1.1. De vordering van [H.] strekt er -na wijziging van eis- toe dat de rechtbank, bij vonnis uitvoerbaar bij voorraad:
a. in rechte zal vaststellen dat [H.] de enige erfgenaam is van wijlen P.J. [P.], overleden op 19 augustus 1992 in de gemeente Rozendaal;
b. gedaagden zal veroordelen om [H.] te informeren over de omvang van de nalatenschap van wijlen [P.] en om aan [H.] rekening en verantwoording af te leggen over het beheer daarvan;
c. [K.] c.s. zal veroordelen tot afgifte van de nalatenschap van wijlen P.J. [P.] aan [H.], uitgaande van de omvang daarvan ten tijde van diens overlijden (19 augustus 1992), althans ten tijde van de dagvaarding in de vorige procedure (5 november 1992), althans ten tijde van de inwerkingtreding van wetsvoorstel 24.649 (1 april 1998), althans ten tijde van de indiening van het verzoek tot gerechtelijke vaststelling van het vaderschap (10 juli 2002), inclusief beleggingsrendementen, vermogensinkomsten, vermogensopbrengsten, rente en waardefluctuaties;
d. in rechte zal vaststellen dat S.G. [K.] en/of diens erfgenamen ([K.] c.s.) geen derde(n) te goeder trouw is/zijn met betrekking tot de nalatenschap van wijlen [P.] in de zin van artikel 1:207 lid 5 Burgerlijk Wetboek;
e. (subsidiair) in rechte vast zal stellen dat [K.] c.s. niet behoeven terug te geven hetgeen zij consumptief verbruikt of verteerd hebben vanaf 19 augustus 1992, althans 5 november 1992, althans 20 maart 1996, althans 1 april 1998, althans 10 juli 2002;
f. in rechte zal vaststellen dat, indien activa van de nalatenschap van wijlen [P.] door wijlen [K.], respectievelijk gedaagden vervreemd zijn, de tegenprestaties voor de vervreemde goederen tot de nalatenschap van wijlen [P.] behoren;
g. [K.] c.s. zal veroordelen tot betaling van een dwangsom van 2.000,00 euro per dag voor elke dag dat zij na betekening van dit vonnis nalaten daaraan te voldoen;
h. voor zover nodig met vernietiging van de rechtshandelingen van 4 en 5 oktober 1983 (overeenkomst tussen [P.] en [B.] en oprichting Dynamo) en/of 19 juni 1984 (verkoop door [P.] van zijn onroerende zaken aan Dynamo);
i. [B.] en Dynamo zal veroordelen om mee te werken aan de afgifte van het vermogen van Dynamo aan [H.] en overigens de in deze zaak uit te spreken veroordelingen te gehengen en te gedogen, met bepaling dat [B.] en Dynamo een dwangsom verschuldigd zijn van
2.000,00 euro per dag voor elke dag dat zij na betekening van dit vonnis nalaten daaraan te voldoen;
j. gedaagden zal veroordelen tot medewerking aan alle (rechts)handelingen die de bewindvoerder (indien de nalatenschap van wijlen [P.] onder bewind wordt gesteld) nodig acht voor de overdracht van de goederen van de nalatenschap aan [H.], als bedoeld in artikel 1:446 lid 2 Burgerlijk Wetboek (i.o. artikel 710 lid 5 Wetboek van Rechtsvordering), zulks op straffe van verbeurte van een dwangsom van 2.000,00 euro per dag voor iedere dag dat zij, één week na daartoe bij aangetekende brief te zijn opgeroepen door de bewindvoerder, nalaten de door de bewindvoerder noodzakelijke (notariële) akte(n) te ondertekenen, alsmede zal bepalen dat dit vonnis -bij gebreke van voldoening aan de uit te spreken veroordeling binnen twee weken na de hiervoor bedoelde oproep van de bewindvoerder- in de plaats treedt van de voor het ondertekening der (notariële) akte(n) noodzakelijke wilsuiting van gedaagden, zulks op de voet van artikel 3:300 Burgerlijk Wetboek;
k. subsidiair -indien de voorzieningenrechter de nalatenschap van wijlen [P.] niet onder bewind stelt- in goede justitie een notaris zal benoemen die belast wordt met de afwikkeling van de nalatenschap van wijlen [P.], met inachtneming van dit vonnis en gedaagden zal veroordelen tot medewerking van alle (rechts)handelingen die deze notaris daarvoor nodig acht, zulks op straffe van verbeurte van een dwangsom van 2.000,00 euro per dag voor elke dag dat gedaagden, één week na daartoe per aangetekende brief te zijn opgeroepen door de notaris, weigeren de door de notaris opgestelde akte(n) te ondertekenen, alsmede zal bepalen dat dit vonnis -bij gebreke van voldoening aan de uit te spreken veroordeling binnen twee weken na daartoe door de notaris te zijn opgeroepen- in de plaats treedt van de voor het passeren der (notariële) akte(n) noodzakelijke wilsuiting van gedaagden;
l. de in deze zaak gelegde beslagen niet onrechtmatig zal verklaren;
m. gedaagden zal veroordelen in de kosten van het geding, met inbegrip van de kosten der conservatoire beslagen en vertaalkosten.
1.2. [K.] c.s. en G.J. [K.] hebben tegen de vordering verweer gevoerd en geconcludeerd de vordering van [H.] af te wijzen, althans [H.] niet-ontvankelijk te verklaren in zijn vordering, subsidiair -indien de rechtbank van oordeel is dat tot enige veroordeling zoals door [H.] gevorderd zou moeten worden gekomen- het door de rechtbank te wijzen vonnis niet uitvoerbaar bij voorraad te verklaren en nog geen beslissing te nemen over de uitvoering van het oordeel van de rechtbank, alles met veroordeling van [H.] in de kosten van het geding.
1.3. Dynamo en [B.] hebben tegen de vordering verweer gevoerd en geconcludeerd, voor zover het [B.] betreft, [H.] niet-ontvankelijk te verklaren in zijn vordering, althans hem deze te ontzeggen en voor zover het Dynamo betreft door hem deze te ontzeggen, dan wel door [H.] daarin niet-ontvankelijk te verklaren, alles met veroordeling van [H.] in de kosten van het geding.
1.4. In reconventie strekt de vordering van [K.] c.s. en G.J. [K.] ertoe, dat de rechtbank bij vonnis uitvoerbaar bij voorraad, de gelegde conservatoire beslagen ten laste van T.H.A. [K.]-[F.] en G.J. [K.] opheft (met bepaling dat het door de rechtbank te wijzen vonnis kan treden in de plaats van de akten tot waardeloosheidsverklaring van de gelegde beslagen), subsidiair [H.] zal veroordelen tot opheffing van die beslagen op straffe van verbeurte van een dwangsom van 1.000.000,00 euro(één miljoen euro) voor elk gelegd beslag dat [H.] na betekening van dit vonnis niet binnen drie maal 24 uur na betekening opheft.
1.5. In reconventie strekt de vordering van Dynamo ertoe, dat de rechtbank bij vonnis uitvoerbaar bij voorraad het ten laste van Dynamo gelegde conservatoire beslagen opheft (met bepaling dat het door de rechtbank te wijzen vonnis kan treden in de plaats van de akten tot waardeloosheidsverklaring van de gelegde beslagen), subsidiair, dat de rechtbank bij vonnis uitvoerbaar bij voorraad [H.] veroordeelt tot opheffing van dit beslag op straffe van verbeurte van een dwangsom van 2.000.000,00 euro (twee miljoen euro) indien het beslag door [H.] niet binnen drie maal 24 uur na betekening van dit vonnis is opgeheven.
1.6. [H.] heeft in reconventie verweer gevoerd tegen de vorderingen van [K.] c.s. en G.J. [K.] enerzijds en van Dynamo anderzijds en daarbij geconcludeerd [K.] c.s. en G.J. [K.] en Dynamo niet-ontvankelijk te verklaren in hun vorderingen, althans deze af te wijzen, met veroordeling van [K.] c.s. en G.J. [K.] en Dynamo in de kosten van het geding.