ECLI:NL:RBLEE:2006:AV4180
Rechtbank Leeuwarden
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- G.H. Varekamp-Vos
- Rechtspraak.nl
Einde van rechtswege van een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd en de verplichting tot het aanbieden van een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd
In deze zaak, uitgesproken door de kantonrechter G.H. Varekamp-Vos op 28 februari 2006, stond de vraag centraal of de werkgever, Bouwradius, verplicht was om de arbeidsovereenkomst van de eiseres, een Belgische opleidingsadviseur, om te zetten naar een onbepaalde tijd contract na afloop van de arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd. De eiseres had in haar vordering gesteld dat zij op basis van gewekte verwachtingen recht had op een vast dienstverband. De arbeidsovereenkomst was aangegaan voor de duur van één jaar, met de mogelijkheid van omzetting naar een onbepaalde tijd contract bij goed functioneren.
De kantonrechter oordeelde dat er geen verplichting bestond voor de werkgever om de arbeidsovereenkomst om te zetten. De rechter stelde vast dat de beëindiging van de arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd van rechtswege plaatsvond, zonder dat opzegging vereist was. De rechter wees erop dat er geen zodanige omstandigheden waren die Bouwradius in redelijkheid zouden hebben verboden om de arbeidsovereenkomst te beëindigen. De kantonrechter concludeerde dat de mededelingen van de leidinggevende van de eiseres niet als harde toezeggingen konden worden beschouwd en dat de signalen vanuit de klantenkring van Bouwradius wezen op een mismatch tussen de eiseres en de organisatie.
De vordering van de eiseres werd afgewezen, en zij werd veroordeeld in de kosten van de procedure. De uitspraak benadrukt het belang van duidelijke afspraken en verwachtingen in arbeidsovereenkomsten, vooral bij contracten voor bepaalde tijd.