ECLI:NL:RBLEE:2004:AO3902

Rechtbank Leeuwarden

Datum uitspraak
17 februari 2004
Publicatiedatum
4 april 2013
Zaaknummer
17/080337-97
Instantie
Rechtbank Leeuwarden
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verlenging van terbeschikkingstelling en nader onderzoek naar geestelijke gesteldheid

Op 17 februari 2004 heeft de Rechtbank Leeuwarden uitspraak gedaan in een zaak betreffende de verlenging van de terbeschikkingstelling van een veroordeelde, die momenteel verblijft in FPK Oldenkotte te Rekken. De rechtbank heeft de behandeling van de vordering van de officier van justitie, die om verlenging van de terbeschikkingstelling met twee jaren vroeg, op 3 februari 2004 gehouden. Tijdens deze zitting zijn de veroordeelde, haar raadsvrouw mr. B. Böhler, de officier van justitie en verschillende getuige-deskundigen gehoord. De rechtbank heeft daarbij de relevante stukken, waaronder een rapport van het behandelteam, in overweging genomen.

De raadsvrouw van de veroordeelde heeft betoogd dat de verlenging van de terbeschikkingstelling niet gerechtvaardigd is, omdat de veroordeelde momenteel niet lijdt aan een ziekelijke stoornis van haar geestvermogens. De rechtbank heeft echter geoordeeld dat de wet niet vereist dat de verlenging uitsluitend gebaseerd is op de stoornis die ten grondslag lag aan de oorspronkelijke terbeschikkingstelling. Dit betekent dat ook andere relevante factoren in overweging kunnen worden genomen.

De rechtbank heeft besloten dat het noodzakelijk is om onafhankelijke gedragsdeskundigen in te schakelen om de geestelijke gesteldheid van de veroordeelde te onderzoeken. Deze deskundigen moeten zich baseren op de beschikbare dossierstukken en gesprekken met de veroordeelde om te beoordelen of er sprake is van een gebrekkige ontwikkeling of ziekelijke stoornis van de geestvermogens, en of er gevaar bestaat voor de veiligheid van anderen. De rechtbank heeft bepaald dat het onderzoek ter terechtzitting op 27 april 2004 zal worden hervat, zodat de benodigde rapportages kunnen worden opgesteld.

Uitspraak

Rechtbank Leeuwarden
Sector strafrecht
VORDERING VERLENGING TERBESCHIKKINGSTELLING
Uitspraak: 17 februari 2004
Parketnummer: 17/080337-97
BESLISSING van de rechtbank te Leeuwarden, meervoudige kamer voor de behandeling van strafzaken, op de vordering van de officier van justitie in het arrondissement Leeuwarden tegen:
[naam veroordeelde]
geboren op [geboortedatum] te [geboorteplaats],
thans verblijvende FPK Oldenkotte te Rekken.
PROCESGANG
De officier van justitie heeft schriftelijk gevorderd dat de rechtbank de termijn van terbeschik-kingstelling van de veroordeelde zal verlengen met twee jaren.
De behandeling heeft plaatsgevonden op 3 februari 2004, na aanhouding van het onderzoek op 6 januari 2004 en 27 november 2003. Ter terechtzitting van 3 februari 2004 zijn gehoord de veroor-deelde, haar raadsvrouw mr. B. Böhler, de officier van justitie en een viertal getuige-deskundigen.
De rechtbank heeft acht geslagen op de stukken, waaronder met name het rapport met advies van het behandelteam van de inrichting waar de veroordeelde van overheidswege wordt verpleegd d.d. 25 september 2003, alsmede de aantekeningen omtrent de lichamelijke en geestelijke gesteldheid van de veroordeelde.
DE GRONDEN
De raadsvrouw stelt -kort gezegd- dat het uitgangspunt voor verlenging van de terbeschikking-stelling de stoornis is die blijkens het veroordelend arrest ten grondslag lag aan de opgelegde terbeschikkingstelling. De rechtbank is van oordeel dat noch de wet noch het recht noopt tot deze strikte uitleg zodat verlenging van de terbeschikkingstelling ook mogelijk is op basis van een stoornis die niet danwel niet op de voorgrond aanwezig was ten tijde van de oplegging van de terbeschikkingstelling.
Daarnaast is door de raadsvrouw gesteld dat veroordeelde thans niet lijdende is aan een ziekelijke stoornis van haar geestvermogens noch aan een gebrekkige ontwikkeling daarvan zodat er geen grond aanwezig is voor verlenging van de terbeschikkingstelling. Ter onderbou-wing van deze stelling heeft de verdediging door de psychiater dhr. Tuinier een schriftelijke rapportage doen uitbrengen. Daarnaast zijn ter zitting dhr. Tuinier, alsmede een voormalig psychotherapeute van Oldenkotte en de behandelend psychiater van veroordeelde en het waarnemend hoofd behandeling van de Oldenkotte als getuige-deskundigen gehoord.
De rechtbank acht het, gelet op de zorgvuldigheid van de beoordeling, wenselijk dat thans twee onafhanke-lijk van de kliniek en van de verdediging werkende gedragsdeskundigen van verschillende disciplines -waaronder een psychiater- zich op basis van de zich in het dossier bevindende stukken -waaronder het rapport van dr. Tuinier- en op basis van een of meerdere gesprekken met de veroordeelde een (al dan niet gezamenlijk) advies zullen geven omtrent de volgende vragen:
1) bestaat bij veroordeelde een gebrekkige ontwikkeling en/of een ziekelijke storing der geestvermogens?
2) bestaat op grond van de eventueel geconstateerde stoornis gevaar voor de veiligheid van anderen danwel de algemene veiligheid van personen?
De rechtbank zal dan ook het onderzoek ter terechtzitting hervatten als na te melden, onder het stellen van de stukken in handen van de rechter-commissaris belast met de behandeling van strafzaken in deze rechtbank.
De rechtbank gaat er, op basis van haar ervaring, vanuit dat het opmaken van de gewenste rapportages in ieder geval een tijdsbeslag van twee maanden vergt en zij zal dan ook bepalen dat het onderzoek ter terechtzitting op 27 april 2004 zal worden hervat.
DE BESLISSING
Bepaalt dat het onderzoek ter terechtzitting zal worden hervat ter terechtzitting van
27 april 2004 te 15:30 uur.
Stelt de stukken in handen van de rechter-commissaris belast met de behandeling van strafzaken in deze rechtbank, teneinde zorg te dragen voor de uitvoering van de hiervoor geformuleerde opdracht tot het doen opmaken van nadere gedragskundige rapportages.
Deze beslissing is gegeven door mr. A.H.M. Dölle, voorzitter, mr. L.A.D. Lindenbergh en mr. H.R. Bax, rechters, bijgestaan door T.L. Komrij, griffier en uitgesproken ter openbare terecht-zitting van 17 februari 2004.
Mr. Bax is buiten staat deze beslissing mede te ondertekenen.
w.g. Dölle VOOR EENSLUIDEND AFSCHRIFT
Lindenbergh de griffier van de rechtbank
Komrij te Leeuwarden,