ECLI:NL:RBLEE:2005:BC7059
Rechtbank Leeuwarden
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- H.H.A. Fransen
- J.W. Keuning
- P. van der Wal
- Rechtspraak.nl
Waarde bedrijfspand in het kader van staking van de onderneming niet te hoog vastgesteld door verweerder
In deze zaak heeft de Rechtbank Leeuwarden op 30 november 2005 uitspraak gedaan in een geschil tussen eiser en verweerder over de waarde in het economische verkeer van een bedrijfspand per 1 februari 2001. Eiser, die samen met zijn echtgenote een bouwmarkt dreef, had een aanslag inkomstenbelasting ontvangen die was gebaseerd op een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 267.945 en een belastbaar inkomen uit sparen en beleggen van € 9.860. Na bezwaar tegen deze aanslag, die door verweerder was gehandhaafd, heeft eiser beroep ingesteld. De rechtbank heeft de zaak behandeld op 10 oktober 2005.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de waarde van het bedrijfspand, dat door eiser en zijn echtgenote was aangekocht voor € 771.426, door verweerder te hoog was vastgesteld op € 1.225.000. De rechtbank oordeelde dat de taxatie door de Register Taxateur P.M. Van Ommen, die de waarde had bepaald op basis van de huurprijs van € 270.000 per jaar, terecht was. Eiser had betoogd dat de huurprijs na de eerste huurperiode van tien jaar verlaagd zou moeten worden, maar de rechtbank volgde dit niet. De rechtbank concludeerde dat de door verweerder vastgestelde waarde in het economische verkeer niet te hoog was en dat de argumenten van eiser niet voldoende waren om de taxatie van Van Ommen te ontkrachten.
De rechtbank verklaarde het beroep van eiser ongegrond en bevestigde de aanslag zoals die door verweerder was opgelegd. Eiser had geen overtuigende argumenten aangedragen die de door verweerder vastgestelde waarde konden weerleggen. De rechtbank benadrukte dat de waarde in het economische verkeer de prijs is die bij aanbieding van het goed ten verkoop op de meest geschikte wijze zou zijn besteed. De uitspraak is openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier.