ECLI:NL:RBLEE:2001:AB2981
Rechtbank Leeuwarden
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Vernietiging van erkenning van kinderen door de moeder
Op 1 augustus 2001 heeft de Rechtbank Leeuwarden uitspraak gedaan in een zaak waarin een vrouw verzocht om de vernietiging van de erkenning van haar kinderen door een derde, [naam erkenner]. De vrouw stelde dat de kinderen, geboren uit haar relatie met [naam biologische vader], door [naam erkenner] waren erkend op verzoek van de vrouw, maar dat zij bij het geven van haar toestemming had gedwaald. De vrouw voerde aan dat haar relatie met [naam biologische vader] problematisch was en dat zij daarom had gekozen voor erkenning door [naam erkenner]. De vrouw was van mening dat de erkenning door [naam erkenner] moest worden vernietigd, zodat [naam biologische vader] als biologische vader de kinderen kon erkennen.
Tijdens de zitting op 3 juli 2001 verklaarde [naam erkenner] dat hij de wens van de vrouw om de erkenning te vernietigen deelde. De bijzonder curator van de kinderen steunde ook het verzoek, omdat alle betrokkenen het eens waren over de wenselijkheid van de vernietiging. De Raad voor de Kinderbescherming had geen bezwaren tegen het verzoek.
De rechtbank overwoog echter dat de vrouw bij het geven van haar toestemming voor de erkenning niet had gedwaald over de identiteit van de biologische vader. De rechtbank concludeerde dat de vrouw bewust toestemming had gegeven aan [naam erkenner] om de rol van [naam biologische vader] als vader uit te sluiten. De rechtbank oordeelde dat de vrouw niet had aangetoond dat zij recentelijk had ontdekt dat zij zich had vergist in de capaciteiten van [naam biologische vader].
De rechtbank wees het verzoek van de vrouw af, omdat niet aan de wettelijke voorwaarden voor vernietiging van de erkenning was voldaan. De rechtbank benadrukte dat de wetgever terughoudend moet zijn met verzoeken tot vernietiging van erkenningen, om te voorkomen dat kinderen hun juridische ouders ontnomen worden. De rechtbank concludeerde dat de omstandigheden niet rechtvaardigden dat de erkenning door [naam erkenner] werd vernietigd, en dat de juridische status van de kinderen niet afhankelijk mocht zijn van de wisselende opvattingen van de moeder over de rol van de biologische vader.