ECLI:NL:RBLEE:2002:AD8344

Rechtbank Leeuwarden

Datum uitspraak
22 januari 2002
Publicatiedatum
4 april 2013
Zaaknummer
17/080276-01von
Instantie
Rechtbank Leeuwarden
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vrijspraak van verdachte in strafzaak met benadeelde partij

Op 22 januari 2002 heeft de Rechtbank Leeuwarden uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte, die op dat moment gedetineerd was in de penitentiaire inrichting De Wieling te Leeuwarden. De verdachte was bijgestaan door zijn advocaat, mr. E.J. Kuiters. Tijdens de zittingen op 17 en 18 januari 2002 is het onderzoek gehouden. De rechtbank heeft de telastelegging, die aan het vonnis was gehecht, in overweging genomen. De verdachte werd beschuldigd van meerdere feiten, maar de rechtbank heeft geoordeeld dat de telastelegging niet bewezen kon worden. Hierdoor werd de verdachte vrijgesproken van alle hem ten laste gelegde feiten.

Daarnaast was er een benadeelde partij, vertegenwoordigd door haar moeder, die een vordering tot schadevergoeding had ingediend. De rechtbank heeft echter geoordeeld dat deze benadeelde partij niet ontvankelijk was in haar vordering, aangezien de verdachte voor het feit waarvoor schadevergoeding werd gevraagd, werd vrijgesproken. De rechtbank heeft bepaald dat zowel de benadeelde partij als de verdachte ieder hun eigen kosten moeten dragen.

De uitspraak werd gedaan door een meervoudige kamer van de rechtbank, waarbij mr. Van der Mei niet in staat was het vonnis mede te ondertekenen. De rechtbank heeft het bevel tot voorlopige hechtenis opgeheven en de onmiddellijke invrijheidstelling van de verdachte bevolen.

Uitspraak

Rechtbank Leeuwarden
Sector strafrecht
VONNIS
Uitspraak: 22 januari 2002
Parketnummer: 17/080276-01
VONNIS van de meervoudige kamer voor de behandeling van strafzaken, in de zaak van het openbaar ministerie tegen de verdachte:
[verdachte],
geboren op [geboortedatum] te [geboorteplaats],
wonende te [adres],
thans gedetineerd in de penitentiaire inrichting De Wieling, gevangenis De Marwei te Leeuwarden, Holstmeerweg 7.
De rechtbank heeft gelet op het ter terechtzitting gehouden onderzoek van 17 januari 2002 en 18 januari 2002.
De verdachte is verschenen, bijgestaan door mr. E.J. Kuiters, advocaat te Leeuwarden.
TELASTELEGGING
Aan dit vonnis is een door de griffier gewaarmerkte fotokopie van de dagvaarding gehecht, waaruit de inhoud van de telastelegging geacht moet worden hier te zijn overgenomen.
In de telastelegging voorkomende schrijffouten of kennelijke misslagen worden verbeterd gelezen. De verdachte is hierdoor niet in zijn belangen geschaad.
VRIJSPRAAK
De verdachte moet van het onder 1. primair, subsidiair en meer subsidiair, 2. primair, subsidiair en meer subsidiair, 3. primair, subsidiair en meer subsidiair telastegelegde worden vrijgesproken, omdat de rechtbank dit niet bewezen acht.
BENADEELDE PARTIJ
[benadeelde partij] heeft zich, wettelijk vertegenwoordigd door haar moeder [moeder benadeelde partij] voor wie [gemachtigde] als gemachtigde is opgetreden, ter terechtzitting als benadeelde partij in het strafproces gevoegd door opgave van een vordering tot vergoeding van door haar geleden schade ten gevolge van het aan verdachte onder 2. telastegelegde feit alsmede de gronden waarop deze berust.
De rechtbank is van oordeel dat de benadeelde partij niet ontvankelijk moet worden verklaard nu verdachte voor dit feit wordt vrijgesproken.
DE UITSPRAAK VAN DE RECHTBANK LUIDT
RECHTDOENDE:
Verklaart niet bewezen hetgeen verdachte onder 1. primair, subsidiair en meer subsidiair, 2. primair, subsidiair en meer subsidiair, 3. primair, subsidiair en meer subsidiair is telastegelegd en spreekt verdachte daarvan vrij.
Heft op het bevel tot voorlopige hechtenis en beveelt de onmiddellijke invrijheidstelling van verdachte.
Bepaalt dat de benadeelde partij [benadeelde partij], wettelijk vertegenwoordigd door haar moeder [moeder benadeelde partij], niet ontvankelijk is in de vordering.
Bepaalt dat deze benadeelde partij en verdachte ieder de eigen kosten draagt.
Dit vonnis is gewezen door mr. J.G.W. Lootsma-Oude Nijeweme, voorzitter, mr. S.M. van der Schenk en mr. M.C. van der Mei, rechters, bijgestaan door mr. H.A. Attema, griffier, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van deze rechtbank op 22 januari 2002.
Mr. Van der Mei is buiten staat dit vonnis mede te ondertekenen.