdat de voorzieningenrechter uitspraak heeft gedaan op het verzoek om voorlopige voorziening. Deze uitspraak is gedaan door mr. U. van Houten, voorzieningenrechter, en is openbaar uitgesproken in aanwezigheid van mr. M.A. Jansen als griffier. Tegen deze uitspraak kan geen rechtsmiddel worden aangewend.

Uitspraak

RECHTBANK LEEUWARDEN
Sector bestuursrecht
Uitspraak ex artikel 8:84 van de Algemene wet bestuursrecht
Reg.nr.: 06/2165
Inzake het geding tussen
[verzoeker], wonende te Hollum-Ameland, verzoeker,
gemachtigden: ing. A.M. Bruin en mr. L.T. Florijn,
en
het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Ameland, verweerder.
Motivering
Bij brief van 12 juli 2006 heeft verweerder aan de Exploitatiemaatschappij Ameland BV mededeling gedaan van zijn besluit tot het verlenen van een bouwvergunning voor het bouwen van zes appartementen op het adres Ridderweg 16 te Hollum.
Verzoeker heeft tegen dit besluit bij verweerder een bezwaarschrift ingediend. Op 21 september 2006 heeft hij zich tevens tot de voorzieningenrechter gewend met het verzoek om ten aanzien van het bestreden besluit een voorlopige voorziening te treffen.
De vergunninghouder is gestart met de werkzaamheden. Naar aanleiding van het verzoek om voorlopige voorziening heeft de griffier van de rechtbank onderzocht of de vergunninghouder bereid is om de beslissing van de voorzieningenrechter af te wachten, hetgeen niet het geval blijkt te zijn. Voorts is onderzocht of partijen op 22 september 2006 ter zitting konden verschijnen voor de inhoudelijke behandeling van het verzoek. Namens verweerder is gesteld dat dit niet mogelijk is, omdat er geen vervoersbewijzen voor de veerboot meer verkrijgbaar zijn.
Onder de hiervoor geschetste omstandigheden komt het de voorzieningenrechter aangewezen voor om een voorlopige voorziening te treffen, die inhoudt dat het bestreden besluit wordt geschorst totdat hij uitspraak heeft gedaan inzake het verzoek om voorlopige voorziening.
Beslissing
De voorzieningenrechter:
- treft de voorlopige voorziening dat het bestreden besluit van 10 juli 2006 wordt geschorst tot het tijdstip, waarop de voorzieningenrechter uitspraak heeft gedaan op het verzoek om voorlopige voorziening van 21 september 2006.
Aldus gegeven door mr. U. van Houten, voorzieningenrechter, en in het openbaar uitgesproken op 22 september 2006, in tegenwoordigheid van mr. M.A. Jansen als griffier.
w.g. M.A. Jansen
w.g. U. van Houten
Tegen deze uitspraak kan geen rechtsmiddel worden aangewend.
Verzonden per fax op 22 september 2006.