ECLI:NL:RBLEE:2002:AF1916

Rechtbank Leeuwarden

Datum uitspraak
9 december 2002
Publicatiedatum
4 april 2013
Zaaknummer
02/1193 GEMWT
Instantie
Rechtbank Leeuwarden
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Voorlopige voorziening
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Schorsing van besluit tot oplegging van een last onder dwangsom aan taxibedrijf in strijd met bestemmingsplan

In deze zaak heeft de Rechtbank Leeuwarden op 9 december 2002 uitspraak gedaan in een verzoek om voorlopige voorziening van Cosi Tax, een taxibedrijf gevestigd te Nes Ameland. De gemeente Ameland had op 11 september 2002 een besluit genomen waarbij het bezwaar van Ameland Taxi tegen een eerder besluit van 6 september 2001 deels gegrond en deels ongegrond werd verklaard. Dit eerdere besluit hield in dat Ameland Taxi een last onder dwangsom kreeg opgelegd om de taxiactiviteiten op het perceel Torenstraat 20 te Nes te beëindigen, omdat deze in strijd waren met het bestemmingsplan. Cosi Tax verzocht de voorzieningenrechter om een voorlopige voorziening te treffen, omdat zij een spoedeisend belang had bij het schorsen van het bestreden besluit.

De voorzieningenrechter oordeelde dat er geen beletselen waren om Cosi Tax te ontvangen in haar verzoek en dat er voldoende spoedeisend belang was aangetoond. De rechter schorste het bestreden besluit en bepaalde dat de gemeente Ameland het griffierecht van € 218,- aan Cosi Tax moest vergoeden. Tevens werd de gemeente Ameland veroordeeld in de proceskosten van Cosi Tax, die op € 644,- werden vastgesteld.

De voorzieningenrechter overwoog dat de uitoefening van een taxibedrijf in strijd was met de bestemming 'detailhandel' van het perceel en dat er geen mogelijkheden waren tot legalisering van de onwettige situatie. De rechter concludeerde dat de gemeente Ameland had moeten optreden tegen de taxiactiviteiten van Ameland Taxi, die nog steeds op het perceel plaatsvonden, ondanks de eerdere schorsing van het dwangsombesluit. De voorzieningenrechter oordeelde dat het bestreden besluit niet in stand kon blijven en schorste het, waarbij de gemeente Ameland werd aangesproken voor de proceskosten.

Uitspraak

RECHTBANK LEEUWARDEN
Sector bestuursrecht
Uitspraak ex artikel 8:84 van de Algemene wet bestuursrecht
Reg.nr.: 02/1193 GEMWT
Inzake
Taxibedrijf Cosi Tax, gevestigd te Nes Ameland, verzoekster,
gemachtigde: mr. W.G.C. Wijsman, werkzaam bij SRK Rechtsbijstand te Zoetermeer,
en
het college van burgemeester en wethouders van Ameland, verweerder,
gemachtigde: R. Korvemaker, werkzaam bij verweerders gemeente.
Procesverloop
Bij besluit van 11 september 2002 heeft verweerder het bezwaar van Ameland Taxi gericht tegen een besluit van 6 september 2001, inhoudende het opleggen van een last onder dwangsom strekkende tot beëindiging van de taxiactiviteiten op het perceel Torenstraat 20 te Nes, deels gegrond en deels ongegrond verklaard.
Namens Ameland Taxi is tegen dit besluit op 22 oktober 2002 beroep ingesteld bij de rechtbank.
Namens verzoekster is tegen dit besluit op 11 oktober 2002 beroep ingesteld bij de rechtbank. Tevens is namens verzoekster bij brief van 5 november 2002 aan de voorzieningenrechter gevraagd om ingevolge art. 8:81 lid 1 Algemene wet bestuursrecht (Awb) een voorlopige voorziening te treffen.
Op grond van art. 8:26 lid 1 Awb is Ameland Taxi in de gelegenheid gesteld als derde belanghebbende partij aan het geding deel te nemen.
Het verzoek is ter zitting behandeld op 26 november 2002. Verzoekster is verschenen bij gemachtigde. Tevens is namens verzoekster verschenen, de heer de Boer, directeur van Cosi Tax. Verweerder is verschenen bij gemachtigde. Namens Ameland Taxi zijn verschenen P.G.P. Zeeuwen en zijn partner.
Motivering
Op grond van art. 8:81 Awb kan de voorzieningenrechter van de rechtbank die bevoegd is of kan worden in de hoofdzaak, op verzoek een voorlopige voorziening treffen indien onverwijlde spoed, gelet op de betrokken belangen, dat vereist.
Ten aanzien van de ontvankelijkheid van het verzoek overweegt de voorzieningenrechter dat niet is gebleken van beletselen om verzoekster te kunnen ontvangen. Voorts is genoegzaam aangetoond dat verzoekster een spoedeisend belang heeft bij de gevraagde voorlopige voorziening.
Voor zover de beoordeling van het verzoek met zich brengt dat het geschil in de hoofdzaak wordt beoordeeld heeft het oordeel van de voorzieningenrechter daaromtrent een voorlopig karakter.
Aan een verzoek als het onderhavige kan in beginsel worden voldaan, indien het voorlopig oordeel van de voorzieningenrechter in de hoofdzaak luidt dat het beroep tegen het aangevallen besluit gegrond verklaard zal moeten worden.
De voorzieningenrechter baseert zich bij zijn oordeelsvorming op onderstaande feiten en omstandigheden.
Verzoekster oefent een taxibedrijf uit op Ameland op het adres Achterdijken 84 te Nes. Ameland Taxi oefent eveneens een taxibedrijf uit op Ameland.
Verzoekster heeft verweerder in maart 2001 gevraagd handhavend op te treden tegen de taxiactiviteiten van Ameland Taxi op het perceel Torenstraat 20 te Nes, in verband met gestelde strijdigheid met het ter plaatse geldende bestemmingsplan. Verweerder heeft hierop bij besluit van 6 september 2001 Ameland Taxi onder oplegging van een dwangsom aangeschreven om uiterlijk 15 oktober 2001 taxiactiviteiten op het perceel Torenstraat 20 te Nes Ameland te beëindigen.
Tegen dit besluit is namens Ameland Taxi bezwaar gemaakt en tevens is aan de toenmalige president van de rechtbank gevraagd een voorlopige voorziening te treffen. Bij uitspraak van 25 oktober 2001 heeft de president de dwangsombeslissing bij wijze van voorlopige voorziening geschorst.
Bij beslissing op bezwaar van 11 september 2002 heeft verweerder het bezwaar van Ameland Taxi, overeenkomstig een advies van de commissie van advies voor de bezwaar- en beroepschriften, deels gegrond en deels ongegrond verklaard.
De voorzieningenrechter overweegt het volgende.
Op grond van art. 125 Gemeentewet in samenhang gelezen met art. 5:21 Awb zijn burgemeester en wethouders bevoegd om met toepassing van bestuursdwang op te treden tegen hetgeen in strijd met bij of krachtens enig wettelijk voorschrift gestelde verplichtingen is of wordt gedaan, gehouden of nagelaten.
Een bestuursorgaan dat bevoegd is bestuursdwang toe te passen, kan op grond van art. 5:32 lid 1 Awb in plaats daarvan aan de overtreder een last onder dwangsom opleggen. Een last onder dwangsom strekt ertoe de overtreding ongedaan te maken dan wel herhaling van de overtreding te voorkomen, zodat de feitelijke situatie in overeenstemming wordt gebracht of in overeenstemming blijft met de rechtens behorende situatie.
Op grond van het bestemmingsplan "Nes Kom" rust op het perceel Torenstraat 20 te Nes de bestemming "Winkels W". Ingevolge art. 7 lid 1 van de planvoorschriften zijn de op de kaart voor winkels W aangewezen gronden uitsluitend bestemd voor gebouwen ten behoeve van de uitoefening van detailhandel met daarbij behorende dienstwoningen, bijgebouwen, andere bouwwerken, andere werken en erven. In art. 7 lid 3 van de planvoorschriften onder a is bepaald dat het verboden is gronden of bouwwerken te gebruiken op een wijze of tot een doel, strijdig met de in lid 1 omschreven bestemming.
De voorzieningenrechter is van oordeel dat uitoefening van een taxibedrijf in strijd is met de bestemming "uitoefening van detailhandel", zodat gebruik van de gronden op het perceel Torenstraat 20 te Nes voor taxiactiviteiten in strijd is met het hieromtrent in het bestemmingsplan opgenomen gebruiksverbod. Verweerder was gelet op het bovenstaande bevoegd het besluit tot het opleggen van een last onder dwangsom te nemen.
Niet in geding is dat er in het onderhavige geval geen mogelijkheden zijn tot legalisering van de onwettige toestand. Weliswaar was er ten tijde van het bestreden besluit een voorontwerp voor een nieuw bestemmingsplan, maar ook onder dit nieuwe bestemmingsplan worden taxiactiviteiten op het perceel Torenstraat 20 niet toegestaan.
Wanneer sprake is van een illegale situatie die op grond van de geldende bestemmingsplanvoorschriften niet kan worden gelegaliseerd, kunnen derden -gezien de ruimtelijke bescherming die het bestemmingsplan biedt- volgens vaste jurisprudentie er in beginsel aanspraak op maken dat burgemeester en wethouders handhavend optreden.
Namens verzoeker is aangevoerd dat Ameland Taxi feitelijk nog steeds haar bedrijfsactiviteiten uitvoert op het adres Torenstraat 20 te Nes en dat verweerder nalaat het bestemmingsplan in dezen (voldoende) te handhaven. De voorzieningenrechter overweegt hieromtrent het volgende.
Bij het primaire dwangsombesluit van 6 september 2001 heeft verweerder Ameland Taxi aangeschreven alle taxiactiviteiten te staken. Hangende de bezwaarschriftprocedure is dit besluit als gevolg van de uitspraak van de president van de rechtbank van 25 oktober 2001 geschorst. De president achtte verweerders standpunt dat hij bevoegd was op te treden tegen alle taxiactiviteiten onvoldoende gemotiveerd. Met name ten aanzien van de kantooractiviteiten zag de president op voorhand geen strijd met het bestemmingsplan, omdat een redelijke uitleg van art. 7 lid 3 van de planvoorschriften met zich meebrengt dat strijdig gebruik enkel ziet op gebruik dat in planologisch opzicht betekenis heeft. Verweerder heeft vervolgens met Ameland Taxi overleg gevoerd over verplaatsing van de bedrijfsactiviteiten. Ameland Taxi heeft een overeenkomst gesloten met Arriva Beheer. Bij deze overeenkomst is aan Ameland Taxi parkeerruimte aan de Achterdijken 80 te Nes Ameland verhuurd en door Ameland Taxi wordt deze parkeerruimte thans gebruikt voor de stalling van taxi's. Verweerder heeft vervolgens bij het besluit op bezwaar overwogen dat de verplaatsing van de bedrijfsactiviteiten naar het terrein van Arriva aan de Achterdijken wordt ervaren als een gunstige ontwikkeling, maar dat ter wille van de leefomgeving van de Torenstraat de dwangsom voor de taxiactiviteiten wordt gehandhaafd, behoudens de kantooractiviteiten. In het bestreden besluit is niet concreet aangegeven wat verweerder verstaat onder taxiactiviteiten, respectievelijk kantooractiviteiten. Ter zitting is namens verweerder opgemerkt dat thans niet hardgemaakt kan worden dat er op het perceel Torenstraat 20 nog illegale activiteiten plaatsvinden.
De voorzieningenrechter overweegt dat verweerder in het kader van de heroverweging een splitsing heeft willen maken tussen taxiactiviteiten en kantooractiviteiten en dat in overleg met Ameland Taxi is aangestuurd op bedrijfsverplaatsing. Vastgesteld moet worden dat het enkele feit dat parkeerruimte voor de taxi's van Ameland Taxi op het terrein van Arriva is gehuurd, niet betekent dat een bedrijfsverplaatsing gerealiseerd is. Met name niet nu ter zitting is gebleken dat het bedrijf Ameland Taxi in het handelsregister van de Kamer van Koophandel nog steeds staat ingeschreven op het adres Torenstraat 20. Ook in het telefoonboek en op de website van Ameland Taxi staat als adres Torenstraat 20 vermeld. Ter zitting zijn foto's getoond waaruit blijkt dat het pand aan de Torenstraat duidelijk is voorzien van de aanduiding "Ameland Taxi", met telefoonnummer. Voor de deur staat een sandwichbord met de tekst "Reserveer hier Ameland Taxi". In het pand bevindt zich voorts een telefooncentrale en door middel van een bij het pand geplaatste zendmast vindt vanuit dat pand het mobilofoonverkeer plaats tussen de centrale en de taxichauffeurs. Ook worden (na)bij het pand Torenstraat 20 nog steeds taxibusjes geparkeerd en is er nog steeds sprake van het aan- en afrijden van taxi's op het perceel. Wat betreft het parkeren en het aan- en afrijden van taxi's moet hierbij wel opgemerkt worden dat niet steeds vastgesteld kan worden of hier sprake is van het uitvoeren van taxiactiviteiten, nu de vier vaste medewerkers van Ameland Taxi (de heer Zeeuwen, zijn partner en haar ouders) allen woonachtig zijn op het adres Torenstraat 20 te Nes en zij zowel privé als bedrijfsmatig gebruik maken van de taxibusjes. Dit doet evenwel niet af aan het feit dat -ook juist vanwege die omstandigheid- een substantieel deel van de taxiactiviteiten vanuit het pand Torenstraat 20 plaatsvindt.
De voorzieningenrechter is, anders dan de president ten tijde van zijn uitspraak van 25 oktober 2001, van oordeel dat verweerder onder de gegeven omstandigheden Ameland Taxi had moeten aanschrijven tot beëindiging van alle taxiactiviteiten. Ook de kantooractiviteiten op het adres Torenstraat 20 acht de voorzieningenrechter in strijd met art. 7 lid 3 van de planvoorschriften, nu deze activiteiten uitsluitend worden uitgeoefend ten behoeve van het taxibedrijf. Daarbij komt dat gelet op aard, omvang en intensiteit van het gebruik, dat niet anders dan in totaliteit bezien kan worden, sprake is van een zodanige ruimtelijke uitstraling dat dit gebruik niet valt de rijmen met de bestemming detailhandel van het perceel Torenstraat 20.
Gelet op het bovenstaande is de voorzieningenrechter van oordeel dat verweerders besluit op bezwaar in beroep niet in stand zal kunnen blijven. De voorzieningenrechter ziet daarom aanleiding het bestreden besluit te schorsen.
Gelet op het vorenstaande en op het bepaalde in art. 8:82 lid 4 Awb dient de gemeente Ameland het door verzoekster gestorte griffierecht van € 218,= te vergoeden.
Op grond van art. 8:75 juncto art. 8:84 lid 4 Awb veroordeelt de voorzieningenrechter verweerder in de proceskosten. Overeenkomstig het bepaalde in het Besluit proceskosten bestuursrecht bedragen de proceskosten van verzoekster € 644,= ter zake van door een derde beroepsmatig verleende rechtsbijstand (verzoekschrift 1 punt; verschijnen ter zitting 1 punt; gewicht van de zaak: gemiddeld; waarde per punt € 322,=). De voorzieningenrechter wijst de gemeente Ameland aan als de rechtspersoon die deze kosten moet vergoeden.
Beslissing
De voorzieningenrechter:
- schorst het bestreden besluit;
- bepaalt dat de gemeente Ameland het betaalde griffierecht van € 218,= aan verzoekster vergoedt;
- veroordeelt verweerder in de proceskosten van verzoekster ten bedrage van € 644,=, aan verzoekster te vergoeden door de gemeente Ameland.
Aldus gegeven door mr. C.H. de Groot, voorzieningenrechter, in het openbaar uitgesproken op 9 december 2002, in tegenwoordigheid van mr. P.R.M. Poiesz als griffier.
w.g. P.R.M. Poiesz
w.g. C.H. de Groot
Tegen deze uitspraak kan geen rechtsmiddel worden aangewend.
Schriftelijke uitspraak verzonden op: