ECLI:NL:RBLEE:2003:AL7656
Rechtbank Leeuwarden
- Eerste aanleg - meervoudig
- I.M. Dölle
- M.R. de Vries
- H.R. Bax
- Rechtspraak.nl
Schuld van moeder bij verdrinking van baby door nalatigheid in toezicht
In deze zaak heeft de rechtbank Leeuwarden op 9 oktober 2003 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een moeder die haar twee jonge kinderen, een zeven maanden oude baby en een peuter van twee en een half jaar, zonder toezicht in een bad heeft gelaten. De moeder was zich ervan bewust dat de peuter in staat was om de kraan open te draaien en de stop in de afvoer te stoppen. Na ongeveer tien minuten kwam zij terug bij de kinderen en ontdekte zij dat de baby was verdronken. De rechtbank oordeelde dat het opleggen van een straf in dit geval geen strafdoel meer zou bereiken. Daarom verklaarde de rechtbank de verdachte schuldig, maar legde geen straf of maatregel op.
De rechtbank heeft bij haar beslissing rekening gehouden met de aard en ernst van het gepleegde feit, de omstandigheden waaronder dit is begaan, en de persoon van de verdachte. De rechtbank concludeerde dat de verdachte, door haar nalatigheid, verantwoordelijk was voor de dood van haar baby. Ondanks de ernst van de zaak, oordeelde de rechtbank dat de publieke verantwoording die de verdachte al had afgelegd, en het verlies van haar kind, voldoende straf was. De rechtbank heeft de verdachte vrijgesproken van andere telasteleggingen die niet bewezen konden worden.
De uitspraak is gedaan door een meervoudige kamer van de rechtbank, bestaande uit de voorzitter en twee andere rechters, en is openbaar uitgesproken. De officier van justitie had ook gepleit voor een schuldigverklaring zonder straf of maatregel, wat de rechtbank heeft overgenomen. De zaak is behandeld in het kader van het Wetboek van Strafrecht, artikel 307, dat betrekking heeft op schuld aan de dood van een ander.