ECLI:NL:RBLEE:2003:AO0871
Rechtbank Leeuwarden
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- P. Schulting
- Rechtspraak.nl
Kennelijk onredelijk ontslag van werknemer met toestemming van CWI
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Leeuwarden op 16 december 2003 uitspraak gedaan in een geschil tussen een werknemer, hierna te noemen [eiser], en zijn werkgever, hierna te noemen [gedaagde]. [Eiser] was van 22 januari 1996 tot en met 30 april 2003 in dienst bij [gedaagde] als conventioneel draaier. Het dienstverband werd beëindigd wegens bedrijfseconomische omstandigheden, waarbij [gedaagde] toestemming had verkregen van het CWI. [Eiser] stelde dat het ontslag kennelijk onredelijk was, omdat hij bijna 51 jaar oud was, arbeidsgehandicapt was, en hij een beperkt opleidingsniveau had. Hij vorderde een schadevergoeding van € 21.139,68, alsook betaling van niet-uitbetaalde snipper- en atv-uren en buitengerechtelijke kosten.
De kantonrechter oordeelde dat het ontslag kennelijk onredelijk was, gelet op de persoonlijke omstandigheden van [eiser] en de gevolgen van het ontslag. De rechter overwoog dat de financiële positie van [gedaagde] niet zodanig was dat het toekennen van een vergoeding aan [eiser] onmogelijk was. De kantonrechter volgde de kantonrechtersformule voor de berekening van de schadevergoeding en kende [eiser] een bedrag van € 21.139,68 toe. Daarnaast werd [gedaagde] veroordeeld tot betaling van de niet-uitbetaalde snipper- en atv-uren en de wettelijke rente over de schadevergoeding.
De uitspraak benadrukt het belang van de persoonlijke omstandigheden van de werknemer bij de beoordeling van de kennelijkheid van het ontslag en de noodzaak voor werkgevers om bij ontslag rekening te houden met de gevolgen voor de werknemer. De kantonrechter heeft de vordering van [eiser] grotendeels toegewezen, wat aantoont dat de rechter de belangen van de werknemer in dit geval heeft beschermd.