ECLI:NL:RBLEE:2004:AQ6771

Rechtbank Leeuwarden

Datum uitspraak
11 augustus 2004
Publicatiedatum
4 april 2013
Zaaknummer
65374 KG ZA 04-215
Instantie
Rechtbank Leeuwarden
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Kort geding
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vervallenverklaring erfpacht en toegang tot terreinen in kort geding

In deze zaak heeft de tennisvereniging Schatzenburg in kort geding gedagvaard, omdat zij van mening was dat de erfpacht niet terecht was vervallen verklaard. De tennisvereniging had in 1990 een erfpachtsovereenkomst gesloten met de gemeente Menaldumadeel voor een periode van vijftig jaar. In 2004 verklaarde Schatzenburg, de nieuwe eigenaar van het recreatiecomplex, de erfpacht vervallen, omdat de tennisvereniging niet aan haar onderhoudsverplichtingen had voldaan en de canon over de jaren 2001, 2002 en 2003 niet had betaald. De tennisvereniging betwistte dit en stelde dat zij de achterstallige canon had betaald, waardoor de oorzaak van de vervallenverklaring was weggenomen. De rechter oordeelde dat de tennisvereniging inderdaad in verzuim was met de betaling van de canon, maar dat er onvoldoende grond was voor de vervallenverklaring op basis van de onderhoudsverplichtingen. De rechter oordeelde dat de tennisvereniging niet ernstig tekort was geschoten in haar onderhoudsverplichtingen, en dat de erfpacht dus bleef bestaan. De rechter heeft Schatzenburg veroordeeld om de leden van de tennisvereniging toegang te verlenen tot de terreinen, met een dwangsom van 500 euro per dag bij niet-nakoming. De proceskosten werden gecompenseerd, zodat iedere partij de eigen kosten droeg.

Uitspraak

Rechtbank Leeuwarden
Sector civiel recht
afdeling handelsrecht
Korte Gedingen
Uitspraak: 11 augustus 2004
Kort-geding-nummer: 65374 / KG ZA 04-0215
VONNIS
van de voorzieningenrechter van de rechtbank te Leeuwarden, in het kort geding van:
de vereniging
TENNISVERENIGING SCHATZENBURG,
zetelend te Menaldum,
eiseres in conventie,
verweerster in reconventie en voorwaardelijke reconventie,
hierna te noemen: de tennisvereniging,
procureur: mr. W.J.T. Bustin,
tegen
de besloten vennootschap
SCHATZENBURG B.V.,
gevestigd te 's-Gravenhage,
gedaagde in conventie,
eiseres in reconventie en voorwaardelijke reconventie,
hierna te noemen: Schatzenburg,
procureur: mr. V.M.J. Both,
advocaat: mr. M.M. Kroone te Alkmaar.
PROCESGANG
in conventie
De tennisvereniging heeft Schatzenburg in kort geding doen dagvaarden tegen de openbare zitting van 6 augustus 2004. Ter zitting heeft de tennisvereniging haar - ten opzichte van de aankondiging in de dagvaarding gewijzigde - eis aldus geformuleerd dat de rechter bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad:
I. primair:
Schatzenburg beveelt om binnen 24 uren na betekening van het in dezen te wijzen vonnis aan de tennisvereniging schriftelijk aan te geven dat de oorzaak der vervallenverklaring naar haar oordeel is weggenomen, zodat de vervallenverklaring niet in werking zal treden en mitsdien het erfpachtrecht ongewijzigd zal blijven voortbestaan, tenzij de bodemrechter te zijner tijd anders zal beslissen, zulks op straffe van verbeurte van een dwangsom van 500,-- euro per dag of deel daarvan dat Schatzenburg daarmee in gebreke zal zijn;
II. subsidiair:
Schatzenburg beveelt de leden van de tennisvereniging toe te laten op de aan haar in erfpacht uitgegeven terreinen met bepaling dat deze leden op dezelfde wijze als voorheen gebruik kunnen blijven maken van de terreinen totdat de bodemrechter zich heeft uitgesproken over de rechtmatigheid van de vervallenverklaring, zulks op straffe van verbeurte van een dwangsom van 500,-- euro per dag of deel daarvan dat Schatzenburg daarmee in gebreke zal zijn;
III. meer subsidiair:
een zodanig voorziening treft dat de leden van de tennisvereniging ook na 15 augustus 2004 op dezelfde wijze als voorheen gebruik kunnen maken van de aan haar in erfpacht uitgegeven terreinen totdat de bodemrechter zich heeft uitsproken over de rechtmatigheid van de vervallenverklaring, zulks op straffe van verbeurte van een dwangsom van 500,-- euro per dag of een gedeelte daarvan dat Schatzenburg daarmee in gebreke zal zijn;
IV. zowel primair, subsidiair en meer subsidiair:
Schatzenburg veroordeelt in de kosten van dit geding.
Vervolgens hebben partijen hun standpunten nader doen toelichten door hun advocaten, die beiden mede aan de hand van pleitnotities het woord hebben gevoerd, en waarbij Schatzenburg in conventie heeft geconcludeerd tot afwijzing van de vorderingen van de tennisvereniging.
in reconventie
In reconventie heeft Schatzenburg gevorderd dat de rechter bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad:
I. de tennisvereniging verbiedt de terreinen aan de Rypersterdyk te Menaldum, zoals beschreven en vastgelegd bij notariële erfpachtsakte van 12 april 1990, vanaf 15 augustus 2004 te betreden en/of daarvan gebruik te maken, zulks op straffe van verbeurte van een dwangsom van 10.000,-- euro per overtreding of dag dat de overtreding voortduurt;
II. de tennisvereniging veroordeelt om na 15 augustus 2004 en binnen 2 dagen na betekening van het in dezen te wijzen vonnis de opstallen en de gronden op de terreinen aan de Rypersterdyk te Menaldum, zoals beschreven en vastgelegd bij de onder sub I gevorderde genoemde notariële erfpachtsakte, te hebben ontruimd en aan Schatzenburg ter vrije beschikking te hebben gesteld, zulks op straffe van verbeurte van een dwangsom van 10.000,--euro per overtreding of dag dat de overtreding voortduurt;
III. de tennisvereniging veroordeelt om aan Schatzenburg te betalen de verschuldigde boete van 11.344.51 euro;
IV. de tennisvereniging veroordeelt om aan Schatzenburg te betalen de verschuldigde canon en de explootkosten van 55,69 euro;
V. de tennisvereniging veroordeelt om aan Schatzenburg te betalen eenderde van de kosten van de bouwtechnische rapporten van 1.728,95 euro;
VI. de tennisvereniging veroordeelt in de kosten van dit geding.
in voorwaardelijke reconventie
In voorwaardelijke reconventie heeft Schatzenburg, voor het geval de vorderingen in conventie mochten worden toegewezen, gevorderd dat de rechter bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad:
I. de tennisvereniging veroordeelt om Schatzenburg of een door Schatzenburg aangewezen deskundige of gemachtigde onverminderd toegang te verschaffen tot elk gedeelte binnen en buiten van de opstallen en gebouwen en van het terrein, welke staan op de erfpachtsrechten van de tennisvereniging aan de Rypersterdyk te Menaldum, zulks op straffe van verbeurte van een dwangsom van 10.000,-- euro per overtreding of dag dat de overtreding voortduurt;
II. de tennisvereniging verbiedt om op de toegangswegen, parkeerterreinen en overigens alle overige terreinen van het recreatiepark Schatzenburg aan de Rypersterdyk te Menaldum voertuigen te hebben, te plaatsen en/of laten rijden, al dan niet van leden, bezoekers van wedstrijden, toernooien of andere evenementen die de tennisvereniging houdt of van derden die in opdracht van de tennisvereniging het recreatiepark betreden om al dan niet goederen af te leveren, welke voertuigen een gewicht (met lading) overschrijden van meer dan 2.000 kilogram, een en ander op straffe van verbeurte van een dwangsom van 10.000,-- euro per overtreding of dag dat de overtreding voortduurt.
De tennisvereniging heeft geconcludeerd tot afwijzing van de reconventionele en voorwaardelijke reconventionele vordering met veroordeling van Schatzenburg in de kosten van het geding, uitvoerbaar bij voorraad.
RECHTSOVERWEGINGEN
in conventie en in reconventie en in voorwaardelijke reconventie
Vaststaande feiten
In dit kort geding gelden onder meer de navolgende feiten als vaststaand.
1.1. Bij notariële akte van 12 april 1990 heeft de gemeente Menaldumadeel vier tennisbanen met hekwerk, een clubgebouw, een garage en beplantingen tegen een canon van fl. 1,-- per jaar voor een periode van vijftig jaren vanaf 1 januari 1990 aan de tennisvereniging in erfpacht gegeven.
1.2. In artikel 5 van de erfpachtsakte is (onder meer) bepaald dat de erfpachter de grond en de gebouwen in goede straat moet onderhouden en dat de erfpachter bij overtreding hiervan zonder enige ingebrekestelling een direct opeisbare, niet voor matiging vatbare boete verbeurt van fl. 25.000,--. Artikel 9 bevat -voorzover van belang- de volgende bepaling:
(...)
indien de erfpachter langer dan drie maanden in gebreke is gebleven om de canon te betalen, alsmede ingeval naar het oordeel van de grondeigenaar niet voldaan is of wordt aan enige verplichting, de erfpachter opgelegd bij of krachtens deze overeenkomst of de wet, zonder enige nadere ingebrekestelling of rechterlijke tussenkomst het erfpachtsrecht door de grondeigenaar worden vervallen verklaard
(...).
(...)
Indien vóór de door de grondeigenaar vastgestelde dag van eindiging van het erfpachtsrecht, de oorzaak der vervallenverklaring naar het oordeel van de grondeigenaar is weggenomen en vóór die dag bovendien aan de grondeigenaar vergoed zijn de kosten van de bovenbedoelde kennisgeving(en), zal de vervallenverklaring niet in werking treden en mitsdien het erfpachtsrecht ongewijzigd blijven voortbestaan.
(...).
1.3. Bij koopovereenkomst, getekend op 1 en 6 december 2001, heeft de gemeente Menaldumadeel het recreatie- en sportcomplex, waaronder de gronden waarop de tennisvereniging een erfpachtsrecht heeft, aan Schatzenburg B.V. verkocht.
1.4. Op 31 december 2003 heeft Schatzenburg B.V. het onder 1.3. bedoelde recreatie-en sportcomplex aan De Hoorn B.V. verkocht en is daarmee erfverpachter van de tennisvereniging geworden. De Hoorn B.V. heeft op dezelfde datum haar naam in Schatzenburg B.V. gewijzigd.
1.5. Bij brief van 12 mei 2004 heeft de advocaat van Schatzenburg op grond van artikel 9 van de erfpachtsakte de erfpacht vervallen verklaard tegen 15 augustus 2004, daartoe stellende dat de tennisvereniging niet aan haar verplichting om de grond en de gebouwen in goede staat te onderhouden en de canon over de afgelopen drie jaren te betalen heeft voldaan. Schatzenburg heeft daarbij tevens aanspraak gemaakt op vergoeding van de boete van 11.344,50 euro (fl. 25.000,--).
1.6. Op 13 mei 2004 heeft Schatzenburg bij deurwaardersexploot de tennisvereniging aangezegd dat het erfpachtsrecht op 15 augustus 2004 zal komen te vervallen.
1.7. In de maand juni 2004 heeft Bouwtechnisch Keuringsburo [D.], naar aanleiding van een opdracht van Schatzenburg, gerapporteerd dat de bouwaard van het pand in relatie tot het bouwjaar goed is. Volgens de deskundige dient onder meer de hemelwaterafvoer, het voegwerk, de betonschade en de dakbedekking van de betonnen garage gerepareerd dan wel vervangen te worden. Verder dienen de buitenwanden overgeschilderd te worden en dient de kanteldeur ontdaan te worden van roest en moet die worden overgeschilderd.
1.8. Op 4 augustus 2004 heeft Bouwkundig Bureau [J.], in opdracht van Schatzenburg, gerapporteerd dat de algemene indruk van de tennisbaan met opstallen redelijk tot matig is. De berging is aan de zijden die grenzen aan het recreatiepark onbehandeld en sterk vervuild. Daarnaast is het hekwerk hier en daar beschadigd en staat het niet meer strak. De hemelwaterafvoer dient volgens [J.] te worden hersteld, terwijl de controleputten van de drainage moeten worden voorzien van een passende deksel en de molgoot dient herbestraat te worden.
Het geschil en de beoordeling daarvan
2. De tennisvereniging heeft gesteld dat zij voor wat betreft betaling van de canon nimmer in gebreke is gesteld, zodat er geen sprake van verzuim is. Daarnaast rechtvaardigt volgens haar een achterstand van driemaal fl. 1,-- een opzegging niet, terwijl zij bovendien de oorzaak van de vervallenverklaring door betaling van de achterstallige canon heeft weggenomen. Met betrekking tot de onderhoudstoestand is de tennisvereniging van mening dat uit het rapport van [D.] blijkt dat de bouwaard van het pand in relatie tot het bouwjaar goed is, zodat er op de onderhoudstoestand van de opstallen niets is aan te merken.
3. Schatzenburg heeft primair aangevoerd dat de erfpacht vervallen is verklaard, aangezien de canon over de jaren 2001, 2002 en 2003 niet is betaald. De tennisvereniging is op grond van de erfpachtsakte verplicht de canon jaarlijks voor één januari te betalen, zodat een ingebrekestelling niet noodzakelijk is. Nu de canon niet is betaald, noch de betekeningskosten, is de vervallen verklaren rechtsgeldig. Volgens Schatzenburg blijkt uit de rapporten van Bouwtechnisch keuringsburo [D.] en van Bouwkundig Bureau [J.] dat het onderhoud van de opstallen redelijk tot matig is. De tennisvereniging is weliswaar van mening dat zij alle punten heeft hersteld, maar dit staat volgens de erfpachtsakte ter beoordeling van de erfpachter en deze is van mening dat de tennisvereniging niet alle gebreken heeft hersteld. Met dit oordeel maakt zij geen misbruik van haar bevoegdheid.
4. De rechter stelt voorop dat, zoals Schatzenburg heeft aangevoerd, de primaire vordering van de tennisvereniging neerkomt op een verklaring voor recht. Een verklaring die zodanig ver strekt als de onderhavige kan in dit kort geding niet worden gegeven, zodat de primaire vordering zal worden afgewezen.
5.1. Partijen twisten over het antwoord op de vraag of Schatzenburg de erfpachtovereenkomst terecht vervallen heeft verklaard. Nu de erfpachtsakte is aangevangen voor het tijdstip van het in werking treden van het Nieuw Burgerlijk Wetboek is naast artikel 766 jo. artikel 783 BW (oud) eveneens artikel 5:87 lid 2 BW van toepassing. Dit houdt in dat Schatzenburg als grondeigenaar de erfpacht kan opzeggen, indien de erfpachter in verzuim is met betaling van de canon over twee achtereenvolgende jaren of in ernstige mate tekortschiet in de nakoming van zijn andere verplichtingen. De rechter constateert dat de vervallenverklaring gebaseerd is op non-betaling van de canon over de jaren 2001, 2002 en 2003 en op het niet nakomen van de onderhoudsverplichting van de gronden en de opstallen.
5.2. Allereerst dient beoordeeld te worden of er sprake is van verzuim met betrekking tot de betaling van twee achtereenvolgende jaren van de canon. De tennisvereniging heeft niet betwist dat zij de achterstallige canon over de jaren 2001, 2002 en 2003 niet aan Schatzenburg heeft betaald, zodat de erfpachtsovereenkomst op 12 mei 2004 rechtsgeldig vervallen verklaard kon worden. Tijdens de terechtzitting heeft de tennisvereniging aangeboden de achterstallige canon, vermeerderd met de betekeningskosten van de vervallenverklaring, te betalen. Zij heeft vervolgens aan het einde van de zitting de achterstallige canon en de betekeningskosten aan Schatzenburg betaald, zodat de oorzaak van de vervallenverklaring is weggenomen.
5.3. Vervolgens dient beoordeeld te worden of de tennisvereniging in haar onderhoudsverplichting ernstig tekort is geschoten. De rechter constateert dat de deskundigen [D.] en [J.] beiden hebben gerapporteerd dat de algemene indruk van de staat van onderhoud van de opstallen van de tennisvereniging matig tot redelijk is. De rechter heeft de staat van onderhoud van de opstallen van de tennisvereniging ter plaatse bekeken en is eveneens van oordeel dat de staat van onderhoud redelijk is. Weliswaar is er op een aantal geïsoleerde plaatsen sprake van enig achterstallig onderhoud, maar het gehele complex overziend kan nauwelijks worden gesproken van een ernstige tekortkoming in de zin van artikel 5:87 BW, dat een dwingend rechterlijke karakter heeft. Dit brengt met zich dat er onvoldoende grond voor de vervallenverklaring was.
6. Het hiervoor overwogene brengt met zich dat de erfpachtsovereenkomst ook op of na 15 augustus 2004 zal blijven bestaan. Teneinde nakoming van de veroordeling onder 5. te kunnen afdwingen zal de rechter daaraan een dwangsom verbinden van 500,00 euro per dag of deel daarvan met een maximum van 20.000,-- euro aan te verbeuren dwangsommen. Het bedrag van zowel de dwangsom als het maximum staat in een redelijke verhouding tot de zwaarte van het geschonden belang en de beoogde werking van de dwangsomoplegging.
7. Toewijzing van de vordering in conventie brengt met zich dat de reconventionele vordering zal worden afgewezen. Daarbij komt dat met betrekking tot de boete en de kosten van de bouwtechnische rapporten geen spoedeisend belang gesteld of anderszins is gebleken, hetgeen toewijzing in kort geding eveneens in de weg staat.
8.1. De voorwaardelijke reconventionele vordering om Schatzenburg toegang te verschaffen, zal de rechter toewijzen, nu de omstandigheid dat de directeur van Schatzenburg, in de woorden van de tennisvereniging, "geen vriend van de tennisvereniging is" geen reden kan zijn, om Schatzenburg de toegang te ontzeggen. Schatzenburg of zijn gemachtigde heeft op grond van artikel 5 van de erfpachtsakte toegang tot de grond en de opstallen teneinde te kunnen controleren of de opstallen overeenkomstig de tekeningen zijn gewijzigd. De vordering zal daarom worden toegewezen. De rechter zal aan deze veroordeling een dwangsom van 500,00 euro per dag of deel verbinden met een maximum van 20.000,00 euro aan te verbeuren dwangsommen. Het bedrag van zowel de dwangsom als het maximum staat in een redelijke verhouding tot de zwaarte van het geschonden belang en de beoogde werking van de dwangsomoplegging.
8.2. De tweede voorwaardelijke reconventionele vordering heeft Schatzenburg gestoeld op de omstandigheid dat door het zware verkeer de toegangsweg tot het recreatiepark wordt beschadigd. De tennisvereniging heeft aangevoerd dat Schatzenburg op grond van de koopovereenkomst met de gemeente Menaldumadeel gehouden is om de toegangsweg en de parkeervoorzieningen openbaar, toegankelijk en op zijn kosten in stand te houden. Daarnaast is de tennisvereniging op grond van artikel 19 van de erfpachtsakte bevoegd is om van het parkeerterrein gebruik te maken. De rechter is van oordeel dat uit de erfpachtsovereenkomst voorvloeit dat de tennisvereniging in staat moet zijn om haar clubgebouw te kunnen bevoorraden, zodat dit verbod van Schatzenburg te ver gaat en daarom zal worden afgewezen.
9. Gezien het bovenstaande dient Schatzenburg als de in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten van de tennisvereniging te worden verwezen, zoals hieronder nader zal worden aangegeven. Nu voor de procedure in reconventie en voorwaardelijke reconventie geen bijzondere proceshandelingen zijn verricht, zal de rechtbank de proceskosten compenseren, in die zin dat iedere partij de eigen kosten draagt.
BESLISSING
De rechter, rechtdoende in kort geding:
in conventie:
beveelt Schatzenburg de leden van de tennisvereniging toe te laten op de aan haar in erfpacht uitgegeven terreinen met bepaling dat deze leden op dezelfde wijze als voorheen gebruik kunnen blijven maken van de terreinen totdat de bodemrechter zich heeft uitgesproken over de rechtmatigheid van de vervallenverklaring, zulks op straffe van verbeurte van een dwangsom van 500,-- euro per dag of deel daarvan dat Schatzenburg daarmee in gebreke zal zijn, met een maximum van 20.000,-- euro aan te verbeuren dwangsommen;
veroordeelt Schatzenburg in de kosten van het geding, tot aan deze uitspraak aan de zijde van de tennisvereniging begroot op 324,78 euro aan verschotten en 705,00 euro aan salaris procureur;
verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad;
wijst af het anders of meer gevorderde;
in reconventie:
wijst de vorderingen af;
compenseert de proceskosten, aldus dat iedere partij de eigen kosten draagt;
in voorwaardelijke reconventie:
veroordeelt de tennisvereniging om Schatzenburg of een door Schatzenburg aangewezen deskundige of gemachtigde onverminderd toegang te verschaffen tot elk gedeelte binnen en buiten van de opstallen en gebouwen en van het terrein, welk staan op de erfpachtsrechten van de tennisvereniging aan de Rypersterdyk te Menaldum, zulks op straffe van verbeurte van een dwangsom van 500,-- euro per dag of deel dat de overtreding voortduurt, met een maximum van 20.000,-- euro aan te verbeuren dwangsommen;
verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad;
compenseert de proceskosten, aldus dat iedere partij de eigen kosten draagt;
wijst af het anders of meer gevorderde.
Dit vonnis is gewezen door mr. U. van Houten, voorzieningenrechter, en in aanwezigheid van de griffier uitgesproken ter openbare terechtzitting van 11 augustus 2004.
fn 347