ECLI:NL:RBLEE:2004:AS3713
Rechtbank Leeuwarden
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Bevoegdheid van de rechtbank in geschil over huurkoopovereenkomst WinstVerDriedubbelaar
In deze zaak, die op 1 december 2004 door de Rechtbank Leeuwarden is behandeld, staat de bevoegdheid van de civiele sector van de rechtbank ter discussie in een geschil dat mogelijk betrekking heeft op een huurkoopovereenkomst, bekend als de WinstVerDriedubbelaar. De eiser, Dexia Bank Nederland N.V., heeft een vordering ingesteld tegen de gedaagde, die in reconventie ook een vordering heeft ingediend. De rechtbank heeft beide partijen de gelegenheid gegeven om zich uit te laten over de bevoegdheid van de rechtbank, aangezien uit landelijke jurisprudentie blijkt dat geschillen voortvloeiend uit dergelijke overeenkomsten tot de absolute bevoegdheid van de kantonrechter behoren.
De procedure is gestart met een dagvaarding op 4 augustus 2003, en er zijn verschillende processtukken gewisseld tussen de partijen. Dexia vordert een bedrag van 11.376,65 euro van de gedaagde, vermeerderd met rente, terwijl de gedaagde in reconventie een bedrag van 5.700,60 euro van Dexia vordert. Beide partijen hebben verweer gevoerd tegen elkaars vorderingen.
De rechtbank heeft besloten om de zaak aan te houden en te verwijzen naar de rolzitting van 29 december 2004, zodat partijen zich kunnen uitlaten over de bevoegdheid van de rechtbank of die van de kantonrechter. Dit vonnis is uitgesproken door mr. J.E. Biesma en is openbaar gemaakt op dezelfde datum.