ECLI:NL:RBLEE:2001:AB0911
Rechtbank Leeuwarden
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Vordering tot betaling en opheffing van conservatoire beslagen in een huurgeschil
In deze zaak, die voor de Rechtbank Leeuwarden is behandeld, hebben de besloten vennootschappen Beheer en Beleggingsmaatschappij Schikro B.V. en Kooistra's Kledinghuis Leeuwarden Dokkum B.V. een vordering ingesteld tegen twee gedaagden in het kader van een huurgeschil. De eiseressen vorderen betaling van een bedrag van € 81.257,27, vermeerderd met wettelijke rente, alsook de proceskosten. De gedaagden hebben verweer gevoerd en in reconventie gevorderd de opheffing van conservatoire beslagen die op hun roerende zaken zijn gelegd. De zaak is aanhangig gemaakt na beslaglegging op 31 augustus 2000 en partijen zijn verschenen voor de rechtbank. Tijdens de procedure zijn verschillende processtukken gewisseld, waaronder conclusies van eis en antwoord.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de eiseressen hun vordering baseren op een overeenkomst tot huurbeëindiging en betalingen die zijn gedaan aan de gedaagden. De gedaagden betwisten echter dat zij enige betalingen hebben ontvangen en stellen dat de conservatoire beslagen ten onrechte zijn gelegd. De rechtbank heeft de eiseressen toegelaten tot bewijslevering van de gestelde betalingen en heeft bepaald dat het verhoor van getuigen zal plaatsvinden voor rechter mr. R. Giltay. De zaak is vervolgens naar de rol verwezen voor opgave van verhinderdata van de betrokken partijen en getuigen.
De rechtbank heeft in afwachting van de bewijslevering iedere verdere beslissing aangehouden en bepaald dat hoger beroep tegen dit vonnis niet eerder kan worden ingesteld dan tegelijk met het hoger beroep tegen het eindvonnis. Dit vonnis is gewezen op 28 maart 2001 en in het openbaar uitgesproken door de rolrechter.